91
De militaire
carrière van
De Eerens
Dominique Jacques de Eerens (1781-1840).
Gouverneur-generaal (1835-40).
Schilderij (kopie naar) Cornelis Kruseman, 1855-1858,
Collectie Rijksmuseum, inv.nr. SK-A-3800.
Verder lezen?
mmit J
■r
Dominique Jacques de Eerens werd op 17 maart 1781
geboren in Alkmaar. Zijn moeder Johanna Kramer
overleed enige dagen na zijn geboorte. Zijn vader
was dokter, maar besloot na het verlies van zijn
vrouw godgeleerdheid te studeren waarna hij gees
telijke werd. Dominique Jacques de Eerens groeide
op in zijn geboortestad. Op 15 april 1798 begon zijn
veelzijdige carrière als militair. Hij begon als soldaat,
werd vervolgens onderofficier, sergeant en cadet. In
1800 en 1801 vonden veldtochten in Duitsland plaats.
Eind 1800 redde De Eerens zijn kapitein uit handen
van de vijand waarna hij vanwege dit moedige optre
den op het slagveld werd benoemd tot luitenant.
Tussen 1803 en 1815 vocht De Eerens als officier in
tien veldslagen. Na de inlijving van Nederland bij
Frankrijk ging hij in Franse dienst over. Hij wist al snel
de gunst en het vertrouwen van keizer Napoleon te
winnen. In 1812 werd De Eerens ridder der Keizer
lijke Orde der Reünie van Frankrijk. Niet lang daarna
mocht hij zich ridder van het Legioen van Eer en
Ridder des Rijks noemen. Hij had namelijk bij het
beleg van Dantzig als hoofd van een eskadron Franse
jagers te paard de Kozakken weer teruggedreven.
Ook nadat Napoleon verslagen was, bleef De Eerens
allerlei militaire functies vervullen. In 1829 kreeg hij
als beloning voor al zijn verdiensten de Orde van de
Nederlandse Leeuw en een aanstelling tot comman
dant van de derde divisie infanterie. In 1836 werd hij
gouverneur-generaal van Nederlands-Indië. Dit zou
het slot van zijn carrière zijn, want De Eerens over
leed op Java op 30 mei 1840. Een kwaal die na de
Russische veldtocht was ontstaan en door het Indi
sche klimaat was verergerd, was de oorzaak van zijn
overlijden. De Eerens werd, op zijn verzoek zonder
eerbetoon, in de gouvernementstuin begraven. 16
- OUDALKMAAR
en de datum van inschrijving zijn volgens Olthof altijd
correct weergegeven. Dit geldt niet voor de namen en
de geboortedatum, maar dit is dan weer te achterhalen
door de doopboeken te raadplegen.11
Een bekende Alkmaarse dienstplichtige is jonkheer
mr. Dirk van Foreest. Hij is geboren op 14 augustus 1792 te
Alkmaar. Zijn vader was jonkheer Cornelis van Foreest en
zijn moeder Jeanette Agnes barones van Delen. Hij werd
in 1809 ingeschreven als student in de rechten te Leiden
en promoveerde aldaar. Hij zat bij de dienstplichtigen
van het jaar 1812 en in 1813 werd hij opgenomen in het
2e regiment van de Garde d'Honneur. Dirk doorstond,
ondanks zijn gevangenneming in 1813, ongeschonden
zijn diensttijd. Van Foreest maakte na zijn diensttijd nog
bijna twintig jaar carrière in de politiek. Hij was advocaat
en had vanaf 1822 zitting in de raad van Alkmaar. Vanaf
1824 werd hij wethouder van deze stad. Vijf jaar later
werd hij lid van de Tweede Kamer. In 1833 overleed Van
Foreest op 40-jarige leeftijd.12
De Alkmaarder Dominique Jacques de Eerens wist
zijn diensttijd ook te overleven en bouwde na de
Napoleontische Oorlogen een indrukwekkende militaire
carrière op (zie kadertekst voor meer informatie). Het
was De Eerens die in februari 1814 te 's-Hertogenbosch
Bataljon Jagers nr. 5 oprichtte. Zij werden opgesteld
tussen Bierges en Braine-le-Chateau om deel te nemen
aan de slag bij Waterloo. In dit legeronderdeel zaten
Alkmaarse weeskinderen.13
Een weeskind uit Alkmaar dat in het Franse leger diende
was bijvoorbeeld Casper Lens. Hij laat in een brief aan de
regenten van het weeshuis weten dat Jacobus Bloem die
bij hem op het schip was geplaatst van de grote mast is
gevallen. 'En heeft zo zijn geest moeten geven. Zodat ik
nu mijn beste troost hier verlooren heb. En ik mijn zeer
verkwijn hier op het franse schip.'14 Daarom verzoekt
Casper aan de regenten om namens hem aan de
admiraal te vragen of hij overgeplaatst kan worden naar
het fregat de Aurora waar zijn kameraad Manus Lanton is.
Ook de Alkmaarder Pieter Hof kreeg het zwaar te
verduren. Hij werd geboren op 14 december 1769 en
moest dienen bij het 126e Regiment Infanterie van Linie.
Op 4 februari 1812 kwam hij het militaire ziekenhuis van
Luik binnen en overleed daar een aantal dagen later. 15
George Olthof heeft op zijn website de
nodige informatie toegankelijk gemaakt.
Zie: www.gjolthof.com. Ook heeft hij een aantal
van zijn bevindingen, zoals afbeeldingen van
archiefstukken, gepubliceerd in de digitale
boeken 'Alkmaarse militairen' en 'Napoleon
en de weeskinderen van Alkmaar'. Op zijn
website staat uitgelegd hoe deze werken
kosteloos digitaal te verkrijgen zijn.
NOTEN:
1 Johan Joor, De adelaar en het lam. Onrust, opruiing en onwil
ligheid in Nederland ten tijde van het Koninkrijk Holland en
de inlijving bij het Franse Keizerrijk (1806-1813) (Amsterdam
2000) 300.
2 Ibidem, 303.
3 Ibidem,304.
4 Ibidem, 310.
5 Ibidem, 315.
6 Ibidem, 323.
7 Ibidem, 327-329.
8 Jan J. B. Kuipers, Vrijheid, gelijkheid, broederschap.
De Nederlanden in de Franse Tijd. (Zutphen 2013) 118-120.
9 Joor, De adelaar en het lam, 333-340.
10 G. Johnson, Karakterschetsen, zeden en gewoonten van
Nederlandsche mannen en vrouwen, in het jaar 1816 bijeen
verzameld... (Haarlem 2000) 129-130.
11 George Olthof, Alkmaarse militairen (Alkmaar 2018) 1-32.
12 Ibidem, 99.
13 Olthof, Napoleon en de weeskinderen van Alkmaar
(Alkmaar 2018) 16.
14 Ibidem, 23.
15 Ibidem, 132-133.
16 Nieuw Nederlands Biografisch Woordenboek, Dominique
Jacques de Eerens, zie: http://resources.huygens.knaw.nl/nnbw.
OUDALKMAAR - 11