867
Er waren zo'n 60 personen aanwezig, die daarna de boerderij binnen gingen
om te kijken en voor een hapje en een drankje.
Wie belangstelling had, kon uitleg krijgen bij de foto's en de attributen.
Daar werd goed gebruik van gemaakt.
De vier kaasfabriekjes vormen de hoofdschotel. Van andere industriële
activiteiten, zoals de vismeelfabriek en de gasfabriek zijn weinig of helemaal
geen foto's. Daarom moest volstaan worden met enige teksten.Het ambachtelijke
smeden is een randgebeuren van industriële bezigheden, vandaar dat daar ook
wat van te zien is.
De molens, die het als foto-onderwerp altijd goed doen, werden er bij gehaald
vanwege de wind-energie, die je kunt zien als voorloper.
Wat niets met industrie te maken heeft, maar wat 't goed doet in Museum Jan
Lont is het "staltje" met de twee vrouwen in klederdracht. Geen echte vrouwen,
maar poppen, die daar zo natuurlijk zitten, dat binnenkomende bezoekers ze
groeten. Dat geeft aanleiding tot gelach.
En zo kan Museum Jan Lont, met medewerking van de Historische Vereniging
Wieringen, weer terugzien op een geslaagd seizoen.
HET EILAND WIERINGEN VOOR 'N HALVE EEUW
Vervolg op 8e jaargang nr.2 blz.808. Deze stukjes stonden in 1939 in de krant.
U moet daar dus nog 50 jaar aftrekken om te vinden wanneer zich dit afspeelt.
DEN OEVER
We hebben in ons vorig nummer gelezen hoe de Oeversche dichter Bakker de
Oosterlander Kerk een relaas liet geven van den toestand omstreeks 1875-1880,
en de Kerk zelve, bouwvallig als ze was, zich reeds ten ondergang zag
opgeschreven.
Deze portretten werden niet bewaarheid; de Kerk staat er nu nog, in beter
staat als ze ooit is geweest, dank zij de goede zorgen van het nageslacht;
of het nu echter met het kerkbezoek beter is gesteld, laten we in 't midden;
in ieder geval aan het gebouw ligt het nu niet.
We hadden het nog niet over de geestesstroomingen in die dagen gehad en toch
zijn ze merkwaardig genoeg om ze aan de vergetelheid te ontrukken.
We hebben kunnen lezen; de Oosterlander Kerk was niet meer bruikbaar, en
dus was om de Oost de Kapel te Den Oever "de kerk". En zooals 't met meerdere
dingen gaat, als iets dreigt ten onder te gaan, worden juist de gevoelens
daaromtrent wakker.
Al geeft 't uiterlijk vertoon weinig, we mogen toch wel releveeren dat Nan
Rotgans, Elbert Koster, Frans Kuijt en anderen als kerkbestuur, in die dagen
iederen Zondag met hooge hoed als teeken hunner waardigheid in de Kapel ter
Kerke gingen, en het mag gezegd worden, dat dominee Hagen niet over kerkbezoek
had te klagen, terwijl midderwijl gewerkt werd, om alles te bewegen de Kerk
te Oosterland voor verder verval te behoeden.
