Mijn theorie is dat die beide polsstokbriefjes nooit zijn verstuurd - K4 YX r it 40 - OUDALKMAAR OUDALKMAAR - 41 van Van Foreest. De tekst ervan is te vinden op de website van het Regionaal Archief. Foto van de opgraving van het grote massagraf op de Paardenmarkt in 2010. Collectie Erfgoed gemeente Alkmaar. Titel en begin van de zestiende-eeuwse versie van de anonieme kroniek van het beleg. Collectie Erfgoedcentrum Neder lands Kloosterleven. Naast de bekende kroniek van Nanning van Foreest uit 1573, is er nog een andere, net zo oude bron van informatie over het beleg. Van die anonieme kroniek kenden we alleen een achttiende-eeuwse versie. De betrouwbaar heid van de bron was in het geding. Er bleek echter ook een zestiende-eeuwse versie van deze kroniek te bestaan. De anonieme kroniek vormt een mooie aanvulling op die Pacificatie van Gent een voorlopige vrede bracht. De oorlog ging later wel weer door, maar buiten Holland. Interessant is de vraag waarom de opstand in 1572 zo succesvol verliep in Alkmaar en omgeving. De opstan delingen beschikten namelijk slechts over een hele kleine strijdmacht. De stadsbesturen van Enkhuizen, Alkmaar en Hoorn aarzelden. Maar de bevolking was erg ontevreden over de dictatuur van Alva en wilde graag verandering. Daardoor was er geen echt verzet toen Diederik Sonoy (de bevelhebber namens Willem van Oranje in het Noorder kwartier), vanuit Enkhuizen ook de andere Noord-Hol- landse steden dwong zich bij de opstand aan te sluiten. Gelukkig heeft het Regionaal Archief Alkmaar heel veel bronnen die te maken hebben met het beleg van Alkmaar gedigitaliseerd. Veel ervan zijn ook getranscribeerd. Bij deze projecten was ik indertijd intensief betrokken. Leuk is dat we toen ook digitale kopieën van een verzameling originele brieven van Alva hebben gekregen uit Spaanse archieven. Ook bij andere archiefdiensten zijn veel bronnen uit deze tijd digitaal beschikbaar. Toch heb ik nog wel veel moeten reizen, onder meer naar Brussel, om daar onderzoek te doen in de regeringsarchieven uit de zestiende eeuw. Een andere leuke vondst betrof het ‘raadsel’ rond de polsstokbriefjes van stadstimmerman Maerten Pietersz. van der Mey. Dat bleef in de geschiedschrijving tot dusver een beetje hangen. Wat had hij nu precies bij zich toen hij op 2 september 1573 naar Schagen, naar Sonoy ging om namens Alkmaar erop aan te dringen de dijken door te steken om het beleg van de Spanjaarden te breken? Er zijn in het Regionaal Archief twee van die briefjes bewaard gebleven. Een ervan is gedateerd op 22 september 1573. De andere is ongedateerd. Tot dusver dacht men dat het ongedateerde briefje het exemplaar is dat Van der Mey in zijn polsstok vervoerde naar Sonoy. Mijn theorie is dat die beide polsstokbriefjes nooit zijn verstuurd. Ze waren wel bedóeld te worden verstuurd. Maar na de tweede, mislukte bestorming van 20 september is dat toch niet gebeurd. Van Foreest schrijft dat na die tweede bestorming twee jongens uit Schermerhorn met brieven de stad uit probeerden te komen, wat mislukte. Ik denk dat die twee briefjes daarbij waren. Het grappige is dat ik een briefje heb gevonden dat wel echt door Van der Mey vervoerd is, begin september 1573. Dat ligt in het Noord-Hollands Archief. De stad werd op dat moment al belegerd. Cabeliau, de gouverneur van de stad, stuurde aan geuzenkapitein Nicolaas Ruychaver een brief. Die moest door de linies gesmokkeld worden. Dat deed Van der Mey, volgens meerdere bronnen. In zijn onderzoek stuitte Harry de Raad op nog iets opmerkelijks. ‘Van Hoorn en Enkhuizen weten we vrij veel van hoe het destijds gegaan is, maar van Alkmaar weten we vrijwel niks. Bijna de enige bron die ons hierover inlicht is de kroniek van Cornelis van der Woude uit 1645, Voor- en achterzijde van het ongedateerde polsstokbriefje, dat waarschijnlijk geschreven is op 20 september 1573. Collectie Regio naal Archief Alkmaar. HEB JE NIEUWE FEITEN ONTDEKT? Nieuwe feiten zijn vooral van archeologische aard, zoals de resultaten van de opgravingen najaar 2021 aan de Molenbuurt naar de fundamenten van het Clarissen klooster. Die zijn belangrijk in verband met de duiding van de gebeurtenissen in 1573. Maar er zijn ook belangrijke nieuwe archiefvondsten te vermelden. HEB JE ZELF NOG VEEL ONDERZOEK GEDAAN? Ik heb nog uitgebreid archiefonderzoek gedaan. In de jaren ’30 al had een toenmalige archivaris van de gemeente Alkmaar, N.M.J. Dresch, het voornemen om een boek te schrijven over de oorlog in het Noorderkwartier. Hij had wat dossiertjes aangelegd. Al zijn materiaal ligt in het Regionaal Archief. Dat materiaal heb ik ook doorgewerkt, het gaf een eerste houvast. ALS JE ALLES OP EEN RIJTJE HEBT GEZET, WERPT DAT DAN EEN NIEUW LICHT OP DE STRIJD IN HET NOORDERKWARTIER? Er is sinds vorig jaar een beetje een debat gaande na de publicatie van het boek van Raymond Fagel en Judith Pollmann, 1572. Burgeroorlog in de Nederlanden. Zij betogen eigenlijk dat Willem van Oranje zich weinig bemoeide met het Noorderkwartier, maar meer bezig was met Brabant. Want in en om Breda had hij veel persoonlijke bezittingen. Alva, de landvoogd die namens de Spaanse koning bewind voerde over de Nederlanden, trok al zijn troepen terug naar de zuidelijke Nederlanden omdat hij daar het meeste gevaar ziet. Die dacht, dat gedoe met die Watergeuzen los ik later wel op. Er was daardoor even geen Spaans leger in het Noorderkwartier. Volgens Pollmann en Fagel waren de steden in dit gebied heel erg bezig met afwegen wat te doen. Willem van Oranje wordt in dit deel erg weggeschreven. Terwijl ik uit allerlei bronnen sterk de indruk heb dat hij juist heel erg de vinger aan de pols hield. Wat er in 1572 in het Noorderkwartier gebeurde - de inname door de Water geuzen van Enkhuizen, Hoorn, Alkmaar en Medemblik - is door Oranje en zijn mannen grondig voorbereid. -'r' r /Mo»*

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2023 | | pagina 8