[J IER1NGEN VÓÓR 50 JAAR
- 31 -
Uit De Wieringer Courant van 6 juli 1939
Wij zijn nu zoo langzamerhand tot het hoofddorp van het eiland Wieringen gekomen: het aloude
Hippolytushoef, en de lezer sta ons toe, om wat verder dan 50 jaar terug te gaan, omdat juist in dien
ouden tijd het dorp een geheel ander aspect vertoonde dan tegenwoordig en als de dikke muren
van de Hervormde Kerk ons konden vertellen, wat zij door al die eeuwen hadden gezien en meege
maakt, dan zouden daar boekdeelen mee kunnen worden gevuld.
Immers, dat bedehuis, evenals dat te
Oosterland en Westerland tot de oud
ste kerken van ons land behoorende,
namelijk reeds uit de 1 le eeuw, was op
een der heuvels van Wieron gebouwd,
terwijl de boerenhoeven daaromheen
groepeerden.
Nog was Wieron geen eiland, doch
omringd door moerassen en bos
schages, waardoor een enkele heirweg
was aangelegd door de Romeinen van
Friesland naar Holland. Wij weten im
mers, dat nog vaak achter de "drem
pels" (de groote steenen, waarmede
deze weg was geplaveid) de netten der
visschers in zee vastloopen. En duidt
niet de Koningsweg door de Elft en
Westerland op de tochten hierlangs
ondernomen door Koning Radboud
vanuit West- Friesland?
Echter de groote watervloeden in de 13e eeuw drongen door de zeegaten 't land binnen; bosch en
moeras werden verzwolgen en Wieron werd eiland, de lage gedeelten ijlings door primitieve dijkjes
beschermd, die echter keer op keer doorbraken, waarvan de diepe inhammen en de vele kommen
achter de kronkelende Koogerdijken nog levende getuigenis geven.
In de 14e eeuw werden ze iets hechter en sterker gemaakt door de wierriemen daarop gebouwd en
door het instellen van het college van Dijkgraaf en Heemraden, die hadden toe te zien, "dat alle
dieghene, die 't land hebben, is 't cloister, is 't ridder, is 't pape, is 't knape, welgheboren, of porteren
die sullen hoefslach (is dijkslag) nemen van horen lande, d' iene gheliken den in anderen, maer 't
quaetste land te setten ten in lichten hoefslach."
Was de oude, kerk en toren dan vele malen getuige, dat de watervloed tot aan de voet der heuvel,
waarop zij te stonden, doordrong en de voorvaderen een bijna hopeloozen strijd om 't behoud der
dijken voerden, in de tweede helft der 16e eeuw was er een andere strijd die in en om het oude be
dehuis werd gevoerd, "de kerkstrijd". In 1572 had hier de reformatie plaats en ging de R.K. Kerk te
Hippolytushoef in Hervormde handen over. Echter de, Wieringer bevolking was voor de classis niet
gemakkelijk en ook de voorgangers waren zeer wisselvallig in de leer.
Van dien tijd dateerde de R.K. schuilkerk in de boven-Elft (de boerderij waar nu S. Jac. Mulder
woont.) Ook de volgelingen van Menno Simons, de menisten, zochten later hun toevlucht in de Elft
en bouwden een schuurmodel Schuilkerk aan de Slingerweg naast de boerderij (nu in eigendom van
C. M. Mulder.) Het waren de tijden van geloofsvervolgingen, die ook aan 't oude eiland niet voorbij
gingen. Deze boven-Elft, in de nabijheid van 't hoofddorp, doch stil en verlaten, was dus een belang
rijk gedeelte van Wieringen voor hen, die daar in de schuilkerken samen kwamen.
Voor zover het zeventiende-eeuzvse schrift te lezen is op deze oude
krantenfoto staat er:
Een dorp genaampt Hipolitushof op 't EylantWieringeti"
Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hoogte" - 18e jaargang nr. 1 - 2006