- 142 -
Inmiddels is Dolf goed ingeburgerd. Hij is erg muzikaal, in België speelde hij trompet in twee orkes
ten. Dit pakt hij weer op en hij wordt trompettist bij 'De Harmonie'. Later worden er ook nieuwe
leden door hem tot muzikant opgeleid.
Als broer Jan de leeftijd bereikt dat hij een vak moet gaan leren, wordt hij door Dolf tot herenkapper
opgeleid. De kapperswinkel is een dubbele woning/winkel. Eigenaar Jan Visser bewoont de andere
helft. Daar verkoopt hij comestibles zoals wijn, luxe bonbons en dergelijke. Hij is postbode en daar
naast verkoopt en beitelt hij grafstenen. In het begin huurt Dolf het kleinste gedeelte van het pand.
In 1925 stopt Visser met zijn winkel en komt hij met Dolf overeen onderling te ruilen en kan Dolf het
grotere deel van het pand kopen.
Dolf heeft verkering gekregen met Neel-
tje Kooij, geboren 24 juni 1901, dochter
van Jan Kooij, visserman op de WR 1 en
Aafje Bakker. Zij wonen op De Haukes.
Op 19 september 1926 trouwen Dolf en
Neeltje. Het jonge paar gaat samen in de
kapperszaak werken.
Neeltje Gielis-Kooij had een zwakke ge
zondheid. Zij was zwaar astmatisch en
had een hartafwijking. Na een paar jaar
moet zij naar een sanatorium om ver
pleegd te worden. Dolf wil haar graag
thuis hebben om verder te herstellen. Van
de artsen mag dat alleen als zij in een ge
zonde omgeving kan wonen met veel licht
en zogenaamde 'Zwitserse lucht'. Om dat te kunnen bereiken moet het huis worden verbouwd. Dolf
leent geld en laat het huis aan de eisen aanpassen. Alle moeite die Dolf heeft gedaan om zijn vrouw
te redden is echter vergeefs. Op 20 januari 1931 overlijdt
Neeltje, 29 jaar oud. Dolf staat er nu alleen voor om de kap
perszaak draaiende te houden. Hij heeft wel de steun van
zijn schoonfamilie die hem ook na de dood van hun dochter
en zuster als familielid blijven beschouwen.
Het zijn, ook economisch gezien, moeilijke jaren. Overal
in Europa heerst crisis en werkloosheid. Ook in Duitsland
is veel armoede. Duitse arbeiders trekken naar buurlan
den om daar werk te zoeken. Op Westerland hebben twee
Duitse dienstmeisjes werk gevonden bij de familie Lely in
Villa Waterkeer. Eén van hen, Friedl Schwede, heeft weten
te regelen dat haar zuster Martha, in 1911 geboren te Gel-
senkirchen, aan het werk kan in het gezin van ir. Ringeling.
Martha komt in 1929 naar Den Oever en wordt dienstmeis
je in één van de houten villa's aan de Oeverdijk waar de
familie Ringeling woont.
Martha krijgt op Wieringen vriendinnen en zo kan het ge
beuren dat zij op een dag in 1932 Dolf Gielis ontmoet bij
gemeenschappelijke kennissen. Zij worden het snel eens
en nog datzelfde jaar trouwt de Duitse Martha Schwede in
Nederland met Dolf Gielis en wordt daardoor Belgische.
Martha gaat voortvarend te werk. Zij leert het kappersvak
en niet alleen voor heren maar ook voor dames. Al spoedig
is de zaak een tweemans bedrijf.
Dolf Gielis met zijn eerste vrouw Neeltje Kooij
Dolf voor zijn verbouwde kapperszaak. In
het pand worden nu bloemen en planten ver
kocht.
Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hoogte" - 18e jaargang nr. 5 - 2006