Salvs mla Christus
Pieter van Foreest
Johannes Gerardus Geelkerken
Jan Jacob de Gelder
n oh mil mi
Pieter van Foreest studeerde eerst geneeskunde in Leuven en trok rond langs verschillende
Europese universiteiten. Terug in Alkmaar werd hij stadsgeneesheer maar werd daar tot zijn
boosheid niet voor betaald. In 1558 werd hij stadsgeneesheer van Delft en daar lijfarts van Willem
van Oranje. Toen Willem van Oranje in 1584 was vermoord, voerde Pieter met nog een dokter de
lijkschouw en balseming uit. Daarna nam hij in Alkmaar zijn praktijk als geneesheer weer op
en dit keer gafhet stadsbestuur hem wel een redelijk salaris.
Dat gafhem ook de mogelijkheid om, op basis van zijn uitgebreide en nauwgezette
aantekeningen van gevallen die hij in zijn praktijk had meegemaakt, 1350 Observationes
(waarnemingen) met bijbehorende Scholia (verklaringen) uit te geven in 32 delen. Het werd een
veel geraadpleegd medisch handboek. In het voorwoord van deel 26 prijst hij in ca. 5000 woorden
Alkmaar aan alsofhet om een toeristische folder gaat. Hij bespreekt en roemt de Grote Kerk en
Kapelkerk, het stadhuis en waaggebouw en de visbanken. "Ook zijn er wandelroutes naar
Egmond ofBergen, naar de duinen en tot helemaal bij de zee, met hier en daar bomen, tuinen en
heuvels, met dalen die erg gewild zijn bij voedsel zoekende konijnen en vogels. Tenslotte
heerst hier door de blootstelling aan de gematigde stralen van de zon een klimaat dat zo mild is
wat betreft de lucht en het weer en zo gezond, dat besmettelijke ziekten van het lichaam maar
heel zelden voorkomen."
Hij was predikant te Epe en later te Amsterdam. In 1920
moest ds. Geelkerken een verklaring van de Synode van de
Gereformeerde Kerken voorlezen, waarin gewaarschuwd
werd tegen 'schandelijke praktijken' als het gebruik van
voorbehoedmiddelen, en tegen de gevaren van toneel,
dans en kaartspel. Na voorlezing gafhij aan dat de
orthodoxe bijbeluitleg binnen de toenmalige Gerefor
meerde Kerken niet altijd strookte met ontdekkingen van
de moderne wetenschap. Dat bleek vooral bij de discussie
in 1926 over een passage uit de bijbel, namelijk ofde
slang, die Eva in het aards paradijs verleidde tot het eten
van een door God verboden appel, nu wel of niet echt kon
spreken. Hij werd met nog een aantal predikanten
geschorst en afgezet. Zij sloten zich toen aaneen als de
Gereformeerde Kerken in Hersteld Verband.
J.J. de Gelder studeerde Latijn, Grieks, Hebreeuws en
Arabisch in Leiden, maar schreef een proefschrift over een
wiskundig onderwerp; in het Latijn, dat wel. In 1856 werd
hij rector van het Alkmaars stadsgymnasium en een zeer
betrokken Alkmaarder. Al gauw werd hij lid van het
Natuur- en Letterkundig Genootschap Physica en was
daarvan jarenlang bestuurslid, net als van de Alkmaarse
afdeling van de Maatschappij tot Nut van het Algemeen. In
1860 vormde hij samen met anderen een comité om de
ontzetviering nieuw leven in te blazen. Hij schreef de tekst
van het volkslied Van Alkmaar de Victorie. Een jaar later
werd hij secretaris van de toen officieel opgerichte ontzet
vereniging. Toen koning Willem III in 1873 de eerste steen
legde voor het Victoriebeeld, pinkte Jan Jacob na al zijn
inspanningen daarvoor van blijdschap een traantje weg.
Alkmaar 1521 - Alkmaar 1597
A
Alkmaar 1879 - Amsterdam 1960
Den Haag 1802 - Alkmaar 1890
Oud Alkmaar dec. 2015 29