-44-
te ontwijken. Toen de beide Corren ter hoogte
van het Monument reden zagen ze in de verte,
nabij de spuisluizen, blauwe zwaailampen. Beide
vroegen ze zich af of er daar wellicht een onge
luk had voor gedaan. Toen ze uiteindelijk langs
de spuisluizen reden zagen ze dat de linkse brug
was afgesloten en de politieauto's met alle zwaai
lampen bij de slagbomen stonden. Al snel werd
duidelijk dat de dijk al was afgesloten. Zo ook
aan de Friese kant bij de Kop Afsluitdijk. De po
litie hield het verkeer dat de Afsluitdijk op wilde
rijden, zowel bij Den Oever als op de Kop van
de Afsluitdijk, tegen en tegelijkertijd werd het
nog op de Afsluitdijk rijdende verkeer doorgela
ten. Voor de eerste keer in de geschiedenis van de
Afsluitdijk was deze afgesloten.
Kritiek
De plaatselijke autoriteiten vonden het een wijs
besluit om de dijk af te sluiten. De media werden
op de hoogte gebracht en al spoedig werd het
"hotnews" via de radio bekend gemaakt.
Toen de heer Zondervan aan zijn superieuren in
Lelystad doorgaf dat hij de Afsluitdijk had afge
sloten, werd hem verontwaardigd gevraagd hoe
hij het in zijn hoofd haalde om dit zomaar te
doen. Laconiek gaf hij ten antwoord: "Als jullie
de dijk weer willen opengooien, dan doen jullie
dat maar op eigen verantwoording. Ik vond het
niet verantwoord en daarom heb ik de dijk afge
sloten".
Deklast verloren
De hele Afsluitdijk lag bezaaid met nieuw kort en
lang hout. Al spoedig bleek waar het hout van
daan kwam. Een schip op de Noordzee, onder
weg van Finland naar Antwerpen, had zijn dek
last verloren. Via het Eierlandse Gat kwam het
hout in de Waddenzee terecht om dan te stran
den op de Afsluitdijk.
Nadat de Afsluitdijk was afgesloten werd de on-
derhoudsaannemer van de dijk ingeschakeld om
in ieder geval de rijweg zo snel mogelijk van het
aangespoelde hout en andere troep te ontdoen.
Er werd veel materieel en mankracht ingezet.
Het vrijmaken duurde de hele nacht en de zon
dagochtend daarop. Om half twaalf waren beide
rijbanen weer vrij en konden de afsluitbomen bij
Den Oever en Kornwerderzand weer omhoog.
Het fietspad lag nog wel bezaaid met hout, wrak
hout en ander aanspoelsel, maar het opruimen
daarvan was van latere zorg.
De storm was eindelijk afgenomen. In Den Hel
der werd die zondag nog een gemiddelde van
windkracht 7 gemeten.
Jutters op de dijk
Nadat de Afsluitdijk weer open was voor het
verkeer ging kantonnier Van der Made met zijn
dienstauto de dijk op richting Friesland. Hij wil
de er zeker van zijn dat alles nu ging zoals het
moest gaan. Onderweg zag hij met stijgende ver
bazing dat er allerlei auto's op de vluchtstrook
stil stonden. Mensen waren bezig het hout wat
op het fietspad lag in de auto te laden. Zelfs op
het fietspad reden auto's en pick-ups. De be
stuurders en hun hulptroepen graaiden het hout
dat daar lag bij elkaar en laadden het op. Tiental
len auto's telde Cor. Hij moest ook wel lachen
om een bestuurder van een lelijke eend die het
dak van de auto had verwijderd. De gejutte bal
ken stonden schuin tegen de voorstoelen aan. De
kinderen die de man mee had zaten onder het
hout gebogen op de achterbank.
Weer terug op de basis belde Cor de onder-
houdsaannemer en maakte een afspraak om de
volgende dag alle hout dat dan nog op de dijk
en het fietspad lag op te ruimen. Toen echter de
aannemer de maandagmorgen met materieel en
mankracht op de dijk arriveerde bleek dat er niets
meer van het aangespoelde hout aanwezig was.
Alles, maar dan ook werkelijk alles was verdwe
nen. Zelfs het wrakhout lag er niet meer. De jut
ters hadden alles opgeruimd. De aannemer kon
met zijn manschappen en materieel vertrekken.
Cor van der Made vond dit soort calamiteiten
heel fijn om te doen en mee te maken. Hij hield
van extreme situaties. Zo ook in de winter van
1978 op 1979:
De beer is los
De 14e februari van 1979 is in Nederland over
al bekend als de dag waarop het sneeuwgeweld
losbarstte. In feite begon de sneeuwstorm al eer
der in het uiterste noordoosten van ons land. In
noordwest Groningen ging de ijzel al op 13 febru
ari 's middags over in zware sneeuw. Het sneeuw-
gebied breidde zich naar het zuiden uit. De wind
nam in het noorden zoals gezegd tot stormachtig
toe met uitschieters tot zware storm.
Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hoogte" - 19e jaargang nr. 2 - 2007