1119 - Jans Slagboom: is getrouwd met Willem Keijzer. Zij hebben op Oosterland en Den Oever gewoond. Ze kregen vijf kinderen: Kathy, getrouwd met Willem van Prooijen. Joost, getrouwd met Jeannette de Visser, Dirk, getrouwd met Astrid Kaan, Joke, getrouwd met Aart Rezelman, Loes, heeft verkering met Andrê Lont. - Joost Slagboom: is getrouwd met Bertha Mulder (zuster van Gerke)en is in de vijftiger jaren teruggegaan naar Sliedrecht. Ze hebben twee zoons, Joost en Jan, die ook in Sliedrecht wonen. - Bets Slagboom: is getrouwd met Willem Steiginga. Zij hebben altijd op Den Oever gewoond. Ze kregen twee zoons: Abe, getrouwd met Mieke Hofstede, en de helaas veel te vroeg overleden Joost, getrouwd met Lilian Hendriks. - Sjonne Slagboom: is getrouwd met Jaap Smid. Zij hebben gewoond in de Polder Waard Nieuwland en wonen nu in HippolytushoefZe kregen één zoon: Hilbrand. - Kees Slagboom: is getrouwd met Gré van de Veer (zuster van Fokje van Jan Lappa-Bakker). Zij zijn ook teruggegaan naar Sliedrecht en kregen twee kinderen: Joost en Joke. Dit alles opschrijvend schiet me nog het verhaal te binnen dat toen de familie Slagboom in 1940 in de Hofstraat kwam wonen er na enige tijd politiebewaking bij het huis is geweest, omdat de jonge Oeverse mannen op een gegeven moment zelfs letterlijk in de dakgoot klommen om hun avances kenbaar te maken. Het was me wat, ineens zes van die knappe meiden op zo'n dorpje. Een ander leuk detail is dat Gerke Mulder, de man van Adrie Slagboom (dochter van Adriaan) een broer is van Bertha Mulder (getrouwd met Joost Slagboom, de halfbroer van Adriaan). Hiermee werd Gerke z'n zus Bertha tevens zijn tante. Adrie haar oom Joost werd Adrie haar zwager. Als u dit als lezer in één keer na kunt vertellen, vind ik u bijzonder knap. EEN KIND ONTDEKT OOSTERLAND Vervolg op 10e jaargang nr.l blz.1093 door Rita Land-Terpstra uit Noorwegen Nadat de algemene staking in werking was getreden, ging het hard achteruit. De electriciteit was gerantsoeneerd en werd later helemaal afgesloten. Omdat wij een bakkerij aan huis hadden, kregen wij nog wat langer stroom dan de meeste mensen, maar uiteindelijk was het bij ons ook op. Merkwaardig genoeg heb ik aan de avonden uit die tijd heel prettige herinneringen. Bij een kaars of een oliepitje werd er bij ons voorgelezen. Degene die las mocht het licht naast zich hebben. Natuurlijk werd er ook geëxperimenteerd met alternatieven. Zo hadden we een poosje een molen met dynamo op het dak. Maar als het flink waaide rukte dat ding zo aan de gevel dat we bang waren dat het hele dak eraf zou gaan. Ook probeerden we met een fietsdynamo, maar dat was allemaal maar lapwerk.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Op de Hòògte - Wieringen | 1998 | | pagina 25