Koppes-Beereboom aan tafel met acht
proveniers én haar echtgenoot tussen de
mannen.
ELISABETH GRAAT-LAMPE
Op donderdag 18 september 1873 werd
door de regenten een nieuwe moeder
aangesteld, voorlopig voor een proeftijd
van zes maanden, ingaande 1 oktober 1873.
Zij werd de opvolgster van Koosje Wijde-
man, die na vijfjaar 'moederschap' wegens
haar huwelijk ontslag had gevraagd. De
nieuwe moeder was weduwe Elisabeth
Graat-Lampe, rooms-katholiek, 48 jaar.
Bijna achttien jaar zou zij de moeder van
het Huis van Achten zijn, tot haar
onverwachte dood.
Tijdens een ingelaste vergadering van de
regenten en de rentmeester vermeldde de
voorzitter dat "op 25 juni 1891 de moeder
van de proveniers, Elisabeth Graat-Lampe,
ten gevolge van hevige brandwonden, door
haar de vorige dag verkregen, overleden is.
Betreurende de droevige gevolgen, die het
ongeluk met petroleum voor haar en het
Moeder T. Koppes - als moeder in de notulen genoteerd: "Het
Beereboom met College van Regenten staat u wel toe uw
negen mannen aan man bij zich te hebben." Soms verrichtte
tafel. De derde man de echtgenoot van de moeder, als ze die
rechts van de moeder had, steun door klussen te verrichten,
gezeten is kaar maar hij was nooit in dienstverband in het
echtgenoot. Foto huis. Zo bouwde meneer De Jager in 1963
Jaap Schoen, een schuur in de binnentuin. In 1966
maakte Jaap Schoen een foto van moeder
Portret van
Elisabeth Graat-
Lampe. Foto
J. Chrispijn, tussen
1880 en 1884.
Collectie H. Pouw
60 Oud Alkmaar 2013
huis heeft, was het thans noodig te
bespreken, wie voorlopig met de directie in
huis zal worden belast. De dochter van de
moeder, Mej. Jansen, heeft aangeboden in
het huis te blijven tot de nieuwe moeder
haar betrekking zal aanvaarden en
zolang haar functie waar te nemen. Voor
haar eigen huishouding heeft zij hulp
genomen."
Dit bod werd aangenomen en zo werd
Maria Engelina (Marie) Jansen-Graat
tijdelijk in dienst genomen. Zij was net 38
jaar, woonachtig op het Verdronkenoord,
nu nummer 80. Haar huishouding
bestond op dat moment uit haar man en
tien kinderen, waarvan de jongste nog
geen jaar was. Dit kleinkind van moeder
Elisabeth heeft het verhaal dat haar oma
was verbrand door het omvallen van een
petroleumtoestelletje, in de familie levend
gehouden.
Voor de betrekking van moeder meldden
zich zeventien sollicitanten, zodat 'eene
oproeping onnoodig wordt geacht'. Per 10
augustus 1891 werd Anna Maria Verhoeven
als de nieuwe moeder aangesteld. Zij zou
na vijfjaar ontslag vragen.
BRANDGEVAAR
Ongelukken met vuur lagen vaker op de
loer. Begin november 1891 ontstond brand
in de schoorsteen van het kamertje van de
heer J. Reli. Gelukkig werd de brand snel
geblust, maar de schoorsteenmantel had
toch enige schade opgelopen en reparatie
werd door de timmerman begroot op
fl. 11,-. Omdat hierbij bleek dat de vorige
moeder de schoorsteen in de proveniers
kamers niet geregeld had laten vegen,
werd dit achterstallig onderhoud direct
aangepakt en alle schoorstenen van het hof
Portret van Marie
Jansen-Graat. Foto
J. Chrispijn, tussen
1880 en 1884.
Collectie H. Pouw
geveegd. Met het oog op brandgevaar en
om beter controle over het geregeld vegen
te kunnen uitoefenen namen de regenten
het besluit om dit in het vervolg niet meer
aan de moeder over te laten maar zelf voor
rekening van het provenhuis te laten
uitvoeren.
En dan lag er nog het probleem van de
petroleumstellen, die nog steeds brand
gevaar opleverden. Vooral door G. Coster
werd regelmatig een petroleumtoestel
gebruikt en dit toestel had ook al eens in
brand gestaan. In de vergadering van de
regenten en de rentmeester op 3 september
1894 werd moeder Anna Maria Verhoeven
gelast erop toe te zien dat deze toestellen
door de proveniers niet meer werden
gebruikt: het was onnodig en vermeer
derde het gevaar voor brand. De rent
meester werd verzocht aan provenier
H. van de Poll het besluit van de regenten
mede te delen, want hij gebruikte ook wel
eens een petroleumstel.
Oud Alkmaar 2013 61