- 27 - Het was altijd een opluchting als het geld voor de weeklo nen voor de Zuiderzeear- beiders weer afgeleverd was. Eenmaal in de kluis gekomen was het veilig. Het stond mid den in het kantoor, op een verhoging, iedereen had er het volle zicht op. 's Nachts werd het stalen gevaarte door felle lampen verlicht. Inbre kers zouden niet ongezien hun slag kunnen slaan. Maar zo'n spannend geldtransport, dat was maar eens per week. Daarna sloeg de verveling weer toe. Soms was er een De autobus van Geels voor de verbinding Den Oever-Schagen, met de chauffeur bijzondere rit. Dan kwam hij Cor Kroon.00k wel door de nieuwe pol der. Zijn dochter Geertje die wel eens met hem mee ging, vertelt er over. Hoe hoog de heuvel was over de brug bij Polder Waard Nieuwland. Een enorme bult vond ze dat als klein meisje. Het was een fascinerende gebeurtenis om door die nieuwe lege polder te rijden. Zijn jachthond Nora ging meestal mee en na het schot kwam die in actie en leverde de buit bij het baasje af. Cor had hem afgericht doodstil onder de ach terbank te kruipen. Zo ook toen op zo'n loclit met Geertje de bus door de politie werd aangehouden. Geweer weggemoffeld, hond onder de bank, niets aan de hand. De haas werd veilig in huize Kroon afgeleverd. Cor had een sterke intuïtie waar en wanneer hij een diender in het veld kon verwachten. In de kale polder droeg ieder geluid ver en dat hielp om ze te ontlopen. Op hun beurt hadden de wetsdienaren en speciaal jachtopzieners ook veel inzicht in het stropersgedrag. Zijn stropers en jachtopzieners niet el- kaars spiegelbeeld? Soms was er een nauwelijks verborgen waardering voor elkaar. Hun vakmanschap Tot aan de einder land, land, land. Grote vette kleibulten. In de verte de boerderij "de Eerste". Ja, die was de eerste geweest, maar andere waren in aantocht. Allerlei typen, Zeeuwse, Groningse en Hol landse boerderijen, al naar gelang de landsaard van de nieuwe bewoners. In de verte scherp het torentje van Slootdorp, geen sterveling te zien. Ze kwamen langs de Terp, nog zo'n machtige bult in het lage land, vluchtheuvel in geval van watersnood. Op zulke tochten, als er geen passagiers in de bus zaten wilde hij nog wel eens even stoppen om een haas te schieten. Afdeling IV administratiegebouw MUZ 9 juni 1931. Vl.n.r. F.J. Nieuwenhuis, R. Post, P. de Graaf, A.L. Sparenburg, W.J.P. Russcher,A.N. van Riel, Stom en Th. Rijkers. Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hoogte" - 18e jaargang nr. 1 - 2006

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Op de Hòògte - Wieringen | 2006 | | pagina 29