1
IT
1
1
In Alkmaar zijn gedurende een halve eeuw zo'n
1000 zeeschepen gearriveerd en vertrokken.
1
1
ZEESCHEPEN IN ALKMAAR IN 1834
De stoomvaart was in 1834 nog niet doorgebroken op de
route naar Amsterdam. Het verbaast dan ook niet dat
nadere analyse van passeergegevens door het Groot
Noordhollands Kanaal leert dat er vier types zeilschepen
Alkmaar aandeden: een bark, een fregat, een smak en elf
kofschepen. Barken en fregatten hebben tenminste drie
masten en zijn voornamelijk dwars getuigd met zeilen
aan ra's; ze konden honderden tonnen vervoeren. Een
smak is een binnenvaartschip dat ook de kleine kustvaart
aankan. Het kan van zestig tot honderd ton vervoeren,
afhankelijk van de afmetingen. Kofschepen hebben
lengtes van 12 tot 25 meter en kunnen tot ruim honderd
ton vervoeren. De kof is langs getuigd; de kleine kofsche
pen hebben één mast, de grotere hebben twee masten.
Ze spelen de voornaamste vrachtrol op de Noord- en
Oostzee, maar men treft ze ook aan op de binnenvaart.
De namen van de schepen die op Alkmaar voeren
hadden een zeer vrouwelijke natuur: Abrina Annagina,
Antina, Elisabeth Maria, Helena, Jantina, Johanna Gabina,
Het aantal scheepsbewegingen naar en van Alkmaar als
haven per maand in 1834
1
1
Jan Feb Mrt Apr Mei Jun Jul Aug Sep Okt Nov Dec
Scheepswerf tegenover de Bierkade gezien
vanaf de hoge brug bij het Zeglis in 1855.
Collectie Regionaal Archief Alkmaar
in de 'zeehaven' Alkmaar kan het jaar 1834 dienen;
het was geen piekjaar, maar ook geen slap jaar. De
Alkmaarsche Courant gaf wekelijks een lijst van
'Gepasseerde Schepen door Alkmaar langs het Groot
Noord-Hollands Kanaal' en daaruit komen de volgende
gegevens. In 1834 waren er 38 scheepsbewegingen naar
Alkmaar, dat wil zeggen de scheepsreizen met Alkmaar
als eindbestemming of Alkmaar als vertrekhaven.
Van de vijftien schepen van en naar Alkmaar in dat jaar
voeren er dertien onder Nederlandse vlag, één onder
Noorse vlag en één onder de vlag van Hannover. De
schepen kwamen uit of hadden als bestemming:
Aberdeen (Schotland), Christiansand (Denemarken),
Bretvig, Drammen, Noords, Ondsoen en Osterrisoer
(Unie Noorwegen Zweden), Koningsbergen (Pruisen),
Lisbon (Portugal), Liverpool (Engeland), Nerva (Spanje),
Newcastle (Engeland), Oleron (Frankrijk), Riga (Letland)
en Wijk aan Zee.
De aangedane havens liggen voor het grootste deel aan
de Noord- en Oostzee, eerder op dagen dan op weken
zeilafstand, als de wind tenminste een beetje meezat.
Deze havens waren voor kustvaarders goed en redelijk
veilig te bereiken. Het is natuurlijk opmerkelijk dat het in
1834 de moeite waard was om zaken uit Wijk aan Zee per
zeeschip te vervoeren via Den Helder naar Alkmaar,
terwijl het over de weg ca. 20 km. was. Kennelijk was de
wegkwaliteit van dien aard dat vervoer per paard en
wagen onaantrekkelijk was. De bestemming die niet in
het lijstje staat heet 'Avontuur'. Het lijkt erop dat regel
matig onvoldoende vracht uit Alkmaar gereed lag om te
vervoeren. De kapiteins en manschappen moesten dan
op avontuur om een vracht op te pikken in de eerste de
beste haven. Dat heet tegenwoordig de wilde vaart.
10 - OUDALKMAAR
Gezicht op het Kanaal en
de Texelse Barrière. Op
de achtergrond links een
tweemaster. Prent van B.G.
ten Berge uit 1861, Collectie
Regionaal Archief Alkmaar
Lukina Margaretha, Margina, Maria Helena, Neerlands
trouw, Onderneming, Petrus en Heilke, Providentia,
Arend en Zes Gebroeders. Van een aantal schepen dat
naar Alkmaar voer is de bijlbrief, een soort geboortebewijs
voor schepen, bewaard gebleven. Dat laat iets zien van
het soort schepen dat Alkmaar aandeed. Antina: 140 ton,
bouwjaar 1830 te Groningen, 2 masten; Margina: 90 ton,
bouwjaar 1832 te Groningen; Neerlands trouw: 120 ton,
bouwjaar 1829 te Veendam, 2 masten; en De Zes
Gebroeders; 65 ton, bouwjaar 1824 te Martenshoek.
Al deze schepen zijn in Nederland gebouwd. Dat is ook
te verwachten bij de sterke druk die het Nederlandse
bewind uitoefende om Nederlandse waar aan te schaffen.
Van de kapiteins kennen we de namen. Met uitzondering
van een Noorse schipper, R.C. Agerup, dragen ze
Nederlandse namen: J.P. Boer, J.E. Drenth, B.J. de Groot,
T.J. Hazewinkel, J.H. Haverbult, H.S. Hoveling, J.R. Kuiper,
C. Leijen, R.H. Nagel, Jan Salings Okkes, en R.J. Schuring.
overige acht maanden waren er slechts acht bewegingen:
buiten de zomer was er minder gelegenheid om veilig
vracht te verschepen. De kof De Zes Gebroeders durfde het
wel aan in juni van Nerva, Zuid-Spanje naar Alkmaar te varen.
HET ECONOMISCH BELANG
Een aanzienlijk deel van de schepen had niet Amsterdam
of Alkmaar als eindpunt van de reis. Langs het Groot
Noordhollands Kanaal liggen drie andere plaatsen die
regelmatig voorkomen op scheepslijsten als eindbestem
ming, namelijk Den Helder, Purmerend en Kogerpolder.
Kogerpolder, soms ook wel aangeduid in de Alkmaarsche
Courant en exemplaren van het Verslag van den Toestand
der Provincie Noord-Holland als de haven Spijkerboor,
vormde een schakel in de verbinding van de Zaan met
de zeescheepvaart tot 1876. Nabij Spijkerboor werd de
vracht uit zeeschepen in het Groot Noord Hollands
Kanaal overgeladen op binnenschepen om via de
Knollendammervaart de Zaanstreek te bevoorraden.
Of daarbij reders-kapiteins zitten die domicilie hielden in
Alkmaar heb ik niet onderzocht.
Het fregat was het meest betrouwbare scheepstype ver
buitengaats. Voor deze schepen was Lissabon ook in de
winterperiode veilig bereikbaar. Het oordeel van de
kapiteins over de meest geschikte zeiltijd blijkt uit de
verdeling van de scheepsbewegingen over het jaar 1834:
van de 38 scheepsbewegingen vonden er 30 plaats in de
vier zomermaanden juni tot en met september. In de
Ook in Purmerend vond overslag plaats op binnensche
pen met bestemming Zaanstreek. Dat overslaan werd
een steeds duurdere schakel en daarom werd in 1849 de
N.V. Kanaal- en Zaanverbindingmaatschappij opgericht.
Na een zomer graven opende de N.V. eind dat jaar het
Kogerpolderkanaal. Zeeschepen voeren nu uit het Groot
Noordhollands Kanaal via dit nieuwe Kogerpolderkanaal
en de bestaande Markervaart naar de Zaan.
Bij de Kogerpolder komen ook de ringvaarten van de
Beemster en de Starnmeerpolder samen, het was dus
OUDALKMAAR -