restaureren en verkochten ze dikwijls voor
een habbekrats. Zo zijn bijvoorbeeld resten
van ramen van Sparreboom uit Hoogwoud
naar de Verenigde Staten verscheept.
Gelukkig was het kerkbestuur van De Rijp
zuinig op haar ramen. Men informeerde
bij deskundigen zoals P. Scheltema,
archivaris van de Amsterdamse museum
collecties. Die achtte het niet meer de
moeite waard ze te restaureren. Vervolgens
keurde hij in 1878 de wapenramen in het
koor van de kerk af. Er bleven naar zijn
mening nog zestien ramen in de kerk over
die wel hersteld konden worden. Deze zijn
daarna tot in 1884 met behulp van
rijkssubsidie gerestaureerd. De wapen
ramen werden hierin dus niet meegenomen.
Gelukkig nam Pierre Cuypers, beroemd
architect van neogotische kerken en
gebouwen als het Rijksmuseum en het
Centraal Station in Amsterdam, het op
voor de Rijper wapenramen. Hij schreefin
1897 aan het ministerie van Binnenlandse
Zaken: "De zeven gebrandschilderde
ramen in het koor zijn net zo merkwaardig
als de rest en moeten ook bewaard blijven".
Dankzij zijn steun en verzoekschriften om
subsidie, die de kerkvoogdij aan het
ministerie en de koningin indiende, zijn
ook deze ramen voor verval en ondergang
gered.
Omtrent 1904 kreeg restauratieatelier
Sabelis Co opdracht de wapenramen,
waaronder dat van Alkmaar, te herstellen.
In de visblaastraceringen in de kop van het
raam werden nieuwe bladmotieven
gebrandschilderd. Tevens zijn de dolfijnen
aan weerszijden van de cartouche met de
tekst Alkmaer 1657 veranderd. Zoals
vermeld, zijn ook de naam van de stad en
het jaartal opnieuw door dit atelier
geschreven. Er wordt getwijfeld aan de
juistheid van het jaartal, dat mogelijk 1655
of1656 moet zijn.
Later zijn nog herstelwerkzaamheden
verricht door atelier F. Nicolas Zn. en
Toon Berg.
Om gebrandschilderde ramen in een goede
staat te houden is het geboden ze minstens
één maal per eeuw goed onder handen te
nemen. In de jaren '90 van de vorige eeuw
heeft onderzoekbureau L.C.M. Lamboo de
glazen opnieuw bestudeerd, met me
dewerking van C. Coebergh - Surie en
Y. M. Wassink. Daarna zijn de verschillende
raampanelen in atelier Bogtman onder
zocht en gerestaureerd. Dit alles is
uitvoerig gedocumenteerd.
Over de originaliteit van het raam zijn de
meningen verdeeld: het raam is volgens de
een 'sterk beschadigd', een ander bestem
pelt het als 'vrij gaaf. Daarbij is opgemerkt
dat het glas omstreeks 1904 al voor meer
dan de helft vernieuwd is. Ook valt het op
dat het oude glas soms opnieuw is
gebruikt en heel vaak voorzichtig is
'opgehaald'. Men vraagt zich zelfs afofer
per saldo nog echt ongeschonden,
authentiek glas inclusiefbeschildering
bewaard is gebleven.
Het Alkmaar-raam bestaat voor meer dan
de helft uit negentiende-eeuws vlak glas.
Enkele verweerde ruitjes zijn van oud
cilinderglas. De beschildering op de blanke
ruitjes bestaat uit donkere contourverfen
grisaille, dit is met poeder aangemaakte
brandschilderverfwaarmee door schaduw
effecten diepte en volume wordt gesug
gereerd. Vervolgens zijn de kleuren
zilvergeel en 'Jean Cousin' (antiekrood)
aangebracht, die tijdens het bakken net als
contourverf en grisaille een verbinding
aangaan met glas. De andere kleuren zijn
geschilderd met emailverf, die in de oven
op het glas gehecht wordt, maar op den
duur haarscheurtjes vertoont en dan kan
afschilferen.
In de loop der eeuwen ondervond het glas
als drager van de brandschilderingen
verschillende problemen. Naast glasbreuk,
ontstonden leksporen en krassen op het
glas en trad er verwering op door put- en
vlekcorrosie. Ook de kwaliteit van het lood
vermindert op den duur. Daarom is het
belangrijk het glas regelmatig na te zien
en te repareren.
Gebrandschilderd glas is een bijzonder
fragiel materiaal. Daarom is het een
wonder dat dit prachtige Alkmaarse
wapenraam - weliswaar dikwijls hersteld
en vernieuwd - zo lang bewaard is
gebleven. Dit is met name te danken aan
de volharding van de bevolking, met name
het kerkbestuur van De Rijp. Ondanks alle
tegenslagen hebben zij het opgenomen
voor de serie schitterende ramen in hun
kerk. Niet enkel de meest aansprekende De Grote Kerk in
ramen met verhalende afbeeldingen, maar De Rijp. Foto
ook gebrandschilderde wapenramen J. van Zanten 2015
kregen hun warme aandacht. Met de
gemeentelijke fusie kan het bestuur van
Alkmaar trots zijn op het door hen
geschonken wapenraam.
Met dank aan Lidy Frugte en Eric Berkhout.
TECHNIEK EN PROBLEMEN
8 Oud Alkmaar 2015
DE RIJP EN ALKMAAR
NOTEN
1 Janneke van Zanten, 'Machtig en prachtig Alkmaars glas' in Machtig en prachtig Alkmaar, Gemeente
Alkmaar, 2013, p. 305-355 geeft uitgebreide informatie en een literatuurlijst over de Alkmaarse
glasschilderkunst.
2 Regionaal ArchiefAlkmaar, Inventaris van de Gemeente Alkmaar, archief1325-1816: inv. nr. 386, rekeningen
van de Ordinaris Thesauriers, inv. nr. 102, resolutieboek.
Oud Alkmaar 2015 9