Jé Willem de Fesch Gijsbert Fonteyn Verschuir Cornelis van Foreest Nanning van Foreest Willem werd in Alkmaar geboren, maar in het eerste decennium van de achttiende eeuw verhuisde het gezin naar Amsterdam. Willem werd violist en componist en trad in 1710 als musicus in dienst bij de Stadsschouwburg aan de Keizersgracht. In 1731 vestigde hij zich in Londen, waar hij gedurende een tijd de leiding had van het orkest van George Friedrich Handel. Hij was actiefals solist, gafles en bleefook componeren. Zijn oeuvre omvat onder meer een mis, verschillende bundels met concerti voor viool of concerti grossi die op de Italiaanse stijl van onder meer Antonio Vivaldi zijn geënt. Zijn sonates zoals de cellosonates Opus VIII, diverse liederen en muziek stukken voor blokfluit worden tegenwoordig nog regelmatig uitgevoerd en opgenomen. Zo'n kwart eeuw lang, van 1813 tot 1838 beheerste Gijsbert Fonteyn Verschuir het Alkmaarse politieke leven als burgemeester. Bovendien was hij lid van de Tweede en later de Eerste Kamer. Verschuir was een zeer autoritair man en duldde geen tegenstand, maar hij was ook een harde werker, zeer deskundig en door zijn uitstekende contacten heeft hij veel voor Alkmaar bereikt. Zijn belangrijkste prestatie was zonder twijfel de aanleg van het Noordhollands Kanaal niet langs, maar dóór de stad. Verder wist hij in 1827 te voorkomen dat de rechtbank werd opgeheven. Ook begon hij met een programma van openbare werken om Alkmaar te moderniseren, zoals een nieuw weeshuis, een vleeshal voor de slagers en een nieuwe drinkwaterpomp op het plein bij de Grote Kerk. Jonkheer Cornelis Dirkszn. van Foreest studeerde rechten en nam in 1778 plaats in de vroedschap van Alkmaar. Hij liet zich gelden als een vooraanstaand leider van de patriotten, die streefden naar meer zelfbestuur. In het conflict met stadhouder Willem V werd Cornelis lid van de Commissie van Defensie, die Holland moest verdedigen tegen de troepen van de stadhouder. In de oorlog die volgde op de aanhouding van prinses Wilhelmina moesten de patriotten het afleggen tegen de Pruisische legers. Zij werden uit alle ambten gezet. Na de komst van de Fransen in 1794 waren de rollen weer omgedraaid. Cornelis werd gekozen als algevaardigde van de Alkmaarse burgerij en vervulde daarna diverse landelijke functies in de Bataafse Republiek: hij was lid van het Wetgevend Lichaam, en voorzitter van beide Kamers. Nanning van Foreest vervulde vele hoge politieke functies. Hij was lid van de vroedschap, secretaris en pensionaris van Alkmaar, raadsheer van de Hoge Raad van Holland, Zeeland en West-Friesland, gedeputeerde der Staten-Generaal voor Holland en gecommitteerde van de Unie van Utrecht. Hij studeerde rechten in Leuven en promoveerde in 1554. Hij was een van de leiders van de opstand tegen de Spanjaarden en moest naar Emden vluchten wegens vervolging door de Bloedraad. In 1572 keerde hij terug naar Alkmaar en werd er pensionaris (gemeentesecretaris). Tijdens het beleg van Alkmaar hield hij een dagboek bij: 'Een cort verhael van de strenghe belegheringhe ende aftreck der Spangiaerden van de stadt Alcmaer gheleghen in Holland'. Dit regelmatig herdrukte boek maakte hem beroemd. ffW y Alkmaar 1687 - Londen 1761 Alkmaar 1764 - Alkmaar 1838 26 Oud Alkmaar dec. 2015 Alkmaar 1756 - Heiloo 1825 Alkmaar 1529 - Den Haag 1592 V- Oud Alkmaar dec. 2015 27

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2015 | | pagina 16