Augustus
Augustus is oogstmaand en rijk is de schat
Die de aarde voor mensen en dieren bevat
Zo zamelt de vlijt tot den arbeid genegen
De vruchten besproeit door den Hemelsche zegen.
September
Al prijkt niet het schoon nu der aangenamelent
Al spoedt ook de zoomer welhaast weer ten endt
De Herfstzon schijnt helder als vorens te vanen
En komt nog tot zoete genieting vermanen.
October
De wijnmaand is daar en het weer wordt al guur
Geen lente geen zoomer geen herfst is van duur
De winter die nadert zal ook weer verkeeren
Daarom leer een ieder den tijd te waarderen.
November
Het vee wordt in voorraad ter slagting gebracht
Want ieder is wijs op den winter bedacht
Gelukkig de mens ,die bij alles ook tevens
Bedacht zoekt te zijn op den winter des levens.
December
De laatste der maanden breekt eindelijk aan
En haast is het weer met dit jaartje gedaan
Wajnt snel vliegt de tijd en de loop onzer Jaaren
Vol eindigt al eer wij het zeiven ontwaren.