325 15) Deze kooi was al eerder achter het huis van de pachter gesticht: vanouds was hier de vogelarij Het Schin. 16) Eerder "een bequame vogelerij waarin vanouds veele vogelen met netten is gevangen 17)18) Om "een vogelkooij te behouden op syn lant aldaer geleyt". 19) "op vier mergen lants" 20) "op syn eigen gront om de koy te mogen houden en gebruycken". Op de kadastrale kaart van 1832 staat deze kooi vermeld als "Huyghjes Kooij". 21) "wesende een vuythouck groot omtrent 22 mergen en dickwils metter water onderloopende ende verre van de handt geleegen". Reyer Sybrantssoon blijkt de lasthebber te zijn. Claes Pietersz. en Dirck Cornelisz. zijn "syn huysvrouwen broeder ende swager". Het lijkt aannemelijk dat het gaat om de nog bestaande Mulder-kooi. 22) "om een sekere vervallen vogelkooy te mogen repareeren en weder opmaecken". In 1645 wordt aan de plaatsomschrijving toegevoegd "omtrent de Burge"Het gaat om de niet meer in bedrijf zijnde kooi die als wandelbos is ingericht door Staatsbosbeheer. In de legger bij de kadastrale kaart van 1832 "Zwemmers kooi". 23) Het Nieuwelant is in 1683 door dijkdoorbraak overstroomd. Het land is in 1846 opnieuw ingedijkt: de Waard Nieuwlandpolder 24) Het perceel was belend ten oosten Jan de Wever en ten westen Pieter Poel".In de legger bij de kadastrale kaart van 1832 heet de kooi:"Jan Kooijs Kooij".Later heet hij in de volksmond de Koopman-kooi. 2 5) Als noot 2 3 26) Dit betreft de huidige Slijkerman-kooiOpmerkelijk is dat in sommige jaren (bv.1716) zowel Cornelis Jansz. als Jan CorneliszBroers recognitie betalen voor een "eendenkooy int westeynde van de Hoelemer Kooch". Het wekt de indruk dat er twee kooien zijn, maar dat kan niet het geval zijn. Mogelijk is een hogere recognitie verschuldigd omdat het om een bijzonder grote kooi gaat van een afwijkend model met 7 vangpijpen in plaats van de gebruikelijke 4 (zgn. rogge-eimodel 27) Een sterk verkleinde afdruk van deze plankaarten geeft Daan op,cit.(bijlage) 28) Een lijst van veldnamen, grotendeels ontleend aan de kadastrale leggers, met de kadasternummers geeft Daan, opcitp243-310 29) 23.4.1635: Appointementen (zie noot 14), Boek XII, fol.II XXI. 30) Aldus formuleert Daan, opcitp251 31) Dit blijkt uit het ledenregister der kerk van Hippo: de lidmaten worden er straatsgewijs in vermeld, en "het Bolke" wordt hier (ook) als straatnaam opgevat 32) Aardig voorbeeld: van de 4 zoons van Cornelis Jansz.Broers trouwen er 3 met en meisje Cornelis, de vierde met een meisje Jans (ook geen zeldzaam patronym 33) Jan AeriaenszKooij is in 1729 nog-ouderling in Hippo, maar komt in de ledenlijst van 1731 niet meer voor. Het eerste naar hem vernoemde kleinkind (dus na zijn dood) wordt in december 1729 gedoopt. Vandaar de aanname dat hij in 1729 is overleden. De oudste zoon Cornelis heeft dan al een kooi, daarom erft een jongere. 34) Te Hippolytushoef op 27.7.1778 35) Register Appointementen van Domeinen van Gecommitteerde Raden van Noorderkwartier, inv.nr. 79B. A.R.A. 36) De genealogen in de familie Kooij zijn het oneens over de vraag of Cornelis Jansz. na de dood van Diewer Jans (voor 1731) is hertrouwd met Sijtje Gerritsuit welk huwelijk 7 kinderen zijn geboren. Sommigen denken hierbij aan een andere Cornelis Jansz.Kooij. Een hiaat in de kerkregisters van Hippo maakt dit probleem tot dusver onoplosbaar. 37) 12.8.1616. Appointementen (zie noot 14) Boek IX.fol. C VII.Herhaald in Boek X11 fol11CXXIvermoedelijk van 1645.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Op de Hòògte - Wieringen | 1992 | | pagina 23