979 Toestemming gemeentebestuur, dijksbestuur en polderbestuur Het gemeentebestuur moet ook toestemming verlenen. In een brief van 30 juli 1845 geeft het gemeentebestuur, bij monde van de Assessor J.Kooijman, bericht van deze instemming aan de Staatsraad Gouverneur van de provincie Noord-Holland. Het dijksbestuur en het polderbestuur zijn door de gemeente op de hoogte gesteld van de plannen. Het polderbestuur kan zich wel verenigen met de plannen, zij vindt het zeer wenselijk en in het belang van het eiland Wieringen. Maar het polderbestuur zou het polderbestuur niet zijn als ze toch niet enige verandering in het voorgestelde plan wil aanbrengen. Het bestuur wil in plaats van een uitwateringsgeul midden door de nieuwe polder de uitwatering laten geschieden langs een afscheidingssloot van de Zuiddijk van Wieringen en de nieuwe polder. Het stenen duikersluisje (het Stroeer Sluisje) zou gebouwd moeten worden aan het uiteinde van de afscheidingssloot. En waarom vindt het polderbestuur dit beter Omdat waar thans het geultje van de Hoorndijk is en waar het water meer haar loop heeft, omdat op de geplande plaats eene meer hogere rug bestaat, die dus de uitwatering zou kunnen beletten." Het polderbetuur tekent de brief in de persoon van C.de Haan en de secretaris N.Poel. Het Dijksbestuur, in de persoon van dijkgraaf P.Maats, komt ook nog met een aantal adviezen, o.a. over het graven van de scheidingsslootdie moet een bepaalde diepte hebben. En de opgegraven aarde uit die sloot moet op de berm worden aangebracht en goed geslecht, zodat de afwatering niet in gevaar komt. Deze sloot zal onder toezicht van het dijksbestuur vallen en de onderhoudskosten zullen voor rekening van de nieuwe polder komen. Ook over het wier dat aanspoelt langs de gehele lengte van de nieuwe dijk maakt het dijksbestuur alvast afspraken. Zij mogen het opvissen, over de dijk werken en door sloten en kanalen vervoeren "zonder tegenzegging." Tenslotte wil het dijksbestuur dat de fungerende dijkgraaf zitting moet hebben in het bestuur dat over de nieuwe polder zal gaan "om de belangens van hunne tegenwoordige wierdijk beter op het oog te kunnen houden." Er worden contracten afgesloten tussen de heren Portman en Van Hengel enerzijds en het dijksbestuur en polderbestuur anderzijds. Samenstelling dijksbestuur en polderbestuur in 1845 In 1845 zitten de volgende personen in het dijksbestuur: Pieter Maats, Jan de Vries, Dirk Vet, Cornelis Maars, Meijert Heijblok en Jan Tij sen. 't Zijn allemaal landeigenaren op het eiland Wieringen en vormen samen Dijkgraaf en Heemraden van het Dijksbestuur. De leden van het polderbestuur zijn de volgende landeigenaren: Nan Hellingman, Meijert Kalf, Cornelis Wagemaker Cz, Jan Kooijman en C.de Haan.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Op de Hòògte - Wieringen | 1997 | | pagina 5