- 95 -
en nieuwe verraders..., nieuwe valse getuigen en nieuwe beulen en afgunstige dictators, om de
Kerk en daarin Christus te treffen en de doodsteek te geven...
Maar ieder jaar opnieuw zal het luide verkondigen: Hij is verrezen, en Hij leeft.
Alleluja! Zalig Pasen!"
Het is 1949, en het is alsof er geen joodse Holocaust is geweest. In de Hervormde Kanselboodschap
wordt heel wat genuanceerder over het joodse volk gesproken:
"Gelijk in de oorlogsjaren is ook thans Israël de spiegel in de nood der mensen. Het oude volk
Gods moet zeer bijzonder de zorg der Kerk zijn. Voortdurend moet hij zich herinneren, wat God
haar door het Volk zegt."
Israël voerde op dat moment een overlevingsstrijd tegen de Arabische legioenen. De Wieringer on
gelovigen lieten zich inspireren door hun partij-idolen. Op 21 april 1948 spreekt oud-premier prof.
W. Schermerhorn van de PvdA in Concordia. Als een rode draad loopt door zijn rede de teleurstel
ling over het stagneren van het ideaal van vernieuwing in de sociale verhoudingen. De PvdA werd
niet sterk genoeg en moest coalities sluiten met conservatieve krachten in de samenleving. Daardoor
is het met de verdeling van de armoede nog maar slecht gesteld, aldus Schermerhorn, een gemiste
kans. In geestelijk opzicht is er in de oorlog veel kapot gemaakt, aldus de PvdA leider. Dat is niet in
vijf jaar te herstellen, daarvoor heeft het lijden van de bevolking teveel geroddel en insinuaties tot
gevolg gehad. De coalitie heeft bovendien te weinig geld uitgetrokken voor de bestrijding van de hoge
werkeloosheid.
"De toevloed en blijvende ves
tiging van arbeiders hebben
Wieringen het arbeidersvraag
stuk en nu de kosten bezorgd."
merkt het blad bitter op.
Erger is dat de Wieringer-
meer daar geen kopzorgen
over heeft, want vervolgt
het blad: "En voorzover die
arbeiders seizoenwerk hebben
zit dat in de Wieringermeer.
Die stuurt ze na einde werk
terug en onze gemeente zit
met de werklozenkosten."
Het is tegen deze achtergrond dat Jan van Reintje meer dan ooit de troost in het geloof zoekt en dat
ook zijn medemens gunt. Hij heeft niet meer de vitaliteit om voortdurend naar de legerbroeders in
Den Helder te reizen. Hij vraagt zich af of, naar het woord van de stichter van het Leger des Heils,
de kerk dan niet naar de mensen kan komen. Het Leger kon voor de oorlog op veel enthousiasme
van de bevolking rekenen. Is dat een basis voor een eigen afdeling?
Hij schrijft er een enthousiaste brief over naar het hoofdkwartier van het Leger des Heils. Kan de
brigadier een post in Den Oever stichten? De opperbevelhebber in Nederland op dat moment was
de Britse commissioner Durman, die wellicht niet helemaal goed kon inschatten hoe de overle
vingskansen in zo'n klein dorp waren. Hij was onder de indruk van het Oeverse pleidooi en raakte
Werkloosheid, dat is naast het communistische gevaar de andere demon van de bevolking. OokWie-
ringen weet daar van mee te praten. De Flevobode heeft het over vooroorlogse toestanden. Teveel
arbeiders zijn volgens deze krant aangewezen op seizoenarbeid. Erger is dat de kosten uit de sociale
wetgeving op de gemeente worden af-
gewenteld. En nu zoveel tijdelijke Zui-
derzeewerkers zich blijvend op Wierin
gen hebben gevestigd zit de gemeente
met de kosten.
Links Jan in uniform
Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hoogte" - 18e jaargang nr. 3 - 2006