Fragment uit het dagboek van:Nan Muldergeboren 08—05-1911
Het is vandaag 15 december 1944 als door een razzia op Wieringen
de mannen van 17 tot 40 jaar gepakt worden en ik tot die mensen
behoor.
Om half drie 's-middags word ik gehaald en naar de O.L.-scool
gebracht waar ik met ongeveer tweehonderd mannen ondergebracht
word
's-Avonds gaan we om zeven uur lopend naar Den Oever, waar we in
een grote schuit moetenonderinDat is ons nachtverblijf.Elf uur
's-nachts varen we af naar Kampen.
Het is dan drie uur in de nacht als we op het IJsselmeer motor-
pech krijgen en genoodzaakt zijn het anker uit te gooien.En stil
te blijven liggen.
Een paar mannen en een paar Duitse officieren en soldaten gaan
met een roeiboot naar de wal, dat ongeveer ter hoogte van Oude
Zeug ligt om hulp te halen.Het is dan zaterdag morgen 9 uur als
ze naar de wal gaan en wij wachten het gelaten af.Het weer wordt
kouder en slechter en wij verblijven onderin en korten de tijd
met zingen. Jaap Glim weet de stemming er in te brengen en za
terdag avond als we nog steeds aan het anker liggen te slingeren
is het net bruiloft aan boord.
Het is een tragisch en komisch geheel,als we dit alles overzien.
Tragisch het doel van de reis en komisch het gezelschap dat on
danks alles de moed er in houdt.
Als dan eidelijk het uur van slapen is gekomen proberen we alle
maal om op een gemakkelijke manier een rustplaats te vinden op
de harde planken en proberen we onder het schommelen van de boot
in slaap te komen.Enkele van ons hebben last van zeeziekte en
hebben het lang niet best.Even moet ik nog vermelden dat er nog
een paar vissersboten aan waren gekomen;één van Den Oever en één
van Oude Zeug,ze brengen wat brood en ander voedsel voor enkele
mannen.Het wordt zondagmorgen en nog komt er geen hulp opdagen.
De schipper,die ook geen water en voedsel meer aan boord heeft
besluit het anker te lichten en voor de wind drijft de boot af,
richting Den Oever.Een sleepboot brengt ons aan de wal bij de
Leemans en even later marcheren we met alle bagage terug naar de
school in Den Oever,waar we ondergebracht worden.
Daar is allang bekend,dat we weer thuis zijn gekomen,want fami
lie en kennissen komen aan met levensmiddelen enz.