tb
l'
DE ZEVEN WERKEN
VAN BARMHARTIGHEID
WAni ïrairrü h'hftivfftjFiiCcTw.p Jrffu
'Ik verzeker jullie, alles wat jullie gedaan
hebben voor een van de onaanzienlijksten van
mijn broeders of zusters, dat hebben jullie voor
mij gedaan'.
DE PEST TEISTERDE EUROPA
Van den doden te begraven so wij lesen
Wert thobias van god gepresen
De Meester van Alkmaar. 'De Zeven Werken van Barmhartigheid', 1504. Foto: Rijksmuseum Amsterdam.
1. 'HET VOEDEN VAN DE HONGERIGEN'
Deelt mildelick den Armen, god zal u weder
ontfarmen
2. 'HET LAVEN VAN DE DORSTIGEN'
Van spijs ende drank in dit leven duisentfout
zal u weder werden gegeven
3. 'HET KLEDEN VAN DE NAAKTEN'
Uwen even mensche zijn naecktheyt wilt
decken op dat god wyt doe uwer söden
vlecken
4. 'HET BEGRAVEN VAN DE DODEN EN HET
LAATSTE OORDEEL'
Van den doden te begraven so wij lesen Wert
thobias van god gepresen
5. 'HET HERBERGEN VAN DE REIZIGERS'
Die heer spreekt wilt my verstaen wat ghy
den minsten doet wert my gedaen
6.'HET BEZOEKEN VAN DE ZIEKEN'
Wilt ziecken ende crancken vysenteren U
loon zal ewelick vermeren
7. 'HET VERLOSSEN VAN DE GEVANGENEN'
Die gevangen verlost met caritaten het comt
hier nae zyder ziele te baten
Matteüs, de twaalfde discipel van Jezus, noemt slechts
zes van de zeven werken van barmhartigheid. Hij be
schrijft in zijn evangelie in het Nieuwe Testament
(Matteüs 25: 31-40) hoe de 'Mensenzoon' in gezelschap
van alle engelen, aan het einde der tijden, zal plaats
nemen op zijn glorierijke troon. De volken die op aarde
geleefd hebben zullen aan hem voorgeleid worden en hij
zal de goede mensen, die rechts van hem plaats mogen
nemen. Scheiden van de kwaden, die links van hem
geplaatst worden. Tegen de rechtvaardige mensen zal hij
dan zeggen:
Aan de zes goede werken van barmhartigheid, die gedaan
moesten worden alvorens een plaats in de hemel te
kunnen bemachtigen, voegde paus Innocentius III in 1207
officieel een zevende werk toe, 'Het begraven van de
doden'.1 Door de massale sterfte als gevolg van de pest
epidemieën was het een noodzaak geworden dit gevaar
lijke werk zorgvuldig uit te voeren. Ook deze opdracht is
afkomstig uit de Bijbel en wel uit het apocriefe Bijbelboek
Tobit. Tobit deelde voedsel uit aan wie honger leed, gaf zijn
kleding weg aan wie dat nodig had en hij begroef de
doden, die buiten de muren van Ninevé werden gegooid.2
Vandaar de volgende tekst op de lijst van het paneel:
40 - OUDALKMAAR
Onderschrift 4de tafereel.
DE SCHILDER IN DE MIDDELEEUWEN
In de middeleeuwen was de schilder een
ambachtsman en werkte uitsluitend in opdracht.
De naam van de schilder was niet van belang. Weinig
mensen konden lezen en schrijven en mede daarom
werd in die tijd heel realistisch geschilderd. Alles
wat geschilderd werd had zijn betekenis. Voor de
middeleeuwse mens waren de uitbeeldingen
duidelijk. Wij moeten voor een deel de geschilderde
beelden en symbolen 'vertalen'.
De 'Meester van Alkmaar' heeft de zeven werken van
barmhartigheid weergegeven tegen het decor van
een oud-Hollands stadje, in zeven taferelen, als een
doorlopende vertelling, op een houten paneel.
'Mensen in nood' worden bijgestaan door hun
zorgzame medeburgers. De goede werken zijn in
de taferelen zowel op de voorgrond als op de achter
grond weergegeven. De gelaatsuitdrukkingen van de
mensen zijn gevoelig en overtuigend. Christus komt in
elk tafereel voor.
De taferelen lijken een realistische weergave van de
gebeurtenissen in de stad. Toch liepen er hoogstwaar
schijnlijk in 1504 niet uitsluitend behoeftige mensen
op straat. De straten in Alkmaar hebben er vast niet zo
schoon en netjes uitgezien en niemand heeft Christus
door de stad zien lopen. Wat de schilder bereikt heeft
met zijn wijze van schilderen is dat de kijker zich
betrokken voelt. De boodschap van naastenliefde is
duidelijk. De schilder heeft de plicht uitgebeeld, dat
iedereen zich om zijn medemens moet bekommeren.
Met de uitvoering van de zeven werken van barmhartig
heid zullen weinig mensen het oneens zijn geweest. De
schilder heeft de mensen in de stad goed bestudeerd.
Zijn de geschilderde weldoeners mogelijk bekende
mensen uit de stad?
HET 'LAATSTE OORDEEL' EN HET BEGRAVEN
VAN EEN DODE
Het vierde paneel heeft letterlijk en figuurlijk een
centrale functie. Dit was in de middeleeuwen absoluut
het belangrijkste tafereel. Hier heeft de Meester de
wederkomst van Christus afgebeeld, waarbij volgens de
Details vierde
tafereel, na
de restauratie
in 1975
Het begraven van
de doden en het
Laatste Oordeel
Het vierde en
middelste tafereel
OUDALKMAAR - 41