1>XB. deel 7
A
836
Gerrit Blankendael wordt uitgekozen. Die vertrekt in 1748 naar 't Zand.
De nominatie bestaat dan uit:
Pieter Sitter uit Medemblik
Willem Leek uit Westerblokker en
Omdat deze laatste elders is aangenomen en dus niet komt, is zijn naam of
niet bekend of niet belangrijk.
Willem Leek wordt benoemd.
Het is een komen en gaan op Stroe, want Willem Leek vertrekt in 1749 naar
Urk. Sollicitanten zijn o.a.:
Cornelis Landmeeter uit Medemblik en
Cornelis Boogert van Heiloo.
Cornelis Landmeeter wordt uitverkoren. Hij blijft tot 1753. Dan solliciteren
Cornelis Sijmonsz Bakker van Wieringen en Jurgen Scholts van Medemblik. Bakker
wordt benoemd
In 1754 komt voor het eerst Oosterland/Den Oever ter sprake. Dan is
schoolmeester Claes Willemsz Medenblik overleden en ontstaat daar een
vacature.
Er zijn tien sollicitanten, waaruit de volgende voordracht wordt opgemaakt:
Corn.Kruijff van Sint Maarten
Dirk Eeksel uit Holisloot en
Manjer Stram van Obrée.
Cornelis Kruijff geniet de voorkeur, hij kan het beste cijferen.
April 1763: Cornelis Bakker heeft vrijwillig afstand gedaan van zijn
schoolmeestersambt. Uit een drietal sollicitanten t.w.
Jan Muntjewerf, ondermeester te Wormerveer
Jan Wittebol, ondermeester te Hoorn in het weeshuis en
Smak van Sint Maartensbrug,
wordt Jan Muntjewerf gekozen. Alweer van korte duur, hij vertrekt een jaar
later naar Benningbroek.
Hij wordt opgevolgd door Hendrik Groot, ondermeester uit Durgerdam.
Mede-sollicitanten waren Rens Doorn uit Sint Maarten en Jacob Rozee uit
Kolhorn.
Ten huize van de dominee vindt de benoeming plaats door schepen Jacob Pal.
Burgemeester Nan Symonsz en schepen Pieter Bakker zijn wegens onpasselijkheid
absent. Verder doet de voltallige kerkeraad mee.
Er zijn ook nog twee personen die gesolliciteerd hebben, gepasseerd, nl.Sijmon
Guldeberg, ondermeester te Zaandijk en Bruyn Remmesz, kleermaker te
Harlingen.
van Niedorp.