De revolutie ging niet aan Wieringen voorbij
- 91 -
De ondergang van een Burgemeester door Stef Zwarts
Het jaar 1918 staat bij Wieringers bekend als het begin van de internering van ex-kroonprins
Wilhelm op het eiland. Daarvóór was de bevolking echter al in rep en roer door een andere
geruchtmakende kwestie, die in geheel Noord-Holland opzien baarde.
De Schager Courant berichtte over Wieringer wantoestanden. Het beleid van de toenmalige burge
meester leidde tot ontevredenheid onder de Wieringer bevolking. Onder aanvoering van een zekere
"X" verschenen ingezonden stukken in de Schager Courant die de activiteiten van burgemeester
Peereboom aan de kaak stelden. In het licht van de gebeurtenissen elders in Europa leken de rellen
van een onbeduidend dorpsniveau. De Eerste Wereldoorlog was immers zijn laatste fase ingegaan.
Honderdduizenden soldaten verloren het leven. Zeker vanuit het heden beoordeeld verbaasd men
zich over de futiliteiten waarmee men zich hier bezighield. Waarom is het achteraf toch een interes
sante episode?
Nadere beschouwing leert dat het voor de bevolking toen een belangrijke fase was om een eind te
maken aan het autoritaire, soms bijna feodale bestuur van een burgemeester. De standenmaat
schappij met het censuskiesrecht (alleen voor mannen die een bepaalde som aan belasting betaal
den) was nog niet zolang geleden vervangen: naast het belastingkiesrecht werd kiesrecht ook toege
kend op grond van huishuur, loonbedrag, spaarbankrekening of examen. Pas vanaf 1917 gold het
algemeen kiesrecht voor mannen, terwijl het vrouwenkiesrecht in 1919 werd ingevoerd. In de hoof
den werkte de oude standenmaatschappij nog lang door, zeker op een eiland. Het is dan ook won
derlijk dat iets van de sociale gistingen in Europa ook tot Wieringen doordrongen: de roep om
democratie en zeggenschap voor iedereen.
Hieronder volgt het verhaal over dorpsintriges, visserijbelangen, gekwetste eer, rechtszittingen en
de ondergang van een burgemeester. Het speelt zich af in een decor van schaarste en gebrek, ver
oorzaakt door de Eerste Wereldoorlog. Nederland was weliswaar neutraal, maar door de Engelse
vlootblokkades om het Duitse verzet te breken, heerste ook in ons land gebrek. Er was het zg. dis
tributie systeem waarbij schaarse producten alleen op de bon verkrijgbaar waren. Onder deze
omstandigheden brak eenWieringse mini-revolutie uit.
In de Schager Courant stelde een mysterieuze "X" allerlei ongerechtigheden over de handel en
wandel van burgemeester Peereboom aan de orde. De kerken waarschuwden tegen de roddels. Ds.
Leenders predikte de naastenliefde en verdraagzaamheid vanaf de kansel van de Doopsgezinde
kerk en vanuit "Ons Blaadje" maar vergeefs... De publicaties in de krant gingen gewoon door. Op
20 april 1918 was het weer zover.
Kritiek van Wieringer zakenlieden op de gemeente zou meteen tot orderverlies leiden. De burge
meester strooide valse informatie rond over ingezetenen. De burgemeester kwalificeerde midden
standers tot kwajongens. Helaas moet X vaststellen dat die middenstanders niet goed verdedigd
worden door hun voorzitter, die te bang is voor de burgemeester.
Wie was dan wel die burgemeester Peereboom?
"Een man met geld, dat zegt hij zelf" aldus mr. X, "maar is dat het hoogste levensdoel?" vraagt hij zich
af. "Werkt hij daar alleen voor? Heeft hij geen hogere roeping?"
"Nee", vervolgt X, "want de eerste de beste straatveger hoor je dagelijks schreeuwen: de burgemeester heeft
weer zoveel duizend guldens met zijn loggers verdiend, de burgemeester heeft voor zoveel duizend gulden
zinkwit gekocht en hij kan er nu al twaalfhonderd gulden winst op maken, de burgemeester heeft voor
Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hoogte" - 15e jaargang nr. 4 - 2003