Geschiedenis op straat het stadsbestuur het mannengasthuis van achter het stadhuis over te brengen naar het Minderbroedersklooster. In april 1573 begon men met het gieten van geschut in de kloosterkerk ter voorbereiding op de dreigende Spaanse belegering. Tijdens het Spaanse beleg in 1573 was de kloosterkerk het toneel van een tragische gebeurtenis: een meisje dat vanwege het oorlogsgeweld de kerk binnen was gegaan en zich daar veilig waande, werd gedood door een Spaanse kogel die eerst de maar liefst ca. 60 cm dikke muur van de kerk had doorboord. In december 1573 besloot het stadsbestuur de Minderbroederskerk afte breken. Het is onduidelijk of toen ook de overige kloostergebouwen zijn gesloopt. Bruinvis kwam in 1908 met de hypothese dat het meest noordelijke gebouwenvierkant van het latere St. Elisabeth vrouwen- en mannengasthuis wellicht een deel van het Minderbroedersklooster is geweest. Hij baseerde zijn nieuwe inzicht op het besluit van 1572 om het mannengasthuis in het Minderbroedersklooster te vestigen. Dit mannengasthuis was inderdaad later gevestigd in het noordelijk gebouwenvier kant van het St. Elisabeth. Maar Bruinvis gafzelftoe dat zijn hypothese in strijd was met een andere bron, volgens welke het mannengasthuis pas in 1589 werd verplaatst. In 1584 besloot het stadsbestuur om een begraafplaats in te richten op het terrein van het voormalig klooster. Ofdit ook echt gerealiseerd werd, is onduidelijk. In 1605 werd het terrein, vergroot door afbraak van een aantal huizen, bestemd tot veemarkt. Tot in de 19de eeuw sprak men van 'beestenmarkt'. Marktgangers van buiten gebruikten de naam 'paardenmarkt' wat vervolgens steeds meer de officiële naam begon te worden. Aan het klooster herinnerde nog lang de naam van het naburige bolwerk ('Monni- kenbolwerk') en tot 1819 stond op dit bolwerk een meelmolen die de naam 'De Monnik' droeg. Sinds de opgravingen aan de Paardenmarkt staat het klooster weer in de belangstelling. Dat heeft er in ieder geval al voor gezorgd dat de nieuwe verbinding van de Kanaalkade met de Paardenmarkt de naam Minderbroeder straat heeft gekregen. Er is gebruik gemaakt van artikelen van C.W. Bruinvis in de Bijdragen voor de geschiedenis van het bisdom Haarlem uit 1893, 1897 en 1908 en van J.A. de Kok, Acht eeuwen minderbroeders in Nederland. Een oriëntatie (Hilversum 2008). Marlies ten Berge Het idee om in de bestrating informatie aan te brengen is eigenlijk al oud. Op de stadsplattegrond van Cornelis Drebbel uit 1597 zijn niet alleen de gebouwen van de stad getekend, maar ook twee mannen. Ze staan op de Mient bij een achtpuntige ster, een soort windroos die daar waarschijnlijk in het plaveisel was aangebracht. De ene man lijkt de richting van het noorden aan te wijzen. Dit soort markeringen vinden we natuur lijk nog steeds in de bestrating. Vooral het verkeer, dat sinds Drebbel veel ingewikkelder is geworden, heeft heel wat aanduidingen nodig. Op mijn speurtocht naar markeringen in het plaveisel kwam ik bijvoorbeeld ook halve cirkels tegen of een rijtje vierkante blokjes, die slechts tot doel hebben de passant even te attenderen op het feit dat er een kruising aankomt. De Sint Annastraat heeft daar een paar hele mooie voorbeelden van. Verder zijn er allerlei moderne aanwijzingen voor parkeervakken, voor slechtzienden, en voorrangsregels. We hebben in Alkmaar geen Walk ofFame zoals in Hollywood, maar wel andere interessante blikvangers bij onze voeten. Als je vanafhet station naar de binnenstad loopt passeer je, in de Alkmaarse Spoor- buurt, 99 hardstenen zwarte tegels. Het is een kunstwerk van Adriaan Nette in opdracht van HSVSA, de afkorting van 'Het Schone Van Spoorbuurt Alkmaar'. Op die tegels staan verwijzingen naar architecto nische kenmerken, zoals een figuur in baksteen ofhet profiel van een schoor steen. Zo wordt je gewezen op de grote verscheidenheid in geveldetails van woningen in de Spoorbuurt, op 'de ongekende rijkdom aan vroeg Het terrein van het voormalig klooster op de kaart van Drebbel uit 1597. Linksonder de beide vierkanten van het St. Elisabeth vrouwen- en mannengasthuis. Collectie Regionaal Archief SLOOP EN HERBESTEMMING 14 Oud Alkmaar 2015 Stadsgidsen wijzen hun publiek er altijd op naar boven de kijken, maar ook bij onze voeten valt het een en ander te zien over de geschiedenis van onze stad. Na een artikel in 2014 over het weergeven van archeologische vondsten in de bestrating komen nu de overige historische aanduidingen aan de orde. KUNSTWERKEN Detail uit de kaart van Cornells Drebbel uit 1597, met zichtbaar de windroos op de Mient Collectie Regionaal Archief Oud Alkmaar 2015 15

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2015 | | pagina 9