eerste echte jazzclub in Alkmaar is echter de Mo
dern Music Club (MMC) in 1956. Ook daar is Mart
Groentjes al bij betrokken: "Op die bijeenkomsten
werden meestal grammofoonplaten gedraaid, onder
meer in het Wapen van Heemskerk en het Wapen
van Haarlem. Als er live muziek werd gespeeld, dan
gebeurde dat onder de noemer 'Jensen's Playhouse'
in café Centraal aan het Hofplein." Hij benadrukt de
rol daarbij van de Alkmaarse jazzpianist, docent en
componist Jan van Wijk.
Ook in de Tourist Club aan de Bergerweg, het latere
Extase, houden de jazzliefhebbers eind jaren vijftig
bijeenkomsten. Als de MMC ter ziele gaat, volgt een
doorstart als MMA. Aanvankelijk vindt de club on
derdak in café Centrum aan de Kraanbuurt, maar als
ze gedwongen worden iets anders te zoeken, komt
Extase prominent in beeld.
Vanaf 1961 tot en met 1965 is deze bar-dancing vele
zondagmiddagen het 'hoofdkwartier' voor de con
certen van MMA, bestuurd door Mart Groentjes en
mede-Bergenaar Ger van 't Hoff. Maar soms wordt
ook uitgeweken naar andere podia, zoals dancing Pa
lermo en de Zwarte Schuur bij 't Oude Hof in Bergen.
TOPJAREN
Groentjes vertelt enthousiast over die topjaren van
de jazzclub. Daarbij komen dikke plakboeken met
krantenartikelen, foto's en posters op tafel. Zeker
het vermelden waard zijn de jazzfestivals in 1963 en
1964 in het toenmalige Openluchttheater in Bergen
(nu skibaan Il Primo). Bij slecht weer kon uitgeweken
worden naar het nabije Duinvermaak.
En ook niet te vergeten: de activiteiten in het tijde
lijke tenttheater in Bergen van pantomimespeler
Will Spoor. Met mime op muziek van het kwartet
van Dick Vennik, gekend saxofonist/componist uit
Alkmaar. Vennik, begeleid door Jan van Wijk en de
gebroeders Kooger, maakt tevens de muziek bij de
'orgatomy' (projectiekunst met vloeistofdia's) van
Mart Groentjes zelf.
MMA heeft in die jaren een eigen huisorgaan, Gam
ma geheten. Dat is ook Theo Loevendie opgevallen.
De jazzmusicus en latere componist schrijft in 1963
daarover in het Algemeen Dagblad: "Het maandblad
van MMA, Gamma genaamd, is origineel van vorm.
Men vindt er naast interviews met musici, recensies
van radioprogramma's en grammofoonplaten. Met
als bijzonderheid op jazz geïnspireerde poëzie en
grafiek. MMA bestrijkt bijna heel Noord-Holland met
haar 500 leden van wie er elke zondag ongeveer 150
de concerten bezoeken. De vereniging maakt veel
propaganda voor de jazz en organiseert lezingen en
concerten voor volkshogescholen, gevangenissen en
verenigingen."
TEGEN DE BIERKAAI
Deze positieve beoordeling maakt deel uit van een
paginagroot artikel in de krant, dat onder de kop
'Jazzclubs vechten tegen de bierkaai' duidelijk maakt
wat er in de Nederlandse jazzwereld aan de hand is.
Theo Loevendie ziet de bui al hangen: "Zolang er op
hoger niveau - radio en tv - niet meer wordt gedaan
om naar jazz te luisteren, zullen de jazzclubs tegen
de bierkaai vechten. Laten we hopen dat zij die strijd
niet verliezen, want dan is het met de jazz in Neder
land gedaan."
Helaas hoopt de schrijver dit tevergeefs en ook Mart
Groentjes ziet de MMA datzelfde lot ondergaan.
Maar dat zal pas gebeuren nadat er in 1963-'65 nog
prachtige concerten plaatsvinden in Extase. Grote
namen uit de internationale jazzwereld verschijnen
er op het podium, zoals in 1963 Johnny Griffin,
Donald Byrd en Kenny Drew. 'Johnny Griffin bracht
Het huiscombo van MMA, ca. 1963, met Jan van Wijk
(piano), Henk Kooger (bas) en Dick Vennik (tenorsax).
Drummer Joop Kooger staat niet op de foto.
Collectie Mart Groentjes
het publiek in extase' luidt - hoe kan het anders - de
kop boven het verslag in de krant.
Verslaggever Paul van Beckum van de Alkmaarsche
Courant bezoekt in 1963 op een zondagmiddag een
jazzconcert in nachtclub Extase, waar honderden
jongelui uit heel Noord-Holland aandachtig en bij
zonder geconcentreerd luisteren naar de fabuleuze
jazztrompettist Don Byrd. Enkele citaten uit zijn ver
slag: "De MMA is een kring van jonge mensen met
een artistieke overtuiging en een enorme culturele
belangstelling. Ze haten gewichtigheid, huichelarij
en braafdoenerij. Ze voelen zich gewoon fijn onder
elkaar. Natuurlijk, deze jongeren zien er extravagant
uit. Ze dragen vreemde petjes, shawls met een on
duidelijke kleur, zonnebrillen, merkwaardig schoei
sel, 'schilderachtig' haar en ringbaardjes."
"Ze hebben vaak een neiging tot nihilisme en stellen
vaak het leven somberder voor dan het in werkelijk
heid is. Normale reacties, die iedere avant-garde met
zich brengt. Overigens haten deze jongelui twist en
alles wat met teenagermuziek te maken heeft."
In 1964 doen Eric Dolphy, Kenny Clarke en opnieuw
Griffin en Byrd Extase aan. Ook Albert Ayler, toon
aangevend in de eerder genoemde free jazz, treedt
er dat jaar op, met coryfeeën als Don Cherry en Gary
Peacock. Walt Dickerson en Art Taylor (met opnieuw
Johnny Griffin) zijn in 1965 de laatste internationale
jazzgiganten die Extase bezoeken. Groentjes: "Dit
soort concerten kon alleen maar betaald worden
doordat jazzclubs in Nederland samenwerkten om
deze musici tijdens buitenlandse tournees te con
tracteren."
JAZZ HERLEEFT?
De jazzclubs verliezen dus de strijd, maar hoe kan
het dan dat later in de jaren zestig en zeventig regel
matig in de krant te lezen valt dat 'de belangstelling
voor de jazz herleeft in Noord-Holland', of dat 'de
jazz weer duidelijk in opkomst is na een jarenlange
- mede door de popmuziek veroorzaakte - inzin
king'? Nog meer krantenkoppen: 'Jazz Incorporated
organiseert concertavonden in het Gulden Vlies' en
'Enthousiaste jazz-avond in De Vigilantie'.
Mart Groentjes relativeert deze opgetogenheid: "Het
ging toen niet meer om jazz voor de echte liefheb
bers, maar om mainstreammuziek, dixieland, big
band en zo. De 'cola-light' van de jazzmuziek, zal ik
maar zeggen." Het verslag van een jazzavond in april
1968 in jeugdcentrum De Vigilantie aan het Alkmaarse
Verdronkenoord onderstreept zijn mening: "De sfeer
was geweldig en de muziek ook. Geen onbegrijpelijke
experimentele jazz, maar vlotte dixieland in het
begin en daarna moderner werk uit de late jaren
vijftig, onder meer van Art Blakey."
Peter Smit schreef een boek over de popgeschiedenis
van Alkmaar getiteld NH-Beat - popmuziek tussen
duin polder. Het kwam uit in juli 2017 en sluit aan
bij de tentoonstelling 'Alkmaar in the sixties' in het
Stedelijk Museum. Dit artikel over de Alkmaarse jazz
in de jaren zestig is oorspronkelijk voor dat boek
geschreven maar er niet in opgenomen. Wel wordt
in dat boek uitgebreid aandacht besteed aan de jazz
van de jaren zeventig en tachtig.
MMA-jazz in Extase op 6 februari 1962. Het kwartet Louis van Dijk (piano) met vibrafonist Carl Schulze, bassist Tony Schreuder
en drummer Chris Curley, aangevuld met saxofonist Dick Vennik. Foto Frans Bosch. Collectie Mart Groentjes