- 95 - En deze Van Gelder wist daar veel van: hij had als tegenwicht een "Vereeniging van Zeegras belanghebbenden" opgericht. Van het erbij be horende blad "De Visscherij-Courant" was hij de redacteur. In het blad spuide hij zijn onge noegen over de burgemeestersbelangen. Pee reboom had een bloedhekel aan die man, want Amsterdam viel niet onder zijn invloedsge- bied. Bovendien was Van Gelder een jood, maar dat verweet de burgemeester hem alleen als hij heel boos was. Door deze Van Gelder was de notaris dus zeer goed op de hoogte. Wie ook "X" mocht zijn, waarom bediende hij zich van zo'n vileine, anonieme schrijfmethode? De Wieringer Courant probeert de kwestie belache lijk te maken met een tweespraak tussen Harm en Teun. GESPREK TUSSCIIEN, HARM EN TEUN "Ik noem mijn naam niet, omdat, deed ik dat wel, op Wieringen de klachten als een persoonlijke strijd tussen de heer Peereboom en mij zou worden opgevat, wat het Notaris Obreen op latere leeftijd. geval niet is.Het is voor de ingezetenen niet mogelijk op de gewone wijze voor recht en billijkheid op te ko men, omdat zij dan terstond in hun persoonlijke belangen worden geschaad. Ik noem slechts het geval van een geacht raadslid die een opzienbarende procedure tegen B&W voerde en die procedure ook won. Dit zelfde raadslid kreeg onlangs een informatie in handen omtrent zijn financiële toestand, afkomstig van de Wieringer Correspondent van het Provinciale Informatiebureau, waarin hij als een financiële zwalker werd afgeschilderd. Intussen bleek de onjuistheid van die informatie en kreeg die correspondent zijn ontslag. Men sprak onlangs druk over een geval van valsheid in geschrifte, waarin een lid van de middenstand betrokken was (zoals later bleek, ten onrechte), wiens gehele bestaan van de uitslag van die strafzaak af hankelijk was. Die heer zocht op een goede dag de burgemeester op om hem te vragen met welke bedoeling deze de toedracht van deze strafzaak aan Jan en Alleman vertelde?" HARM. 0, Teun, als |e al die naastenliefde van mijnheer X door je neusgaten opsnuif, want ze is Ic hoog verheven en te lein, om ze lang» den gewonen weg naar je denkorganen te gelei den,.... dan zink je in het niet en vol ootmoed ■hef je een danklied aan cn prijs je de verheven ■uitvloeisels van den groolen onbekende: O, ex der exxen, geest der geesten, Ik ruik U, maar aanschouw U niet I' Dugeur van thee, zeep, duode beesten..;. Gaat van U uit tot in 't verschiet il De rijst en brij vloeit uil uw. mouwen, Wie zou, nl maskert g' uw gezicht Van zulk een, eenheidsworst niet houèn Gij zijl ons licilGij zijt ons lichtl! TEUN, Amenl Ja, mijn vriend, als wij lie.ni ons eens goed indenken, dan verafschuwen wij ons zelf, als akelige egoislischc wezens;' wif schrapen maar en clcn maar cn de grootc X deelt misschien van zijn matig rantsoentje nog aan zijn hu urman afWerkelijk kreeg ik Zaterdag- I nacht, na het lezen, van zijn ontboezemingen, de ..,.de nachtmerrie. De onsjes thee, de Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hóógte" - 15e jaargang nr. 4 - 2003

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Op de Hòògte - Wieringen | 2003 | | pagina 13