ERNIELING VAN EEN EENDENKOOI - 15 - Een andere gebeurtenis: Het volgende verhaaltje gaat over een echtpaar dat in een huisje aan de dijk tussen Vatrop en Stroe woonde: De handen van de man zaten nogal los en menigmaal al had hij zijn vrouw bont en blauw geslagen. Op een gegeven moment durfde de vrouw dan eindelijk naar de politie te gaan om hier van melding te maken. Veldwachter De Jong en zijn collega besloten de man met een bezoek te ver eren. Ze hebben de man toen duidelijk gemaakt dat hij zijn handen thuis moest houden, anders was het zijn beste beurt niet. Het ging vervolgens een tijdje goed, maar op een gegeven ogenblik ging de man weer in de fout. Veldwachter De Jong en zijn collega zijn toen naar de woning gegaan en hebben de man een stevig pak rammel gegeven. Daarna heeft de man zijn vrouw nooit meer geslagen. Jan Jansz., 35 jaar. Hij woont in Gelderland maar is nu even hier op Wieringen, Sijmon Cornsz. de Wit, 37 jaar, Hendricus Capiteijn, 26 jaar en Jan Cornsz.Cooijman, 62 jaar. Op verzoek van de Baljuw Jacobus van Pomeren leggen zij de volgende verklaring af: De eerste getuige, de Gelderlander dus, vertelt dat hij op 16 december zo rond 10 uur op de Westerlanderdijk ter hoogte van het huis van Cornelis Keijser sloepvolk zag komen. Deze mannen kwamen van een oorlogsschip onder commando van kapitein Braak. Het sloepvolk had gevraagd of ze een poosje aan land mochten en dat was goedgevonden. Er moest wel 2 man in de sloep blijven en 't mocht niet te lang duren. Zo'n man of tien ging dus aan de wal. Jan Jansz heeft deze uitleg later gehoord. Nel Fijnheer-Rotgans Tegenwoordig kijken we er niet meer van op als er wat vernield wordt en we denken dan dat dat vroeger niet gebeurde. Als je in de boeken van het Oudrecht van Wieringen leest, ga je er anders over denken. Het kwam vroeger wel degelijk voor. Lees maar het volgende verslag uit het Oud rechtboek nr.6654, dat speelt in december 1781. In die tijd had je nog geen gemeentebestuur, maar het waren de schout en de schepenen die de zaken regelen, ook de voorvallen waar rechtsspraak aan te pas kwam. Eendenkooi Jan Cooijman Op 20 en 31 december 1781 verschijnen voor de schepenen Pieter Nan- ningsz en Nan Cornelisz (niet iedereen had toen al een achternaam) de volgen de getuigen: Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hoogte" - 14e jaargang nr. 1 - 2002

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Op de Hòògte - Wieringen | 2002 | | pagina 17