Veel mensen uit de steden kwamen met handkar of fiets op antiplof banden, ook wel met kinder wagens bij de boeren langs om eetbare waar op te halen. Die hadden dan ook echt honger en ble ven dan slapen bij de boeren in de schuur. Vandaar de naam hongerwinter '44-'45. Het gebeurde ook wel dat ze iets bij zich hadden om te ruilen voor eten. Zo kwam tante ook aan die grote kom men, niemand weet waar ze ooit in de kast hebben gestaan. De grote kom staat al sinds 1945 bij mij op het theeblad en daaruit drinkt alleen Gerbrand. Toen Gerbrand en Alie getrouwd zijn zei ik: "Nu moet je kom maar mee." En wat zei Gerbrand? "Laat hem hier maar staan, want als Alie hem stuk laat vallen..." 53 Jaar veel gebruikt, dus veel afgewassen en nog niet laten vallen. Hoe is het mogelijk, en hoe lang nog? Ook zijn er wel kinderen uit de grote steden voor lange tijd bij mensen op het platteland geweest. Op 25 of 27 april 1945 hebben de Duitsers de Wierin- germeerdijk laten springen en werd de Wieringer- meer één watervlakte. Wij woonden toen nog in de Elft. Alle inwoners van de Wieringermeer werden geëvacueerd naar de wijde omgeving. Met huisgezin, koeien, paarden en meubels. Wat een toestand. In Mei '45 was de capitulatie van Duitsland. De vlag rood, wit en blauw kon weer wapperen, maar is wel 3 keer op en neer geweest voordat het zo ver was. Dan werd gezegd de vlag mag uit, dus uit, en dan kregen we bericht de vlag binnen te halen er mag nog niet gevlagd worden. Zo ging dat. Eindelijk, ik weet het niet precies te zeggen, toen, ja toch, stond de vlag op de kerktoren. De scholen en burgers volgden. En vanaf 4 mei '46 tot op heden elk jaar de vlag half stok van 6 tot 8 uur als herdenking aan de gevallenen in de oorlog. En 5 mei de bevrijdingsdag de vlag vol uit tot op heden. Moge dat de volgende jaren zo blij ven. Zowel het een als het ander mogen we niet ver geten. Er is zoveel gebeurd in de jaren '40-'45. Dit gedicht is geschreven naar aanleiding van gedachten van een vader en zoon tij dens een bloemlegging op 4 mei bij een monument voor gevallenen in de Tweede Wereldoorlog '40 - '45. Overgenomen uit een oude Wieringer krant. De vlag halfstok. "Papa", "Zeg het eens, mijn vent" "Waarom gaan we nu naar 't monument"? "Aan de doden van de oorlog denken wij Op de avond van vier mei." "Papa", "Ja mijn jongen, zeg het maar "Is het net zo druk als vorig jaar?" "Nee vent, niet iedereen doet net als wij Op de avond van vier mei." "Papa," "Wat wou je nu nog vragen?" "Mag ik ook jouw bloemen dragen? Ik leg ze wel naast die van mij Op de avond van vier mei." "Papa, weetje wat ik nog graag weten wil? Staan straks alle auto's stil?" "Sommige wel, maar velen razen voorbij Op de avond van vier mei." "Papa, een vlag halfstok is toch verdriet waarom hangt hij hier dan niet?" "Ja vent, daar kan mijn verstand niet bij Op de avond van vier mei." Toen we weer naar Den Oever konden, waren in ons huis nog Duitsers in de voorkamer, wij zelf in het achterkamertje en we moesten dan 's avonds bij de Duitsers langs naar boven. In de nettenschuur waren Engelse soldaten. Dat alles was niet zo leuk maar wij waren weer thuis met z'n allen in Den Oever. Langzaam, heel langzaam kwam alles weer beetje voor beetje op gang. Onze beste vrienden overgehouden uit de mobilisatie tijd van de mannen waren Jaap Glas en z'n vrouw Ouk. Opa ging weer z'n dagelijkse werk ter hand nemen, de materia len voor de visserij repareren en nieuwe maken. Ik ging in huis weer aan de slag en zo kom je weer op stel. Heel veel zijn we per fiets naar Jaap en Ouk geweest, die woonden in de Weere (West Friesland) dan namen wij paling of andere vis mee. En boter of kaas mee terug, dat maakte zij zelf. Jaap was dus boer en zo ging dat, als zij bij ons kwamen ging het andersom maar steeds werd er geruild. Wij hadden dan soms wel anti-plof banden, dus massief, of je kreeg onderweg een lekke - 53 - Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hoogte" - 12e jaargang nr. 2 2000

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Op de Hòògte - Wieringen | 2000 | | pagina 19