jStraJks knalt de hele boet bj u uit elkaar!' 'een heel vriendjeliJke Duitse soldaat' Rob Eeken vierde van rechts onderste rij 6e klas- 1958-/959 fa Van Dok Het gezin Eeken zat op het PCC en kreeg daar scheikundelessen die hij heel interessant vond. Mijn ouders wisten van niks. Op een dag haalde mijn moeder spullen bij drogist Van de Pavert. Die vertelde haar dat haar zoon heel vaak allerlei chemische stofjes bij hem kocht. Wist zij dat wel? Nee. 'Nou mevrouw, dan zou ik dat maar eens in de gaten houden. Straks knalt de hele boel bij u uit elkaar!' Kees werd natuurlijk meteen op het matje geroepen door va der en moeder. 'Wee je gebeente dus deed hij het niet meer, voor zover ik weet. BROOD OP HET DAK Tegenover groenteboer Verberne was de winkel van groenteboer Den Hartigh. Alie, de dochter van deze groenteboer, werkte bij haar vader in de winkel op de hoek van de Snaarmanslaan en de Spoorstraat. Al op jeugdige leeftijd werd ze verliefd op Arie Rooker die in de Eendrachtstraat - St. Josephstraat woonde en werkte op de groenteveiling. Arie was ook erg verliefd op dat mooie meisje van de groentewinkel. Ze spraken altijd af bij de bloemenklok voor het station. Tijdens de oorlog van '40-'45 verstopte Arie zich op het dak van de grote school [nu 'Bello']. Daar werd ook oud brood opgeslagen. Dat was dan zogenaamd ergens gevonden. Ja, de oorlog heeft veel ellende gebracht in de Spoorbuurt. Vooral in de hongerwinter van 1944 was de situatie ernstig. Voedselbonnen werden verstrekt door de gemeente. Daarmee kon je een rantsoen eten halen bij diverse win keltjes in de buurt en ook bij de gaarkeuken van Hoogstra ten op de Wognumse Buurt. Het eten was af en toe echt vies. Tenminste, dat vonden wij. Maar als je verder niets anders kunt eten, dan maakt honger rauwe bonen zoet Echter, op een dag kwam mijn moeder thuis met een emmertje smurrie, dat bestond uit gemalen en gekookte bloembollen. Mijn vader deed het deksel open, snoof er aan, deed de achterdeur open en smeet de inhoud van de emmer tegen de achterkant van het huis van groen teboer Verberne waar wij op uitkeken; al brullend 'ze denken toch gvd niet dat wij dit opvreten, we zijn geen varkens'. 's Nachts begon het hard te vriezen en vroor de plak eten aan de muur vast. De winter duurde heel lang en al die tijd hing het eten daar. Wij hadden zo'n hon ger. Mijn broer vertelde dat hij wel eens tegen de muur omhoog klom en er dan met een klein mesje stukjes afhaalde om op te eten. Buren van ons hadden alles wat in huis van hout was opgestookt in de kachel. Zo ook de trap naar de eerste verdieping. De hele familie klom net als apen langs een touw naar boven. Ook het afsluitluik bij de voordeur waar de watertap zat moest er aan geloven. Om het gat uit het zicht te houden hadden ze er een mat over gelegd. Moeder werd ziek en de dokter werd er bijgehaald. De man belde aan, een kind deed open en de dokter stapte nietsvermoedend op de mat. Pok, hij zakte in het gat en brak zijn been. Schreeuwend van pijn werd hij afgevoerd. Wat een toestand in de Stationsstraat! MEEL OP ZOLDER Brood- en Banketbakkerij Overtoom, op de hoek van de Spoorstraat [61a] en de Snaarmanslaan, was befaamd. Er woonde een jong hardwerkend echtpaar met vijf kleine kinderen. En dat in oorlogstijd. De oorlog duurde nu al drie jaar en alles werd grimmiger. Er was een voedsel- en brandstoftekort. Bakker Overtoom kon het nog wel 22 - OUDALKMAAR redden. Hij had in ieder geval nog wat meel en kon dus bakken, als er tenminste brandstof of hout voor de oven was. Maar het werd een ramp toen ook de brandstof op de bon ging en vaak op was. De mensen in de buurt wer den steeds creatiever. Er was altijd wel ergens een boom die nodig 'gesnoeid' (lees: omgehakt) moest worden. De stammen van de 'gesnoeide' bomen werden samen met vrienden verstopt. Zelf verstopte de bakker zich tijdens razzia's onder de vloer van de serre. Daar kwam hij via een luik onder het bed. Tijdens zo'n razzia was de bakker ech ter met zijn bakfiets in de buurt. Hij sprong in de bakfiets en een jochie uit de buurt trapte de bakfiets (met bakker) naar huis. Bij een andere razzia trok hij snel wat dames kleding aan en met een doekje over zijn hoofd geknoopt stapte hij als 'non' naar de kerk. Weer was hij ontsnapt! huis doorliep. Atie vertelt: 'Natuurlijk moest ik die man vertellen waar onze vader was. De soldaat had denk ik watjes in zijn oren, onverrichter zake is hij vertrokken. Ik kreeg toen toch een uitbrander van mijn moeder!' In de oorlogstijd werd onderling veel aan ruilhandel gedaan. Mijn vader was kunstschilder en nu pas kwamen Rob Eeken, zoon van slager Eeken, en ikzelf erachter dat mijn vader schilderijen ruilde voor vlees van de slager. Er werd ook geruild met kleding of schoenen. Of huishou delijke hulp in ruil voor eten van een boerderij waar hulp nodig was. Het benodigde meel voor het bakken van brood en banket bewaarde bakker Overtoom in de oorlog zorgvul dig in een paar grote zakken bij de familie Groenland in de Stuartstraat op zolder. Wanneer het nodig was werd er meel uit de zakken gehaald. Atie, de dochter van de familie Groenland, had die zakken natuurlijk wel zien staan en vroeg haar moeder wat er aan de hand was. Dat mocht haar moeder dus aan niemand vertellen. Atie werd gedreigd met hel en verdoemenis als ze ook maar iets over die zakken aan iemand zou vertellen. Dus hield zij haar mond. Vader Groenland had boven op zolder een ruimte gemaakt waar hij zich kon verstoppen als er een razzia zou zijn. Atie had dat wel stiekem gehoord. Op een dag kwam een heel vriendelijke Duitse soldaat die het hele Armoede, armoede bij iedereen. De groenteboeren Den Hartigh en Verberne wisten natuurlijk welke gezinnen het hardste ondersteuning nodig hadden. Zij brachten groente en fruit wat dagelijks overbleef juist naar die mensen, als een voorloper van de voedselbank, zeg maar. Atie vertelde nog, met instemming van de anderen: 'Van vlak na de oorlog herinner ik mij vrouwen die op een bakfiets zaten en andere mensen die rotte tomaten naar ze gooiden. Doordat er in de oorlogstijd niks te eten was, maar toen waren er wel die tomaten. Een afrekening. Dat is mij bijgebleven'. OUDALKMAAR -

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2020 | | pagina 13