Ss'
De compagnon van Bram,
vertrok met zijn gezin naar
Amerika.
OUDALKMAAR - 49
de uit vader Bram, moeder Juliette en dochter Marjan.
Vader en dochter hadden samen een sterke band, de
moeder was wat afstandelijker. De familie had een
warme uitstraling. Het gezin onderhield nauwe contac
ten met de joodse gemeenschap, maar daarbuiten kende
het een brede vriendenkring. Vader en moeder Drukker
waren ook maatschappelijk betrokken. Bij de komst van
Duits-Joodse vluchtelingen naar de stad nam Bram
zitting in het Comité Joodse Vluchtelingen.
Bram Drukker was een zakkenhandelaar. Hij vergaarde in
korte tijd een grote rijkdom. Hij moet een handige
zakenman zijn geweest. Toch verrijst het beeld van een
eenvoudig levende familie. Omwonenden van toen die ik
heb gesproken beaamden dat. Hun woning aan het
Luttik Oudorp en ook het pakhuis aan het Fnidsen
huurde de familie. Later kocht Bram Drukker twee huizen
in de Burgemeester Palingstraat. Bram schreef graag. Hij
heeft zijn herinneringen uit de periode mei 1940-april
1943 op schrift gesteld. Zijn herinneringen in schriftjes
berusten bij het archief. Marjan was intelligent, alom
geliefd en sportief. Ze zwom graag en won in mei 1940 bij
schoolzwemwedstrijden de tweede prijs op de 25 meter
vrije slag. Ik zou het een doorsneefamilie willen noemen
waarmee je je gemakkelijk kunt vereenzelvigen.’
Alles veranderde toen Nederland op 10 mei 1940 door de
nazi’s werd aangevallen en vervolgens bezet. Bram
Drukker dacht eraan om zich in de gracht te verdrinken,
maar zijn vrienden hielden hem voor dat één van de
felste NSB’ers had gezegd: “Behoorlijke Hollandse joden
hadden niets te vrezen”.1 ‘De compagnon van Bram, zijn
zwager Levie Cohen, was minder optimistisch. Hij vertrok
met zijn gezin naar Amerika. Ook de familie Drukker
moet dat overwogen hebben, maar de familie was te zeer
aan Alkmaar gehecht. De Drukkers waren geworteld in
de stad en wilden blijven’, legt Van Baar uit.
De anti-joodse maatregelen volgden elkaar snel op. Vanaf
september 1941 mochten joden niet meer in openbare
gelegenheden als parken en cafés komen en Marjan
kreeg te horen dat ze niet welkom was op de Rijks-HBS
aan de Paardenmarkt. In januari 1942 werd het huis van
de familie aan het Luttik Oudorp gevorderd door de
Wehrmacht. Op 5 maart 1942 werd het overgrote deel
van de joodse gemeenschap van Alkmaar gedwongen af
te reizen naar ‘de joodse wijken’ in Amsterdam.
De Drukkers vonden huisvesting in de Rivierenbuurt waar
veel Alkmaarse joden samenkwamen. Het verblijf daar
weerhield Bram Drukker en zijn dochter Marjan er niet
van om op 27 mei 1942 naar Bergen te sporen om het
huwelijk van hun voormalige hulp in de huishouding
Johanna Schouten en Gerard Blommestijn bij te wonen.