EEN NIEUW VICTORIE BEELD KM JJ Bertus Bakker PRESENTATIE VAN HET BELEG VAN ALKMAAR I *4 - 42 - OUDALKMAAR OUDALKMAAR - 43 In 1961 bestond de 8 October Vereeniging honderd jaar en bij die gelegenheid besloot het gemeente bestuur de jubilaris een beeld te schenken. Het idee kwam uit Leiden. Daar was kort tevoren aan de 75-jarige 3 October Vereeniging een bronzen Weesjongen met pan hutspot aangeboden. Het nieuwe beeld zou de victorie van Alkmaar moeten symboliseren. Weliswaar stond al sinds 1873 Victo- rientje op haar sokkel, maar dit starre en statische monument sprak de mensen niet meer aan, althans zo was de gedachte. Liever een werk in moderne vormentaal dat ‘belangrijker en meer de tijd ontheven is dan het bestaande beeld dat zijn 19de-eeuwse afkomst duidelijk toont.’1 Het nieuwe monument zou een Alkmaarse burger moeten weergeven die bij het ontzet een belangrijke rol had gespeeld. Dat echt is gedacht aan vervanging van het Victoriebeeld lijkt niet waarschijnlijk, want men zag wel in dat dit tot oproer onder de burgerij zou leiden. de Kronijcke van Alckmaer met sijne dorpen. Je had verschillende andere kroniekschrijvers in Alkmaar, maar die schrijven niet hierover. Verder heb ik een kroniek gevonden in Amsterdam, waarvan je maar moet gissen wat het waarheidsgehalte ervan is. Archiefstukken over wat er gebeurde bij de overgang naar de opstand ontbreken dus. Misschien is er later het een en ander opzettelijk uit de archieven verwijderd, wie weet. Ook valt op dat er in de archieven niets te vinden is over de moord op de franciscaner monniken in 1572 en de terechtstelling in 1573 van pastoor Eilard van Waterland en kapelaan Lenaertsz. Het is te opvallend om niet te denken dat er zaken zijn weggemoffeld. Vonden ze wat er was gebeurd te gênant? Ik had graag meer willen vinden over deze gebeurtenissen in Alkmaar. Het blijft nu een beetje een witte vlek. Je kunt wel erover filosoferen, speculeren, maar je hebt weinig houvast.’ De bestorming van Alkmaar bij de Rode Toren (links) en de Friesepoort (rechts) op 18 september 1573. Goed zichtbaar is de Spaanse geschuts- batterij op de Gasthuisweide voor de Friesepoort. Links zien we het weer onder water gezette Zwijnsmeer. Detail van een schilderij van het beleg van Alkmaar in 1573, vervaardigd door een anonieme kunstenaar, 1603. Collectie Stedelijk Museum Alkmaar. Foto: René Gerritsen. Voorzijde van de brief van de Alkmaarse gouverneur Jacob Cabeliau aan Nicolaes Ruychaver van 2 september 1573, die waarschijnlijk in de polsstok van Maerten Pietersz. van der Mey naar Schagen is vervoerd. Collectie Noord-Hollands Archief. Welke historische figuur kwam nu het meest in aanmerking voor vereeuwiging? Dat moest wel de legendarische stadstimmerman Maerten Pietersz van der Mey zijn, zo werd alras duidelijk. Hij was het immers die brieven vanuit het belegerde Alkmaar naar geuzenleider Sonoy in Schagen wist te brengen. Hierin waren inlichtingen over de Spaanse posities te lezen en tevens een verzoek van de burgemeesters om de dijken door te Het beeld zou dus de legendarische stadstimmerman met zijn polsstok gaan voorstellen, maar wie zou het moeten maken? Alkmaar had intussen in de beeldhouwerswereld een naam opgebouwd. Sinds 1954 werd namelijk de stad steeds meer verfraaid met beeldhouwwerken van gerenommeerde kunstenaars. In dat jaar had Alkmaar zijn 700-jarig bestaan gevierd en bij die gelegenheid was een fonds gesticht voor de aankoop van beelden. Met regelmaat werden kunstwerken verworven die een plaats kregen op pleinen, plantsoenen en vooral op het bolwerk. De selectie was in handen van een kunstcommissie die werd bijgestaan door Fri Heil (1892-1983), een beeldhouw- Mari Andriessen in zijn atelier met o.a. een model van de Dokwerker. Foto Sculpture International Rotterdam. DAT MOET JOU ALS HISTORICUS/ARCHIVARIS MATELOOS IRRITEREN. DROOM JE ER NIET VAN DAT ER NOG ERGENS EEN KIST MET DOCUMENTEN UIT DIE TIJD VERBORGEN LIGT? Jazeker! Bij archieven weet je het nooit. Er zijn ontstellend veel documenten bewaard gebleven, ook op plaatsen waar je ze niet verwacht. JE HEBT NU EEN UITPUTTEND OVERZICHT GESCHREVEN OVER WAT ER ROND 1573 IS GEBEURD. ZIJN ER NOG ZAKEN DIE UITGEZOCHT MOETEN WORDEN? Je zou de héle oorlog in het Noorderkwartier kunnen uitzoeken. Die geschiedenis is een beetje een onder geschoven kindje in het nationale verhaal dat van oudsher erg gericht is op wat er in Zuid-Holland gebeurde. De presentatie van Het beleg van Alkmaar is op 20 oktober in de Pleinzaal van theater De Vest. Yolanda Rodrïguez Pérez, Spaanse van origine, verbonden aan de faculteit der Geesteswetenschappen van de Universiteit van Amsterdam, houdt een lezing over de Tachtigjarige Oorlog vanuit de Spaanse optiek. Ze heeft daarover in 2003 een boek gepubliceerd: De Tachtigjarige Oorlog in Spaanse ogen. De Nederlanden in Spaanse historische en literaire teksten (circa 1548-1673). steken. De brieven had Van der Mey listig verstopt in zijn polsstok. Bij Sonoy aangekomen, liet deze hem weten dat hij de dijken wel had willen doorsteken, maar de afgevaar digden van het Noorderkwartier hadden dit verhinderd. Van der Mey toog daarop naar Hoorn, waar men uiteinde lijk toch besloot Alkmaar te hulp te schieten. Daarna bracht hij in Delft aan de Prins van Oranje verslag uit over de toestand in de regio Alkmaar. Met brieven van Sonoy en de Prins wist hij Alkmaar weer te bereiken. Tot zover de historie. Recentelijk heeft overigens historicus Harry de Raad de nodige kanttekeningen bij dit verhaal geplaatst.2 Lees hierover ook het interview met hem elders in dit blad. «w- - ^^7

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2023 | | pagina 9