RIENDSCHAP VOOR HET LEVEN - 68 - door Marie Kuijper-Neven Een brief, geschreven door Marie Neven in 1995, over haar vriendschap met familie De Jongh op Wieringen en haar fietstochten over de Afsluitdijk in Oorlogstijd. In 1926 komt het gezin Neven naarWieringen, vader werkt aan beide dijken. Marie Neven, geboren 7 januari 1914, huwde Bert Kuyper. In 1947 emigreert het gezin Kuyper naar Australië. Marie de Jongh, waarmee Marie Ne ven vele jaren haar vriendschap deelde, is de dochter van Wiggert de Jongh en Maartje Tijsen, zij woonden op een boerderij in de Polder Waard Nieuwland. (Redactie) Ik moet zo ongeveer twaalf jaar geweest zijn dat ik mijn beste vrienden ontmoette in de school op Oosterland. Mijn vader werkte aan de afsluit dijk van Ewijcksluis naarWieringen,Westerland. Vandaar werd mijn vader overgeplaatst naar Den Oever. Voor werkzaamheden aan de Afsluitdijk, Den Oever naar Friesland. Ik was nogal een ver legen persoontje. De onderwijzer merkte dat ik nu niet bepaald een erge goede leerling was. Hij zei ga jij nu maar naast Marie de Jongh zitten. Als je iets niet begrijpt dan vraag je maar aan Marie wat je moet doen. En Marie vond dat prachtig. En dat was het begin van een vriendschap voor ons leven. Ik heb heel wat mooie tijden doorgebracht op de boerderij. Moeder de Jongh zei altijd: "Ik heb zeven dochters". Ik was nummer zeven. Met ker mis dan sliep ik altijd op de boerderijWant dan gingen wij door de Polder fietsend naar Hippoly- tushoef. Waar we werkten voor Simon en Neeltje Halfweeg. Dat vonden we prachtig. In die tijd wasTini's naam Trijntje en Willie's naam Wijntje. Wij vonden die grote bal met spiegeltjes in de danszaal prachtig. en romantisch zoo te dansen. Ik herinner mij nog, dat Simon glazen gekocht had, die zoo genaamd onbreekbaar waren. Maar die gla zen waren zo rottig. Wij liepen met ver band om onze vingers. Die glazen konden het kleinste stootje niet verdragen. En Simon was best kwaad dat kun je je best voorstel len. Met de kermis had Marie een vrijer, en zij zei tegen mij: "Je moet ook een vrijer opzoe ken, want je kunt niet met ons naar huis fietsen." Toen kwam Cobus Scheltus op de proppen, om mij naar huis te brengen. Oom Volkert de Jongh vroeg de volgende morgen: "Nou Marie heb je lekker gevrijd?!" Het ergste was dat de hele fa milie wakker was geworden want Kobus was erg verlegen en stond maar aan de bel van zijn fiets te bellen. Marie en haar vrijer werden kwaad. Vroe gen of hij op wilde houden en dat hij naar huis moest gaan. Willem kwam kijken wat er aan de hand was. We werden naar binnen gestuurd. De volgende morgen met het ontbijt moesten wij op het matje komen, 's Middags moesten wij sperziebonen plukken. Wij hadden onze mooie jurken al aan. Ik had de mooie jurk van mijn zus ter, van Indische zijde, geleend. Wij op de fiets; emmer mee en bonen plukken. Toen wij druk aan het plukken waren gleed mijn voet weg en ik viel pardoes met de zijde jurk in vies bruin water. Heb toen een jurk van Marie geleend, om naar de kermis in Hippolytushoef te gaan. Met de jurk Een tiieuwe verkeersweg in Den Oever (Zwinstraat) Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hóögte" - 19c jaargang nr. 2 - 2007

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Op de Hòògte - Wieringen | 2007 | | pagina 34