'k y nst - -•- 0jf. OEN WlERINGEN NOG EEN EILAND WAS - 113 - Ik woonde in 1920 op Wieringen. Toen was het nog een eiland. De bakker die kwam om de dag brood brengen. In Hippolytushoef was een kruidenier. Er was een café op Ewijcksluis en in Westerland en in De Hauwkes en op Stroe. Er was ook een pontje die van de Hauwkes naar Ewijcksluis en dan naar Den Helder vaard. Er was een school bij het Skrale End en eentje op Oosterland. Het was een mooi eiland met heel veel heuvel achtig gebied. We hebben ook heel veel zwerfkeien. Die zijn ontstaan tijdens de ijstijd. Omstreeks de tiende eeuw was Wieringen al bewoond. De namen Strude (het huidige Stroe) en Alvitlo (huidige Elft) Hippolytushoef. Beide namen wijzen op begroeiing met dichte struiken en een open plaats in het bos. Er waren geen auto's maar ze reden op fietsen maar meestal lopend. Er waren geen asfalt maar sandwegen. Alleen in de dorpjes straten met klinkers. De dijken waren nog heel laag. Met hoog water liep het water van de zee in de kogen. (Kogen zijn de lage stukken land) De Wieringermeer was een Zuiderzee. De kinderen speelden met tollen en hoepels en knikkerden heel vaak. De kinderen liepen met klompen. Alleen rijke mensen liepen op schoenen. De kinderen moesten tot hun twaalfde jaar naar school, daarna moesten ze werken. Ze gingen een vak leren bij de boer of bij de timmerman of bij de bakker of slager. Ik vond het erg leuk in die tijd, leuk, want je hoefde niet zo lang naar school. Ze moesten ook op za terdag naar school. Dit was mijn verhaal over Wieringen. Joery Bijvoet (11 jr) Westerland Groep 7 Historische Vereniging Wieringen - "Op de Hoogte" - 1 le jaargang nr. 4 - 1999

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Op de Hòògte - Wieringen | 1999 | | pagina 27