zeil en sloot ook wel kamers af, zodat deze niet door de soldaten betreden konden worden. Ook
heeft er nog Nederlandse inkwartiering plaatsgehad, mogelijk betroffen dit evacués. Een bevriende
hoofdingenieur van Rijkswaterstaat zou snel zijn intrek in de villa hebben genomen, zodat deze niet
door Van Diemen betrokken kon worden en alles in veilige handen bleef. Het precieze lot van de
villa in deze jaren is echter niet meer precies te reconstrueren, ook omdat de familie Kolff zelf zich
inmiddels elders bevond en na de oorlog alles slechts van horen zeggen had. De bevrijding brak
aan. Burgemeester Kolff was al 20 jaar lang burgemeester van Wieringen geweest en had kort voor
het uitbreken van de oorlog met de gedachte gespeeld, naar een andere burgemeestersbetrekking
om te zien. Hij was echter diep bewogen door de steun die zijn vrouw tijdens zijn gijzeling vanuit
de Wieringse bevolking had gekregen en hetgeen hem tijdens die periode in het gijzelaarskamp St.
Michielsgestel door goedwillende Wieringers was toegestuurd aan levensmiddelen en steunbetui
gingen. Op grond daarvan besloot hij opnieuw burgemeester van Wieringen te worden. De villa
"Wiron" werd weer betrokken en de vaas had na een revolutie nu ook een wereldoorlog overleefd.
Het jaar na het onverwachte bezoek van
de Hertogin ging burgemeester Kolff met
pensioen. Hij vestigde zich niet veel later
samen met zijn vrouw in Zutphen, waar
zijn twee dochters in de verpleging werk
ten. De vaas verhuisde mee. In 1967 over
leed mevrouw Kolff. Haar man volgde 3
jaar later. De vaas viel toe aan hun jongste
dochter Coby Kolff. Zowel zij als haar zus
en in 1924 op Wieringen geboren broer
hebben geen nakomelingen gekregen. Ook
de twee broers van haar vader hadden
geen nazaten en deze tak van de familie
Op een zomerdag in 1957 stopte onverwachts een wagen voor de villa "Wiron", waaruit een oude
re Duitse dame stapte. Zij stelde zich voor aan het echtpaar Kolff als de Hertogin van Brunswijk,
de enige zus van de Kroonprins. Zelf had ze de Kroonprins in december 1920 op Wieringen
bezocht, toen de heer Kolff Sr. ruim drie maanden daarvoor burgemeester Peereboom was opge
volgd. De Hertogin had zoveel over het echtpaar van haar inmiddels overleden broer gehoord en
nu zij weer in Nederland was, wilde zij eens kennismaken en met hen, die destijds zo nauw contact
met haar broer hadden gehad, herinneringen aan hem ophalen. Ze vertelde tijdens het gesprek dat
zij weer op Huis Doorn was geweest. Veel voorwerpen die zij uit betere tijden kende, had zij terug
gezien. Echter niet de vaas, waarop haar moeder zo zeer was gesteld. Zij wilde weten, of de heer
Kolff die vaas ooit bij haar broer in de pastorie had gezien en waar deze gebleven was. De Hertogin
was aangedaan, toen de burgemeester haar vervolgens voorging naar een andere kamer en haar 36
jaar na het overlijden van haar moeder op de bewuste vaas wees. De heer Kolff wilde er onmiddel
lijk afstand van doen, maar dit bleek toch niet de bedoeling. Zij stelde het zeer op prijs dat het
familierelikwie een veilige plaats had gevonden in de woning van de heer en mevrouw Kolff, die
veel voor haar broer hadden betekend. Het was haar voldoende, dat zij nu aan haar getrouwde
dochter kon schrijven, waar zij de vaas - die voor haar blijkbaar altijd een gespreksonderwerp was
gebleven - had teruggevonden. Die doch
ter was Koningin Frederike, de echtgeno
te van de toenmalige Koning Paul van
Griekenland.
Coby Kolff en Dick Verroen, conservator Huis Doorn
-42-
Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hoogte" - 12e jaargang nr. 2 - 2000