896 De winter 1939/40 moet wel streng zijn geweest.In ieder geval was er veel sneeuw, zo erg zelfs dat de school een paar dagen gesloten werd, omdat de kinderen die van ver moesten komen er niet door konden. Ik ben toen op eigen initiatief naar Smerp gebaggerd om Lammy te vertellen dat ze niet naar school hoefde. Dat leverde thuis natuurlijk nogal wat commentaar op. Ook het uitventen van het brood werd natuurlijk een problematische zaak. Eens leende Eltjo de arreslee van Jaap Kool en ik mocht mee om met de slee het brood uit te venten. Onderweg viel de slee om en al het brood in de sneeuw. We hebben toen met vereende kracht de chaos opgeruimd en zijn rustig verder gegaan. Hilly vertelde me later een soortgelijk verhaal. Dat was met de auto. Mijn vader had niet zo lang voor de oorlog een T-Ford gekocht, die hij gebruikte om het brood uit te venten. Eens toen hij weer eens weg was, zou Eltjo natuurlijk zonder rijbewijs, dat doen en Hilly ging mee. Ergens, ik weet niet waar, reed Eltjo in een greppel. Hilly en hij kregen de auto niet meer op de weg. Toen kwamen ze op het idee om een paard te lenen. Zo gedacht, zo gedaan en met paardekracht kwam de auto weer op de weg. De auto mankeerde niets en ze hebben het thuis maar niet verteld. Hilly zei jaren later: "Dat zou je nu met een moderne auto meoten proberen. Die had onder de deuken gezeten." In dit schooljaar werd er een schoolreisje georganiseerd. Het enige schoolreisje dat ik meegemaakt heb.Lammy kwam mij 's morgens ophalen en vertelde dat ze een dubbeltje had meegekregen om onderweg wat te kopen. Ik had al een kwartje gekregen, maar toen ik hoorde dat Lammy een dubbeltje had, wilde ik beslist niet meer. Dat brak me later op, want ik had opdracht om onderweg kaarten te sturen aan mijn grootouders in Koedijk en Alkmaar. Daarmee was mijn dubbeltje op. Gelukkig was buurvrouw Nel mee als lid van de oudercommissie en kon ik van haar wat lenen. Overigens ging het reisje naar het klimduin in Schoorl.Dat eerste schooljaar was het enige rustige jaar dat ik heb meegemaakt. wordt vervolgd. UIT DE KERKARCHIEVEN VAN VIERINGEN vervolg op 8e jaargang nr.4 blz.885 door B.Modder-den Drijver Op 2 januari 1737 krijgt Ds.Woutherus van Dompselaar bericht dat zijn examen is vastgesteld op de eerstvolgende classisvergadering en wel op "Dingsdag beloken Paeschen". Hij wordt geexamineerd door de geleerde Heer Paludanus, predikant in de Zuidzijpe. Op 19 mei 1737 wordt Van Dompselaar bevestigd en zijn bevestiging wordt ondertekend door de ouderlingen Maijert Jansen en Jacob Corn.Klijn van H hoef en Jac.Botter van Westerland. De diakenen Nan Dirksz.Boel en Volkert Mulder van H'hoef en Klaas Janssen van Westerland ondertekenen ook.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Op de Hòògte - Wieringen | 1996 | | pagina 10