te storen, maar het bleek een nutteloze actie: sommigen Arminianen wandelden wat buiten! Ook op 31 mei dacht men te weten dat de remonstranten 's nachts hun dienst zouden houden. Burgemeester Jan van Nieuburgh, de schout en zijn musketiers trokken naar buiten. Maar ook deze onderneming was voor niets, er werden geen remonstranten gevonden. Daarna werd het wat rustiger. Veel soldaten zijn in de loop van het jaar 1620 uit Alkmaar vertrokken. Af en toe echter trad men toch nog fanatiek op. Op 2 maart i62t werd 'surgijn' meester Krijn, gevangen genomen. Enkele maanden daarvoor was er een 'pasquil', een schimpdicht, in de rondte gestrooid. Hij hoorde de inhoud van een lid van de muziekkamer. "Daer heeft dese voorschreven Meester Krijn op ghevraecht of het pasquil al leelijcker ghemaeckt was als men nou dagelij ckx sach gebeuren." Omdat hij deze woorden gesproken had, werd hij op last van de opperschout van huis gehaald. Hij werd gebonden en gevangengezet 'zoals men dat met dieven deed'. Na ro dagen werd hij veroordeeld tot een boete van 6 pont off36 te betalen voor zijn vrijlating. Hij had het geld niet op zak. Hij mocht het niet halen en een borg werd ook niet toegestaan. Toevallig was er een burger in het stadhuis, die dit aanhoorde. Hij gaf meester Krijn zijn beurs, waarop hij de boete kon betalen en zijn vrijheid verkreeg. Naderhand betaalde hij die goede vriend het geld zoals beloofd, terug. Bron: RAA, Collectie Aanwinsten, inv. nr. 152, Memo rye, verhaal in kroniekvorm van het verzetten van de wet door prins Maurits en het gebeurde ten aanzien van de Remonstranten, oktober r<3i8-maart 1621. Oud Alkmaar 20x2 79 ONTWIKKELINGEN NA 1621 Hekwerk boven de Tot zover geeft de Memorye de toegangspoortvan gebeurtenissen weer. De vervolging was na de Remonstrantse 1621 zo goed als over. Na de dood van prins Kerk. Maurits in 1625 werden de remonstranten in het gehele land gedoogd, zo ook in Alkmaar. Een plaats waar ze samenkwa men was een gorterij, achter de huizen aan het Fnidsen. In 1631 werd op die plek een schuurkerk gebouwd, die in 16^55» werd vervangen door het huidige kerkgebouw. Om geen aanstoot te geven was de kerk vanaf de straat niet direct zichtbaar, iedereen echter wist dat het gebouw daar stond. Aan het eind van het manuscript staat nog een opmerking van een lezer. Hij schrijft dat Jan van Foreest, Gesteranus, moest verschijnen voor de gecommitteerde predikanten van de Dordtse Synode, Plancius van Amsterdam, Harmanus van Enkhuyzen en contraremonstrantse predikanten van Alkmaar. Hij noteerde dit op 27 oktober i66y. Het verslag is dus van voor die datum.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2012 | | pagina 25