- 19 -
stuk was zonder meer een communicerend
vat. "Precies", zegt Schut. "Van dat fenomeen
wordt hier gebruik gemaakt om de water
stand van elders, hier af te lezen. Aan de
draad die zogenaamd in de grond verdwijnt
zit een koperen vlotter. Die vlotter drijft op
het water dat in de verticale buis staat. Zakt
het water in de buis dan zakt de vlotter mee.
Gaat het water in de peilbuis omhoog dan
gaat ook de vlotter mee omhoog. Het touw
met de vlotter zit via een mechanisme ver
bonden met de naald die op het papier
schrijft. En voila! We hebben dus, en de
waterstand van verderop binnen het gebouw
gebracht en daarbij... ook nog eens vastge
legd op papier." Ik beaam dat het allemaal
knap in elkaar steekt.
"Nu zal ik je de peilput nog even laten zien,"
zegt Schut. In de hoek van het gebouwtje is
een soort koekoek. Een opening in de vloer
die met een deksel is afgesloten. Terwijl Schut
het luik probeert te openen, gaat de deur van
het gebouw open en stapt een man binnen.
Hij draagt een oliejas en heeft een zuidwester
op zijn hoofd. We schrikken er beiden van.
"Goeiendag," zegt de druipende man. Schut
die zich snel heeft hersteld herkent de stem
en zegt lachend: "Je liet ons wel even schrikken Tijsen. We waren zo druk in gesprek en mede door
de harde wind en regen buiten hadden we niks gehoord." "Ik was benieuwd wat het water doet,
meneer Schut. Ik zei tegen de vrouw, ik moet efkes naar de Kwallentien om te kijken of het peilap-
paraat het wel goed doet. Wat is het een hondenweer." voegt hij er aan toe. Het water druipt van
zijn jas en gezicht. Schut stelt mij aan Tijsen voor als een kennis van hem. "Ik liek die menheer wel
te kenne" zegt Tijsen. "Ik hew'em een paar keer op de haven zien löpe." Ik beaam dat en zeg dat ik
al vele wandelingen overWieringen heb gemaakt.
"Ik was net bezig de koekoek naar de peilput te openen," zegt Schut tegen Tijsen. "Wees maar
voorzichtig, de put is diep meneer Schut." "Ik weet het, ik weet het"antwoordt Schut. Het luik gaat
open en ik zie een gapend gat. Schut pakt de olielamp van de tafel en laat de lamp in de opening
schijnen. Ik zie een klein trappetje naar een plateau ongeveer een meter lager dan de vloer van het
gebouwtje. Schut daalt het trapje af en staat dan op het platform. De lamp geeft een spookachtig
licht in de holle ruimte. Naast het platform is een ijzeren trap aan de muur bevestigd. "Die trap
gaat helemaal naar de bodem van de peilput." zegt Tijsen. "De put is onderin niet helemaal dicht
en er komt wel eens water met prut naar binnen. Eens in de zoveel tijd maken we de bodem
schoon. Je wilt het misschien niet geloven maar we vangen er wel eens dikke palingen. Die kruipen
dan door de lekken van de muur." "Heb je het gezien?", vraagt Schut aan mij. Ik knik bevestigend.
Tijsen heeft ondertussen het registratieapparaat gecontroleerd en in orde bevonden. We praten nog
wat over het slechte weer en de te verwachten waterstand van vanavond. "Ik kijk vanavond bij
hoogwater nog wel even meneer Schut. Ik hou u wel op de hoogte. Ik fiets vanavond nog even naar
het dorp om u de hoogste stand van het water nog even door te geven." "Dat is prima Tijsen. Ik
wacht het wel af," antwoordt Schut. Hij blaast de lamp uit en even later staan we buiten. Gelukkig
Een hanenpoot
Historische Vereniging Wie ringen - "Op de Hoogte" - 16e jaargang nr. 1 - 2004