29 juni /945 VERZETSWERK RAZZIA'S Dagboek, 5 juli /945 TERREUR van Mien aan "MMy, 7 december /945 Even over negenen een hoop hakkengekletter en ge schreeuw en... huizencontrole! Natuurlijk stond de oude heer breeduit voor het raam, zodat hij er zelf maar direct op af ging. Toen zijn leeftijd bleek, was het in orde. 'Of hij een zoon had?'. 'Nein'. 'Schade!'. Niet zo erg in dit geval vond de oude heer!6 Toen vlogen ze direct naar de achtertuin en keerden het rommelhok zo ongeveer ondersteboven zonder iets te vinden. Daarna het huis door. Het waren speurders van niets, ze lagen op hun buik om onder het lage dressoir en de stoelen te kunnen kijken, maar vergaten bijvoorbeeld kelder, w.c. en de meeste kasten. Hoewel de kast op zolder natuurlijk persé open moest, toen de oude heer probeerde dat die van de évacués was en wij geen sleutel hadden. Enfin, de zaak leverde geen resultaat op, dus vertrok men uiteindelijk.7 Mien deed ook verzetswerk, al vond ze zichzelf bepaald geen held. Ze weigerde in 1943 de loyaliteitsverklaring te Kennemerstraatweg 111, het huis waar Mien woonde toen ze haar dagboek schreef. Foto: Harry de Raad. De ouders van Mien, Adolf Hekket en Elizabeth Catharina Schermerts, tijdens een vakantie in de jaren dertig. weken duurden, en als het kon wat mee naar huis te nemen. Een man ging in de sneeuwkou naar huis in zijn colbertje omdat hij zijn winterjas had moeten geven voor wat piepers. In januari, februari zaten de boeren tot de nok vol met alles, gaven ze niets meer of alleen voor goud en zilver. Steeds verder moesten de mensen lopen, tot diep de Wieringermeer in, en ook daar was het alleen voor goud en zilver. In die tijd zag je ze zoveel teruggaan met lege karren, soms alleen wat kool mee, gruwelijk was het. In april waren er bijna geen trekkers meer, de mensen wisten dat ze toch niets meer kregen.5 Op 12 december 1944 werd er een grootschalige razzia gehouden in Alkmaar. De Duitsers probeerden op die manier nog jongens en mannen op te pakken die ze naar Duitsland konden sturen om te werken. Ook het huis van de familie Hekket werd doorzocht: - OUDALKMAAR tekenen die de Duitsers eisten van alle studenten. Daarna had ze samen met iemand anders een studentencontact proberen te organiseren, maar dat kwam niet erg van de grond. Ook bracht ze af en toe illegale kranten rond. In februari 1945 werd ze koerierster. Twee keer per week moest ze voor de Binnenlandse Strijdkrachten post halen en brengen naar Uitgeest. In haar dagboek beschrijft ze haar eerste tocht: en ik kwam dan ook heelhuids, de post in mijn van een oude onderjurk gemaakte brievenzak onder mijn kleren (een fijn gevoel vond ik het altijd, het gaf je zo het idee, dat je wat deed, dat je actief was, bijdroeg - al was het dan in bescheiden mate - tot de goede zaak en het was zo'n fiere gewaarwording als je er al die Moffen mee passeerde, zonder dat ze er iets van merkten) in Uitgeest, waar ik dankzij de tekening en de rails het station vond, waar ik onder de vermelding dat ik van Ko kwam en dat ik Bertha was (een donker-en-degelijke schuilnaam hadden ze me toegedacht), binnengelaten werd .8 De Duitse terreur werd steeds erger. Mien maakte het mee in haar eigen omgeving. In 1940 werd ze lid van het dispuut 'Gemma' van de de Amsterdamsche Vrouwelijke Studenten Vereeniging. De latere verzetsheldin Hannie Schaft (Jannetje J. Schaft, roepnaam Jo of Jopie) was een van de oprichters. Van de zestien leden van het dispuut kwamen er tijdens de oorlog vijf om het leven. In een brief uit 1945 aan haar Amerikaanse penvriendin Milly somt Mien ze op: 'One died during a bombardment, two were Jewish and died by exhaustion or the gassrooms in German concentra tion camps; one, one of the finest girls I have ever met, died after the Nazis had been given blows all over her body during a few hours (her crime was that they had detected that she had tried to help a Jewish friend to escape the Gestapo); and the last one was shot down in the dunes like a dog three weeks before our liberation just because she had been doing illegal work to help the case of freedom, can you really imagine now how we hate the Germans, Milly?'9 Het laatste slachtoffer dat Mien noemt, was Hannie DE BEVRIJDING In het dagboek stopt de beschrijving van de gebeurtenis sen vlak voor de bevrijding. Gelukkig is er een brief bewaard van Mien aan haar nicht Han, waarin ze een uitvoerig verslag geeft van de gebeurtenissen in Alkmaar in mei. De voedseldroppings door geallieerde vliegtuigen begin mei waren een duidelijk teken dat de bevrijding op komst was: van Mien aan haar nicht "Han, /4 mei /945 Daar stonden we dan met honderden en honderden op onze onttakelde spoorbaan, juichend en met witte doeken zwaaiend en na de eerste formaties half gek van geluk, en daar stonden tussen ons anderhalve Mof en die keken naar de Tommies en naar de doeken en naar het enthousiasme endie deden niets, die lieten ons gaan. Het was, nog maals, grand.11 Dispuut Gemma bij het Alkmaarse Victoriebeeld tijdens een dispuutsweekend in september 1940. Mien is toen lid geworden. Collectie Stadsarchief Amsterdam.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2020 | | pagina 12