HISTORISCHE KINDERBOEKEN
OVER ALKMAARS BELEG:
EEN SPIEGEL VAN DE TIJD
Ilse La Brijn
III. Het zegevierend Alkmaar.
32 - OUDALKMAAR
OUDALKMAAR - 33
We kennen allemaal wel een boek dat we in onze jeugd verslonden hebben. Voor menige jonge lezer werd
de historische hoofdpersoon een held. Geschiedenis is een populair onderwerp in kinderboeken en de
Tachtigjarige Oorlog dient nogal eens als decor. Zo verschenen er over het Beleg van Alkmaar maar liefst 21
verhalen. Met deze verhalen waan je jezelf niet alleen in het verleden. Wanneer je tussen de regels door leest,
zie je hoe de manier waarop het Alkmaarse overwinningsverhaal verteld werd, in de loop der jaren is veranderd.
De reserves van de katholieken golden overigens niet
alleen de vieringen in Den Briel en Alkmaar, maar in
feite alle herdenkingen van de Tachtigjarige Oorlog. Een
ander voorbeeld: in 1884 weigerde de aartsbisschop de
herdenking van de driehonderdste sterfdag van Willem
van Oranje in Delft bij te wonen.
De grote ommekeer vormde de viering van 1923. Na
eerder Willem III was het in de persoon van Wilhelmina
wederom een vertegenwoordiger van het Koninklijk Huis
die de gelederen wist te sluiten. Hoewel het kronings
feest van Wilhelmina een paar weken eerder was gevierd,
deden net als vijftig jaar daarvoor de katholieken in
aanwezigheid van het vorstelijk paar volop mee met de
festiviteiten van 8 oktober. En dit keer bleef het niet bij
een eenmalige verzoening. Het jaar daarop bleken ze
namelijk bereid hun verzet tegen de viering op te geven,
maar wel onder één voorwaarde: de oudste en intussen
enig overgebleven ontzetvereniging was in hun ogen
besmet en diende daarom te worden opgeheven om
plaats te maken voor een nieuwe vereniging. Het was een
harde eis die menigeen in het verkeerde keelgat schoot.
Na vele heftige discussies waarin de oude verwijten
tussen roomsen en protestanten nog één keer over en
weer vlogen werd uiteindelijk, mede door bemiddelend
optreden van burgemeester Willem Carel Wendelaar,
voor de lieve vrede besloten tot het oprichten van de
nog altijd bestaande ontzetvereniging. In de optocht
liepen nu voor het eerst monniken mee, verklede wel
te verstaan, maar toch!
De 8-oktoberoptocht in 1923 op het sportter
rein aan de voormalige Sportlaan in aanwe
zigheid van koningin Wilhelmina en prins
Hendrik. De abt van Egmond te paard met in
zijn gevolg een aantal monniken. Het oud
Hollandse poortgebouw en de stadsmuren
op de achtergrond hadden op 3 oktober
nog dienstgedaan bij de viering van Leidens
Ontzet. Foto Peter Jonker. Collectie Regionaal
Archief Alkmaar.
Het kinderboek kwam op aan het begin van de
negentiende eeuw. Tot ver in de jaren zeventig van de
twintigste eeuw stonden heldenverhalen uit de vaderland
se geschiedenis centraal in veel jeugdliteratuur. Door als
eerste stad een Spaanse belegering te weerstaan wist
het Beleg van Alkmaar zich niet alleen een plek in het
nationale, historische geheugen te verwerven, maar gaf
het auteurs ook de gelegenheid een heroïsch verhaal te
vertellen, vol liefde voor het vaderland. Zeker in de negen
tiende eeuw voerde dit aspect de boventoon. Overheden
ontdekten de kracht van geschiedenis om een gemeen
schappelijke identiteit van een land op te bouwen. Na de
Bataafse Revolutie in 1795 was daar in de Nederlanden veel
vraag naar. Onder invloed van de Verlichting moesten de
jeugdverhalen daarnaast de kennis en deugdzaamheid
vergroten. Deze veranderingen in de politiek en pedagogie
zorgden voor een bloeiperiode van het historische kinder
en jeugdboek.
Veel schrijvers maakten hun verhalen extra aantrekkelijk
door historische feiten met fictie te vermengen. Vooral
Hendrik Jan van Lummel, Vaderlandsche
Gedenkdagen. III Het zegevierend Alkmaar
(Callenbach, 1897). Van Lummel (1818-1877)
was onderwijzer, tekenaar en schrijver.
BRONNEN:
Regionaal Archief Alkmaar: Archief van de 8 October Vereeni-
ging te Alkmaar en Archief van de Maatschappij tot Nut van 't
Algemeen, departement Alkmaar.
W.A. Fasel, ‘De ontzetviering te Alkmaar in de loop der eeuwen',
in: I. Schöffer e.a., Alkmaar Ontzet 1573-1973 (Alkmaar, 1973).
1. de Volkskrant, 20 november 1922.
2. RAA, archiefnr. 0253, inv. nr. 8. Notulen departement van 't
Nut, 17 januari 1860.
3. RAA, archiefnr. 0253, inv. 112. Verslag van de commissie, 5
maart 1860.
4. Noord-Hollands Archief, Archief bisdom Haarlem 306, inv. nr.
1902, Map 912.02.
5. De Tijd, 15 oktober 1880.
VERBROEDERING.
Na 1860 waren in Alkmaar meerdere ontzetverenigingen
ontstaan, maar ondanks dat was de animo voor de
viering rond de eeuwwisseling danig gezakt. Elk van deze
verenigingen hield zijn eigen feestavond, maar trad
verder niet naar buiten. In 1907 dreigde zelfs opheffing
van de oudste vereniging maar dit werd op het nippertje
door een aantal jonge Alkmaarders voorkomen.
Gezamenlijk zetten zij hun schouders eronder en de
viering kreeg weer een nieuwe impuls. Vier jaar later
konden twéé ontzetverenigingen hun vijftigjarig bestaan
vieren, wel elk met hun eigen feest. Intussen bleek de
ontzetviering steeds meer een Oranjekarakter te krijgen
en dat werd verhevigd door de revolutiepoging van
Troelstra in 1918. Diens revolte werd mede gesmoord door
de contrarevolutionaire opstelling van het katholieke
establishment. In de samenleving ontstonden nieuwe
tegenstellingen die niet louter langs religieuze, maar
vooral langs ideologische lijnen liepen. De katholieken
konden hun plaats in het verdomhoekje steeds meer
afstaan aan socialisten en communisten.
DOOR