bestuur zal er zorg voor dragen, dat,
wanneer den Koningin nog eens haar
gouden jubileum mocht vieren, dit
gedenkteken nog sierlijker mag uitkomen,
dan nu het geval is."
Afsluitend met een understatement,
doelend op de kale omgeving (er bloeide
geen roos) van het pas aangelegde
rosarium, moet hij de lachers op zijn hand
hebben gehad. De minister stapte van het
spreekgestoelte met het Perzische kleedje
en gafhet woord aan burgemeester
Wendelaar. Deze hield na minister
De Visser een enthousiast betoog in een
poëtisch verheven stijl. Hij begon met te
zeggen dat hij er zeker van was dat de
Wilhelminafontein tot in lengte van jaren
een sieraad van de stad zou zijn. Vervol
gens ging hij in op de betekenis van de
fontein: "Dit gedenkteken heeft een
symboolfunctie. Deze fontein van witte
stralen zal 's avonds om beurten schitteren
in blauwe, rode, groene en gele kleuren.
Het symbool voor het leven in een steeds
wisselend uiterlijk, ja, meer nog het
innerlijke, de Geest, om hetgeen eeuwen
onveranderd blijft." In zijn rede haalde hij
een toepasselijke spreuk aan die stond op
de poort van de Utrechtse universiteit waar
hij had gestudeerd: "Uit de verschillende
kleurstralen van de zon wordt het blanke
licht geboren, moge van de verschillende
wetenschappen, die gedoceerd worden, de
vakken van de Enige waarheid blinken en
schitteren." Op dezelfde wijze hoopte hij
dat de Wilhelminafontein een symbool
zou worden voor Alkmaars 'verschillende
kleuren' en 'dat er altijd die ene straal in
zit, die ons terugvoert tot het oerbeginsel
in ieder mens dat alle leven doordringt'.
Het doek dat de fontein omhuld had viel
naar beneden en onmiddellijk begon de
fontein met haar vijfstralen te spuiten.
Na een krachtig applaus zette het Stedelijk
Muziekcorps het Wilhelmus in. Na het
zingen spoedde men zich naar de Grote
Kerk, waar minister De Visser de herden
kingsrede hield. De plechtigheid in de
vroege morgen had al met al krap een half
uur geduurd.
Om halftwaalfwas de huldiging en
kranslegging bij het victoriebeeld in het
Victoriepark aan de noordzijde van
Alkmaar. Daarna ging het richting
stadhuis, waar Wendelaar een indrukwek
kende toespraak hield voor de koninklijke
gasten, minister De Visser en verdere
genodigden over de noodzaak tot stadsuit
breiding en gemeentelijke grondexploita
tie in verband met de bestaande woning
nood. De koningin en prins maakten
's middags een rijtoer door de stad, die via
de Westerweg en de Egmonderstraat ook
het Nassauplein aandeed. Stapvoets reed
de Landauer langs de die ochtend onthulde
Wilhelminafontein. Daarna ging de
rijstoet verder over de Nassaulaan en de
Kennemersingel richting het Sportpark,
om daar een historisch riddertoernooi bij
te wonen.
VAN REIJENDAM
De Wilhelminafontein werd ontworpen
door Kees (C.D.) van Reijendam, de zoon
van de bekende architect Johan van
Reijendam CznHun beider interieur
ontwerpen onder de naam VAN WINKELS
waren opvallend, zoals bijvoorbeeld in 1921
het ontwerp voor de winkel van P. Kreb
aan de Lindenlaan 65, die een zaak had in
kruidenierswaren en comestibles, talrijke
chocoladeontwerpen voor de Firma
Oud Alkmaar 2013
Ringers te Rotterdam en de renovatie in
1923 van het provenhuis aan de Lombard-
steeg. Bovendien was Kees net als zijn vader
Johan tekenleraar aan de Ambachtsschool
aan de Bergerweg. Kees van Reijendam
begon in 1936 met een eigen architecten
bureau in zijn woonhuis aan de Ripping-
straat 24 waar hij jonge architecten
opleidde. Zijn eenentwintigjarige broer
Dik (D.C.) van Reijendam was aankomend
elektrotechnicus en had later nog enige
tijd een radio- en verlichtingszaak aan de
Mient. Hij had, 21 jaar oud, de ingenieuze
water- en lichtinstallatie van glas en
spiegels uitgedacht die beschouwd kan
worden als een vorm van glasarchitectuur.
Dat was toen een nieuw verschijnsel op het
gebied van lichteffecten. De bouwer van de
fontein was een aannemer wiens naam we
helaas niet kennen.
De fontein bevond zich aan de noordkant
van het park in de rotonde waar de
hoofdpaden van het Nassaupark elkaar
kruisten. Het is in onze tijd bijna niet te
geloven, maar naar verluid is de Wilhelmi-
nafontein, met alles er op en er aan, in iets
meer dan een week gebouwd. Het vakblad
voor de Bouwambachten kwam 29 oktober
1923 met een artikel dat een omvattend
beeld gaf van het ontwerp en de totstand
koming van de Wilhelminafontein, met
een afbeelding van de originele blauwdruk
"in de hoop veel mensen een genoegen te
kunnen doen".
In de voorbereiding voor de daadwerkelijke
bouw kwam men voor allerlei eigenaardige
moeilijkheden te staan omdat het geen
alledaags ontwerp betrof en het mechaniek
nog nooit eerder in Nederland was
beproefd. Het vernuftige water en
kunstlichtsysteem dat was uitgedacht door
Dik van Reijendam was voor die tijd C.D. (Kees) van
geavanceerd en te ingewikkeld om op korte Reijendam aan de
termijn toe te passen. Er ging eerst een tekentafel
experimenteel stadium aan vooraf,
waardoor de oplevering van de fontein
werd vertraagd. Met humor volgden de
dagbladen zijn verrichtingen. In de
praktijk later bleek dat de verlichting veel
stroom kostte, waardoor er gematigd
gebruik van werd gemaakt, wat er op neer
kwam dat de fontein slechts bij feestelijke
gelegenheden 's avonds verlicht werd.
HET ONTWERP
De fontein was qua vorm van een sober
heid die rust uitstraalde, kenmerkend voor
'het Nieuwe Bouwen', ook wel aangeduid
als 'de Stijl', een manier van bouwen in de
jaren twintig van de vorige eeuw die brak
met het historiserende bouwen uit de
periode ervoor. De fontein bestond uit een
gemetseld bassin in stervorm met een
middellijn van acht meter, waarin zich het
opgemetselde verhoogde fonteinvoetstuk
als middelpunt bevond. In het binnenste
Oud Alkmaar 2013 33