Een eenvoudige wegwijzer om het eiland Wieringen te bewandel alle dorpen ên vlekken die in het selve zijn. HET GEDICHT VAN WIERINGEN Ei, gaat met mij eens rond 'k zal U de weg gaan wijzen Al van dat schoone land dat waard is om te prijzen Dit land is ook voorzien van schapen menig voud Veel akkers werden daar van de huisman bebouwd Bezaaid met tarwe en rog met haver en met gerste Dat hier ook wordt geteeld bij meenige tot leste En daarbij ook zeer schoon met scheepvaart aan de kant Dit land is ook voorzien met rundvee arondant En alderhande slag van ligter schuit en kagen Daar menig zeeman zelf zijn leven mee gaat wagen. Een ding is bovenal voor schepen prijzenswaard Het water schoon en zoet dat voorkomt uit de aard Ik ben niet van koers als ik dit eiland prijs Want in den zomertijd is dit een aardsch paradijs De witte klaver schoon die op het eiland wast Haar reuk is wonderschoon als bloemen van damast De hoven brengen voort veel vruchten schoon en eel De appels dun van schil en ook de peeren geel Neptunes met zijn vloed die kwam het land beslechten Gelijk hij dikwijls doet met al zijn stoute knechten Dit land zou zijn een puik een pronk voor alle landen Maar ach het is bezet met rondom doore stranden Nu zal ik het kort de weg eens wijzen aan Voor ieder die begeert dit land eens door te gaan. Den Oever moet gij eerst terdege gaan bekijken Een dorp al aan de zee bewald met wieren dijken Het is zeer volkrijk met scheepvaart arondant En aan de achterzijde heeft men het klaverland De schepen die uit zee in Texel binnenkomen Die moeten daar voorbij al door de brakke stromen. 175

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Op de Hòògte - Wieringen | 1991 | | pagina 4