Verder waren er geen huizen meer aan de Havenstraat en de Noorderweg.
Aan de noordelijke havendam was een 50 meter over de dijk een steiger. Bij
hoog water stond daar een meter of 5, 6 water.
Diep geladen schepen en ook wel marineschepen konden daar aanleggen. Dit
waren zogenaamde strijkijzers of kanonneerboten.
Soms moest er bericht naar vader. Die werkte bij grootvader Koorn in de
bakkerij op de hoek Zeestraat - Voorstraat. Hij moest dan 100 of meer pakjes
wier naar de steiger rijden. Een lange beun werd op het onderstel van de
driewielde kar gelegd. In de lengte konden er 6 pakken op en daar bovenop
nog 4. Dus per keer 10 pakken. De schimmel was helemaal niet bang op de
houten steiger. Achteruit met de wagen de steiger op en dan de pakken er
1 voor 1 af laten rollen in het ruim van de vrachtboten van Tjeerd Buma,
Pauw Kaan of Tinus de Haan, beurtschippers op Alkmaar, de Zaanstreek en
Amsterdam. De wier werd gebruikt als vulling voor de bedden en stoelen van
passagiersschepen. Ook wel in bedjes voor de baby.
Wanneer het wier gemaaid was en goed zwart van kleur, was het jarenlang
houdbaar
De beurtschippers brachten uit Amsterdam allerhande goederen mede, zoals
202
