urn fi. Cu- r-e/n<i O CScs co/hm,YtJ
835
Hét loopt niet erg vlot met dit drietal want het is juni 1738 als Pieter
Wigbout wordt benoemd. Vermoedelijk heeft hier een verschrijving in het
jaartal plaats gevonden, want er wordt niet vermeld waarom de benoeming zo
lang duurt.
Pieter Wigbout wordt aangenomen op dezelfde condities als in 1736. Hij
solliciteert in 1744 naar Hippolytushoef en wordt daar aangenomen. Dus weer
de gebruikelijke procedure.
Op 28 juli 1744 worden verzocht te komen de heren
Jan Pietersz Kaijschoolhouder te Crommenie
Cornells Sijmonsz Bakker van Wieringen en
Jan de Wit, schoolhouder te Oterleek.
J^j a.a/m,c/)L,Qivr J7kr2crir/\.cj>u
{PuUssr Jc^cnrémstJU Ccnr e~. typ-rf}
Ja#u jl(jdréCo)Ycr^,/ J-d>crxrC/niejiJiïvr o>u ^Yo^ün
llOcJhr£<>r 1
JCvQtijVL-. -/ f f
Cd^j alJuUr.
Met meerderheid van stemmen wordt Jan P.Kaij "wettig beroepen".
In juni 1746 zijn er 2 sollicitanten, meester Kaij is kennelijk vertrokken.
De 2 sollicitanten zijn:
Gerrit Blankendael uit de Zijpe en
Cornells Kuijper uit de Wieringerwaard.
CL Cèxnrr fLC Y&rfrcJ: Va-vO JJ
$asnj^r r&r
Atv \wh-?zéJ?utO faal
Cc»-- Cc'lïv'j. >K-a.o"~ ^7)iMyctréycJ J/^icc6in>' ffo'é&SézcJ. tsn.» typom*