47
Het eerste deel van dit verhaal gaat over de belevenissen van
Ko Hesse, die vóór de oorlog in Ueendam woonde.
In 1942 trouwde hij met de Wieringse Gaertje Uerfaille.
De Duitsers vallen, óók bij Nieuwe Schans, Nederland binnen.
De compagnie waar Ko Hesse menagemeester van was, bijgestaan
door 3 koks, werd richting Afsluitdijk gestuurd, nadat de grens
stelling opgegeven was. Opdracht was: terugtrekken op de Hollandse
linie in vertragend gevecht, hetgeen inhield, dat de compagnie
de bruggen die ze passeerden, opblazen moest met trotyl en de
wegen onbegaanbaar maken voor optrekkende Duitsers.
De Grebbelinie, IJssellinie en Afsluitdijk konden dan bemand
worden, tot de Engelsen te hulp zouden komen, om tenminste de
vesting Holland te behouden.
Op de Afsluitdijk waren aan Kornwerderzand en Den .Oever kaze
matten, bovenop stond afweergeschut van de luchtmacht en binnen
in zat artillerie met kanonnen.
De menagemeester moest zorgen voor eten voor alle manschappen,
geen gemakkelijke taak voor een compagnie in beweging. In Fries
land nam hij chocolademelk, melk, boter en kaas mee van een
zuivelfabriek, tegen afgifte van öen tegoedbon. Toen ze bij de
kop van de dijk kwamen, werden ze vanuit Kornwerderzand beschoten.
Daar dachten ze dat het Duitsers waren.
De kapitein ging met een auto met een witte vlag de dijk op, en
de compagnie volgde op de fiets en met de keukentrailer,
'sflorgens heel vroeg kwamen ze in Den Oever aan. Er moest een
plek gezocht worden voor de fouragetrailers, de soldaten kwamen
in de school en werden over [je kazematten verdeeld.
Jan Uerfaille, inwoner van Den Oever, sliep nog maar werd wakker
van lawaai onder zijn slaapkamerraam. Hij keek, en zag een hekje
stuk gaan. Een trailer reed z!n pas gespitte en ingezaaide tuin
in, op de hoek van de Spuitsteeg—Gasthuisweg, Woedend rende hij
in z1 n lange onderbroek naar buiten, 11 Opdonderen uit m'n spi
nazie, m1n tuin vernielen, wat moet dat allemaal?
De menagemeester vertelde hem, dat hij niets te vertellen had,
dat er staat van beleg was en dat Uerfaille wat hem betrof ook
in het cachot erbij mocht komen zitten. Hij (de menagemeester)
had een huis met een buitenkraan nodig en hier was er een»
Uerfaille weer naar binnen. Kees Uerfaille herinnert zich nog de
verontwaardiging van vader Uerfaille èn van oom Dirk, die er
naast woonde.
Aangezien er voor voedsel gezorgd moest worden en Ko Hesse van
zijn kapitein opdracht had gekregen goed voor het eten van de
soldaten te zorgen, ging hij Den Oever in.
Hij maakte met slager Kaan afspraken voor vleesleverantie. Bij
bakker Kalf werd over brood gepraat en kruidenier Pi. t Lont
in de Zwinstraat was ook gauw gevonden.
Er was nogal eens luchtalarm. De koks werden erop uit gestuurd
om proviand te halen, maar ze kwamen niet terug.
De baas er achter aan, maar in de winkel was niemand. Hij liep
het huis in. Daar zaten in de kelder, onder de trap, Piet Lont
en zijn vrouw, De koks waren er ook, In de keuken, onder de tafel
schuilden zij voor het luchtalarm.