e Visscherij-Courant
Ontevredenheid over
het beleid van
Wieringen's Burgemeester
- 102-
18-02-1919 - WIERINGEN
EEN RUMOERIGE VERGADERING
"Wieringen's Belang heeft voor de eerste maal verga
derd in de zaal van den heer C. Scheltus. En het is een
zeer rumoerige vergadering geweest, waarvan wij ette
lijke lange verslagen ontvingen, waaruit wij het meest
interessante hier hebben uitgelicht. Een volledig ver
slag der vergadering is niet wel mogelijk, omdat op
deze vergadering ook tegenwoordig was de heer
Peereboom, burgemeester met zijn zoon en eenige
vrienden, die herhaaldelijk interrumpeerden.
Voorzitter der vergadering was de heer H. van Kals
beek, die te ongeveer 8 uur voor een dicht bezette zaal
het woord nam en zeide dat het al lang in de pen was,
een vergadering als deze te houden: deze vergadering
werd uitgeschreven door eenige ingezetenen, en spre
ker was hun woordvoerder.
De eerste vraag die aan de orde moest gesteld worden,
zei de heer Van Kalsbeek, was: Wat hebben de nu
zittende raadsleden gedaan?
Het antwoord hierop is niet gunstig, en de grootste
schuld hiervan ligt bij den burgemeester, de heer Pee
reboom. Toen hij burgemeester werd, is hij met vlag
en wimpel ingehaald omdat men zoo blij was een
ingezetene nu als burgemeester te hebben; die wist
immers wat voor de gemeente noodig was? Maar ziet!
Het cachou-schandaal
Een frappant voorbeeld van 's burgemeesters wanbe
leid b.v. is het volgende:
In het voorjaar 1916 was er gebrek aan cachou en was
het te voorzien dat de visschers daarom verlegen zou
den raken. De heer Peereboom liet toen koopen en
kocht zelf per telefoon op verschillende plaatsen
cachou op, ook te Wieringen.
Er was iemand die dacht dat hij dit voor de visschers
deed en zoo die er om gegaan waren een deel konden
krijgen. De heer Peereboom kocht die cachou echter
om er zèlf aan te verdienen. De cachou van den heer
Peereboom was voor Vlaardingen voor groote vissche-
rij-maatschappijen, niet voor de Wieringer visschers,
integendeel, ze ging van Wieringen, waar gebrek was,
door burgemeester's toedoen naar elders, om... den
burgemeester geld in den zak te spekken!
Interrupties van den heer Peereboom
De heer Peereboom: "Vent, je liegt het, ik heb de
cachou niet verkocht".
De heer Kalsbeek: "Straks mag u spreken, nu heb ik
het woord".
De heer Peereboom: "Je geeft den schijn of ik ze ver
kocht, dat lieg je, het was voor mijn eigen maatschap
pij en ik zal spreken wanneer ik wil".
De heer Kalsbeek: "U kocht de cachou voor uw Mij,
ten bate van uw eigen zak, en nu had het op den weg
gelegen van den raad om hierover eene motie van
afkeuring in te dienen. Dit is echter nog niet gedaan
De heer Kalsbeek vervolgt: "U is als burgemeester
geroepen om voor Wieringen op te treden. Ik heb er
ook hier reeds over gesproken op eene Witte Kruis
vergadering, de heer Stavenga was er bij. En deze zei:
Burgemeester ik heb een visscher gehad die zoo om
cachou verlegen is, kan hij geen halve kist van u over-
krijgen? Waarop ik misschien wel wat vrijpostig voor
den burgemeester antwoordde, dat kan niet de cachou
is al reeds in Vlaardingen. Hierop werd de heer
Peereboom zoo rood als eene biet, hetzij van schaamte
hetzij van woede, dat weet ik niet. En ik heb den
Burgemeester gezegd dat ik zijne handelswijze niet
kon goed keuren.
De heer Peereboom: "Kan mij ook wat schelen wat jij
goedkeurt, jij bent niks. Er staat nergens in de Grond
wet dat ik niet mag handelen, maar vertel jij mij nu
eens, wie is het voorlopig bestuur?"
De heer Kalsbeek: "Daar heeft u nog niets mede te
maken, dat zal u straks wel gewaar worden
Ook de jongeheer Peereboom wordt rumoerig en
vraagt om mededeling wie het voorlopig bestuur is.
De heer Kalsbeek zegt dat het getuigt van gebrek aan
opvoeding voor den jongeheer Peereboom, om zoo
telkens te interrumperen, spreker zal straks het voorlo
pig bestuur wel noemen.
De heer Peereboom: "Jij bent een lelijke farizeeër".
Kwesties en nog eens kwesties
Op deze wijze gaat het debat voort. De heer Peere
boom wil herhaaldelijk de heer Obreen erin betrekken,
maar deze blijft rustig en houdt zich achteraf.
Besproken wordt een kwestie van het huis van den
oud-secretaris, de kwestie van het doktershuis enz. De
dokterskwestie wordt genoemd: een persoonlijke ne
derlaag voor den heer Peereboom. Bij deze kwestie
spreekt ook dr. Pijl een woordje mee, maar de heer
O.J. Bosker merkt op: "Laat Pijl zich er maar buiten
houden, die heeft hier genoeg bedorven, laat de spre
ker maar doorgaan!" (Daverend applaus.)
De heer van Kalsbeek bespreekt daarna de veranderin
gen aan den weg, en dat men 4, 5 jaar lang niets er aan
Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hoogte" - 15e jaargang nr. 4 - 2003