Die zomer zijn we van waterbewoner landbewoner geworden. We gingen wonen in het huis van Jan
Heijblok Polder Waard Nieuwland. We woonden er met 3 gezinnen. Jan en Maartje aan de West
kant, Maarten en Sjef Snoodijk moeder aan de Oostkant en wij zaten in het midden. Onze kamer
was net een wielerbaan om de schoorsteen was geheid en de rest was verzakt.
Daarna ging ik werken bij Jan Vroom en Geertje Wagemaker, dat waren dagen van zes tot zes, zes
dagen in de week voor 10 cent per uur. Eerst wieden later gele bloemen plukken, ik kon van de weg
af zien hoever ik was. Daar had ik mijn eerste loonconflict met de dames Geertje en Alie Mostert.
Het was 's ochtends wel eens nat en dan ging ik er om negen uur heen. Wij schaftten om 8.30 uur
en dat was een kwartje minder maar de dames maakten er 30 cent van en ik kon praten als
Brugman; ik kreeg het niet, die 5 cent.
M'n derde baan was bij de familie Maarschalk. In de winter bomen planten. In het voorjaar naar
Simon Metselaar ook weer in de Polder Waard Nieuwland. In de zomer vlastrekken, maar dat was
te zwaar voor mij. Op 17 maart 1939 ging ik bij Nan Klein werken. Een heel goede herinnering,
want Nan was een goede baas en later vriend. Ik had vijf gulden in de week met de kost, ik sliep
wel thuis, 's Winters hout kappen en zagen, erwten en bonen uitzoeken en spijkers recht slaan.
10 Mei 1940 breekt de oorlog uit met alle narigheid. Het was een vroege Pinkster. Vader was op 13
mei jarig en dat was pinkstermaandag. Wij kregen de hele fam. Bijma bij ons in, ze moesten uit hun
keet in de Oeverse Koog. Deze werd gevorderd voor de Hollandse soldaten. Het was een hele
drukte. We kregen een andere tijd3) toen de Duitsers kwamen. Er ging 100 minuten af. Jo Muit
begon om 5.20 te werken, maar de boer deed daar niet aan mee.
In oktober 1943 trouwde Nan met Rinske de Kroon. Hier nog een foto uit de oorlog, granen rij
den met de Wieringse boerenwagen. Op de wagen Simon de Jong en Anne Jonkhart-Takes, die
waren aan het aren zoeken op de wagen en ik aan het opsteken.
In oktober kreeg ik een oproep
om in Duitsland te gaan werken.
Eerst te keuren, je tong uitsteken
en je was goedgekeurd. Ik had er
niet veel zin in dus ging Nan
Klein voor mij op zoek naar een
onderduikadres. Ik was de 10e
net 21 geworden. Vader heeft mij
naar A.E. de Graaf gebracht aan
de Koggerandweg in de Wierin-
germeer. Daar zat ik bij de gaska
chel te wachten op Snip uit
Zwaagdijk. Die bracht me naar
de fam. Blokker in Oostwoud,
dat kon niet beter. Hele beste
mensen met de kinderen heb ik nog altijd contact. Het was wel wennen in de bedstee achter de
koeien, heel veel lawaai. Poepen en piesen en drinkbakjes met deksel, maar alles went. We gaan ver
der met alle ups en downs tot ik op 31 augustus 1944 een klap van een paard kreeg. Mijn onder
kaak in drieën en ik ging naar de Villa in Hoorn4)Eten kon ik niet, de Blokkers namen melk en
eieren voor me mee, dat kon ik nog wel weg krijgen. Mijn vader en moeder zijn ook een keer op
bezoek geweest. Op de fiets met antiplofbanden. (dat waren banden gemaakt van autobanden).
Op het land Hendrik van Eerden en op de kar Simon de Jong
en Anne Jonkhart-Takes.
-37 -
Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hoogte" - 14e jaargang nr. 2 - 2002