laat werden de proveniers gul onthaald. De regenten en de rentmeester werden door schilder Jan Bleys vereeuwigd in een prachtig groepsportret (zie Oud Alkmaar 2012-2); van de mannen en de moeder werden foto's gemaakt. De moeder van het hof, weduwe Clara Mol-Buhrs (57) kreeg van regent Gerrit van den Bosch een hulde "voor de zo uitstekende zorg voor de verpleegden en de instelling." De bewoners betuigden hun dank met een advertentie in de Alkmaarsche Courant van 30 mei 1907. Het locaal JUBILEUMVIERINGEN Harmonica van Het 200-jarig bestaan werd op 28 mei 1857 P.A. Walraven. herdacht in een vergadering van de Rechts het Hof regenten met burgemeester en wethouders van Nordingen. en de secretaris. De voorzitter van de Getekend door regenten, mr. J.A. Kluppel, hield een m.k. in 1854. hartelijke toespraak waarin hij ook een Collectie Regionaal beknopt verslag van de geschiedenis van Archief het provenhuis gaf. De bewoners waren daarbij aanwezig. Zij kregen een 'buitenge wone maaltijd' verschaft en een ieder van hen een geschenk, een muntstuk van vijf gulden. De heer Walraven, eigenaar van het lokaal Harmonica tegenover het Provenhuis in de Lombardsteeg, toonde zijn belangstelling door de vlaggen uit te steken en een bord met een tweeregelig vers op te hangen. Vooral de gasilluminatie 's avonds trok veel bekijks. Ook bij het 250-jarig bestaan in 1907 wapperde de vlag vrolijk. De voorzitter van de regenten, de heer J.M. de Sonnaville, vertelde in zijn toespraak dat de instelling bloeiende maar ook slechte tijden had gekend, maar "dat nu haar toekomst verze kerd is en dat er reden is deze dag blij te vieren". Van 's ochtends vroeg tot 's avonds DE HEERENKAMER Op zaterdag 22 september 1923 vond de inwijding plaats van de geheel gerestau reerde heerenkamer (de gezamenlijke kamer van de proveniers). Bij die gelegen heid vertelde de voorzitter van het college van regenten, de heer Gerrit van den Bosch, hoe het zo gekomen was: ruim een jaar eerder werd aan het eind van de jaarlijkse vergadering de moeder binnen geroepen en haar gevraagd ofzij nog iets voor de vergadering had. Zij deelde hen mede dat de heerenkamer wel een verfje en een behangseltje nodig had. De regenten wisten dat wel, "maar wat wij niet wisten, en het bewijst dat de Heeren Proveniers niet klaagzaam zijn, was dat de deur zo vreselijk tochtte. In moederlijke bezorgdheid deelde de moeder ons dit mede, de Heeren hadden wel een jeugdig hart, maar de beenen waren hun tijd wel wat vooruit; op oud ijs vriest het graag en reumatiek schijnt zich gemakkelijk aan ietwat oude heeren-beenen te hechten, zou daar nu niets tegen te doen zijn? vroeg de moeder." De heren regenten zagen al snel in dat tochtband ofzelfkante latjes aanbrengen 62 Oud Alkmaar 2013 niet zo veel zou veranderen, omdat de tochtveroorzakende deur in het voorhuis uitkwam, waar de tocht ongevraagd binnenkwam. "En het was weder de moeder - eere wie eere toekomt - die erop wees dat in de kamer nog een deur was, die in de loop der tijden weg-ge-behang- seld was; als die deur, die in de gang waar het niet tochtte, uitkwam, nu weer eens openkwam, wat zou dat een genot en een gemak zijn, omdat de kamer dan vanuit de woonkamers en keuken beter bereikbaar èn gegarandeerd tochtvrij zou zijn." En met vaste hand werd er direct een gat in het behangsel gesneden en er kwam inderdaad een oude deur te voorschijn. De regenten wisselden meteen ideeën uit om de kamer in stijl van de deur te brengen. Zij wendden zich tot de heer J. van Reijendam die samen met zijn zoon Cees het ontwerp voor de kamer maakte. Het resultaat mocht er zijn: "Was tot nog toe het min of meer kazerneachtige verblijf, wat zij in blijmoedig optimisme de heerenkamer noemden, minder passend in het kader van het mooie provenhuis, nu is het een waardig onderdeel er van geworden, dat wij trotsch de proveniers- Foto van de zaal durven noemen." De kamer was nu proveniers in 1907. bereikbaar door een deur vanuit de gang, Vlnrjj. v.d. Roest waaruit een paar flinke ramen uitzagen op (72), P.Bos (72), G. de tuin en 'tevens licht en leven meedelen Eggers (65), A. vd aan de kamer'. Een geheel houten betim- berg (75JJ. Groot mering siert sinds die tijd de wanden. Ook (76), b.h. van Gils burgemeester Wendelaar, die de kamer (7t)jjanse (76), inwijdde, vond de ruimte gezellig. En g.h. Buers (81) en hoewel de kas schraal was, hadden de moederj. Mol regenten gemeend, dat er iets feestelijks Buhrs (57) Oud Alkmaar 2013 63

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2013 | | pagina 5