i n LM WILLEM WYCHERTS Na de tweede feministische golf komt er meer aandacht voor vrouwelijke hoofdpersonages Voor de auteurs en uitgeverijen met een religieuze achtergrond bleef de overdracht van religieuze normen en waarden het hoofddoel. Zo schrijft J. Snoep jr. in Met God voor 't recht: 1573 in Alkmaar (1929) voortdurend over de macht van God en hoe Hij invloed heeft gehad op de uitkomst van het Beleg. Over de overwinning schrijft hij: Cv W G. VAN DE HULST 36 - OUDALKMAAR OUDALKMAAR - 37 Willem Gerrit van der Hulst, Willem Wycherts (Callenbach, 1909). persoonlijke ontwikkeling van de ‘gewone’ man. Lezen voor ontspanning nam nog meer de overhand. De calvinisten worden beschreven als moedige en trouwe vechters voor hun vaderland. Het geloof gaf hun een ‘heldengeest’, waarmee ze ‘strijden voor ’t recht - een recht, Maar hier mocht niet geroemd in wat zwakke menschenhand had gewrocht. Dit werk was van den Heere en van den Heere alleen! Ze [de Alkmaarders] zongen met een brok in de keel en tranen in de oogen. als een offer van een volk, dat door God uit grooten nood en dood is gered en in al zijn dank en eerbiedenis uitsnikt dat hun stad als uit Gods hand ontving’. Een strijd waarvoor ze bereid waren alles te geven. Het geloof in God in de stad was zelfs zo sterk, dat het zelfs de minder gelovigen kracht en sturing gaf. Er waren ook schrijvers die de kinderen vooral iets wilden leren over de geschiedenis, zonder ideologische redenen. Piet Visser wilde een zo getrouw mogelijke vertelling geven over de Alkmaarse strijd. Voor Het Beleg van Alkmaar (1905) gebruikte hij archiefbronnen zoals het bekende verslag van Nanning van Foreest. Hij focuste niet alleen op de heldendaden van de Alkmaarders, maar ook de Spanjaarden waren moedig: ‘Toch, in stuwend gedrang, met onweerstaanbaren moed, stormen de Spanjaarden de bres op en klauteren naar boven, te midden van kokende stroomen, helsche vlammen en pletterende keisteenen.’ Zijn verhaal is daarmee echt een feitelijke en neutrale vertelling. De kinderboeken over het Beleg van Alkmaar vanaf 1960 hebben dan ook één grote overeenkomst: het ‘gewone’ kind is de held of heldin. Door de tweede feministische golf komt er ook meer aandacht voor vrouwelijke hoofdperso nages. Zoals bij André Nuyens. In zijn boek Een brief in een polsstok (2000) en in het verhaal ‘De smokkelaarster’ uit De Zeven Werken: verhalen uit het rijke verleden van Alkmaar (2020) geeft hij meisjes moedige heldenrollen. Zo onder neemt Grietje in ‘De smokkelaarster’ een levensgevaarlijke tocht terug naar de belegerde stad om voor haar groot ouders te zorgen. Alkmaarse soldaten zijn zelfs verbaasd dat ‘een meisje van haar leeftijd erin geslaagd was door de Spaanse omsingeling te komen.’ En wanneer de stad opnieuw aangevallen wordt, vecht Grietje dapper mee: Naast Nuyens is ook Simone van der Vlugt nog steeds actief als kinderboekenschrijfster. Ook voor haar dient de geschiedenis als decor om spannende verhalen te vertellen over de ‘normale’ Alkmaarders. Zo zorgt in het verhaal 'Victorie!' (2004) Jorden voor zijn zieke moeder wanneer de Spanjaarden de stad belegeren. Van der Vlugt laat haar lezers ook graag nadenken over de geschiedenis. Dit doet ze onder andere door haar hoofdpersonages anders naar de historische gebeurtenissen te laten kijken, zoals bij Jorden. Hij verbaast zich over de oorzaak van de strijd: ‘Is het niet idioot dat al deze ellende alleen maar om het Grietje kon bijna niet meer op haar benen staan van uitputting. Een vrouw kwam de stads verdedigers en Grietje en Trijntje een beker water brengen. ‘Hoe lang kunnen we dit nog volhouden?' vroeg Grietje zich hardop af. ‘Zo lang we krachten hebben, geven we niet op', zei een geus. H. te Merwe, Het beleg van Alkmaar (De Banier, 1973). Te Merwe was het pseudoniem van Nicolaas Heiner (1896-1977). Hij was onderwijzer en schrijver. Maar niet alle schrijvers gingen in de nieuwe ontwikkelingen van het kinderboek mee. Het Beleg van Alkmaar (1973) van H. te Merwe gaat over de hellebaardier van de geuzen Huigen Backer. Door zijn ogen maken we kennis met Alkmaarse helden als Maarten Pieterszn. van der Mey en ook Huigen onderneemt veel heldhaftige daden. Tot zover past het verhaal van Te Merwe uitstekend in de trend in historische kinderboeken vanaf 1960 - een onbekende hoofdpersoon beleeft het Beleg van Alkmaar. Maar al snel gaat het verhaal over de heldhaftige tocht van Van der Mey. Ook benadrukt Te Merwe de onbetrouwbaarheid van de Spanjaarden en noemt ze regelmatig ‘Spekken’. Hiermee creëert hij een gevoel van goed en fout, terwijl vanaf 1960 dit vrijwel niet meer de trend in historische kinderboeken is. Opvallend is wel dat de dapperheid van de Alkmaarders en geuzen veel minder wordt benadrukt. Te Merwe wil daarnaast vooral kinderen leren over de christelijke normen en waarden en propageert loyaliteit en vaderlandsliefde. Hij is hiermee een van de auteurs die dus niet meegingen met het nieuwe tijdsbeeld. geloof is ontstaan? Als koning Filips nou gewoon iedereen liet geloven wat hij wilde was er niets aan de hand. Ik snap niet dat de koning zo dom kan zijn.’ W.G. van der Hulst (1879-1963) was (hoofd)onderwijzer en publiceerde zo'n honderd kinderboeken. EEN NIEUWE BENADERING Met de protestbewegingen in de jaren 60 kwamen er nieuwe opvoedingsideeën. Het kind kwam nóg centraler te staan en het kinderboek kreeg meer aandacht. Zo werd er in 1955 de eerste Kinderboekenweek georganiseerd. Ook de kijk op het verleden veranderde. De heldenverhalen moesten plaatsmaken voor het dagelijkse leven en de

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2023 | | pagina 6