i K. r r r ‘Maar wie, die op het volk werkt, verwacht daarvan spoedig de zigtbare teekenen? Genoeg voor ons de overtuiging dat het publiek, 't welk wij ons voorstellen, nog zeer weinig ontwikkeld is en aan verstan delijke - en zedelijke ontwikkeling groote behoefte heeft. Met het oog hierop verheugen wij ons iets - zij het ook weinig - tot 's volks heil te hebben beproefd'. ‘Wil men huiselijkheid vormen en uithuizigheid in plaatsen die vergift zijn voor de ziel tegen gaan dan moet men niet uitsluitend preken en spreken... Geen mens is brein alleen. Ook het volk heeft een oor voor poëzie, een hart voor muziek, een oog voor het tooneel'. 9 fjprrrrr."o‘r g. Wiuurcuu 29 TT- L rr rff r-r rr ry 12 - OUDALKMAAR OUDALKMAAR - 13 Het lokaal Harmonica van P.A. Walraven, gezien van de brug over de Nieuwesloot. Rechts het Hof van Nordin gen. Kermisprent, 1854. Collectie Regionaal Archief Alkmaar. Het tweede winterseizoen bracht maar liefst acht voordrachten. Wederom voerde Van der Kaay het woord, dit keer over de arbeidersstand. Nadrukkelijk hield hij zijn gehoor voor dat stakingen uit den boze waren om onvrede op te lossen. Het was de advocaat Meinardus Lokaal Diligentia aan de Gedempte Nieuwesloot 21. Foto, 1910. Collectie Regionaal Archief Alkmaar. Het gebouw brandde in 1912 af, waarna ter plekke in 1916 de doorbraak naar het Waagplein (Marktstraat) ontstond. Cohen Stuart - tussen 1865 en 1878 was hij ook gemeen teraadslid - die zich vanaf nu ontpopte tot dé drijvende kracht achter de volksvoordrachten (afb. 5). Niet alleen fungeerde hij jarenlang als voorzitter van de organiseren de commissie, maar tot zijn overlijden in 1894 zou hij de meeste lezingen verzorgen over uiteenlopende onder werpen, van geologie tot kunst en geschiedenis. Aangezien een winterprogramma van acht lezingen iets te ambitieus bleek, werd het aantal teruggebracht tot vijf a zes voorlezingen en vanaf de jaren 1890 tot zo’n vier. De sprekers waren vrijwel uitsluitend Alkmaarse Nutsleden. De term voorlezing was in die zin terecht dat met regelmaat literaire teksten werden voorgedragen, soms zelfs als avondvullend programma. Zo verzorgde de populaire HBS-leraar Cornelis Fogteloo menige avond waarop hij een van zijn historisch-romantische novellen voorlas, zoals Van Alkmaar de Victorie (1873). Slechts inci denteel werd de portemonnee getrokken voor een gastspreker van buiten, bijvoorbeeld de conservator van het Teylers Museum, T.C. Winkler, die enkele natuurkundi ge proeven kwam demonstreren. In 1880 verkasten de voordrachten naar een andere locatie. Nadat Diligentia door de nieuwe eigenaar, A.L. Switzar, was verbouwd kon men daar niet meer terecht en werd uitgeweken naar schouwburg de Harmonie, voorheen Harmonica, die eveneens in handen was van Switzar. Met het programmeren van de zang- en tonee luitvoeringen, die steevast voor een stampvolle zaal van ruim zeshonderd toehoorders zorgden, had men gaande weg het concept van louter (voor)lezingen verlaten. In 1887 werd de naam ‘volksvoorlezingen’ gewijzigd in ‘volksvoordrachten’. Wat bezoekersaantallen betreft beschikken we alleen voor het eerste decennium - de jaren 1871-1881 - over cijfers. Werden de acht lezingen in 1871-72 bezocht door in totaal 923 bezoekers, in 1877-78 trokken zes avonden maar liefst 3437 belangstellenden. In dat topseizoen verzorgden Zeilmaker en Van den Berg elk met hun leerlingen een zangvoorstelling met 900 resp. 779 toehoorders en vertoonde Bilderdijk voor 611 personen zijn eerste optreden. Stimulerend was ook dat na 1872 geen toegangskaarten meer vereist waren. De echte lezingen bleken tussen 100 en 200 toehoorders te trekken. Voor wat betreft de twee volgende decennia moeten we het doen met vermeldingen in de jaarversla gen als ‘een goede opkomst’ of ‘een getrouw opkomend publiek’. In hoeverre de beoogde doelgroep - de zoge- De jurist Willem van der Kaaij (1831-1918) als student te Leiden. J.P. Berghaus, prent, 28 febr. 1857. Collectie Regionaal Archief Alkmaar. Van der Kaaij was rechter, lid van de gemeenteraad, van Prov. Staten van N.H. en van de Tweede Kamer. Van 1894 tot 1897 was hij minister van justitie. Hij was een goede vriend van Frangois Haverschmidt alias Piet Paaltjens. ■1 VARIATIE MET MUZIEK EN TONEEL Alras werd duidelijk dat uitsluitend lezingen te weinig aantrekkingskracht bezaten. In het seizoen 1874/75 trad dan ook voor het eerst Anthony Pieter Zeilmaker (1838 1904), hoofdonderwijzer van de Tus-schenschool, op met een zestigtal leerlingen die liederen ten gehore brachten. Ook zijn collega Hendrik van den Berg van de openbare Armenschool zou soortgelijke optredens verzorgen (afb. 6). Beide onderwijzers droegen ook literaire teksten voor, soms van eigen makelij. Dergelijke uitvoeringen leverden onveranderlijk een mudvolle zaal op, maar voor de kas waren ze een ramp, aangezien alle leerlingen in de pauze werden getrakteerd op chocolademelk en krentenbrood. De afwisseling in het lezingenprogramma bleef niet beperkt tot zanguitvoeringen want in 1877 bracht de Alkmaarse rederijkerskamer Bilderdijk de blijspelen De Militaire Willemsorde en De Drie Hoeden ten tonele. Vanaf eind jaren 1880 zou dit toneelgezelschap vrijwel jaarlijks een optreden verzorgen. MM MLAAk Willem P. A. WALHAVEN, Eigenaar fan hel Locaal H .Hl MO X 1E.1.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2023 | | pagina 8