psalmboek af en eiste dat hij zei waar de predikant was. De voorzanger weigerde. De hennepklopper zei er wat van, zodat ook hij gevangengenomen werd, maar door bemoeienis van de gemeenteleden werd hij weer vrijgelaten. De soldaten en hun leiders dropen daarna af en ook de gelovigen gingen naar huis. 's Middags hielden ze hun tweede dienst bij de Schermeer bij de galg, maar dan zonder predikant. Bruinvis zegt dat er wel 2000 mensen bijeen waren. De volgende vier zondagen konden de remonstranten ongestoord hun diensten in De Hout houden. Alleen werd de voorzanger in gijzeling gehouden, omdat hij niet wilde zeggen waar de predikant gelogeerd had. Op 25 juli vond het stadsbestuur het nogmaals nodig te vertellen dat er boetes geheven zouden worden. De Arminiaanse predikant zou ƒ400 en de toehoorders zoudenƒ25 boete krijgen, terwijl ze nogmaals ƒ25 boete zouden moeten betalen als ze hun geloofsgenoten niet 'beklappen en wilden'. De afgelopen weken was het mooi weer geweest, maar op 28 juli kwamen de remonstranten bijeen in de Wezenschuur, omdat het regenachtig was. De schout kwam twee maal naar binnen om te waarschuwen dat deze bijeenkomst de mensen geld zou gaan kosten, maar het maakte geen indruk. Na afloop van de dienst stuurde hij zijn soldaten naar binnen om hen te beletten hun tweede dienst te houden. De Arminianen gooiden hun kop in de wind. Diezelfde zondagmiddag ging een deel van hen, het 'armiaense graeu', naar de Oude Stenen Brug in het centrum van Alkmaar en zong daar zijn psalmen. Er werd geprobeerd hen weg te krijgen: "Soo isser een treffelijck armiaens burger die wel eertijts schepen van Alckmaer is geweest ende is J.A.S. (Jan Arienz. SnouckJ genaemt, bij dese vergaderinghe ghe- komen ende die heeft haer ghebeden, dat sij sulckx niet doen en souden, maer dat sij veel liever elck nae sijn huys gaen" zouden om daar wat te lezen en te zingen. De mensen gaven geen gehoor aan deze oproep. Ook op een verzoek van de schout gingen ze niet in. Ze jouwden hem zelfs uit. De rest laat zich raden. De schout stuurde een troep Schotse musketiers op hen af, die op de mensen insloeg. De omstanders die dat zagen, haalden stenen uit de straat en bekogelden de Schotten, wat weer tot gevolg had dat de musketiers met scherp schoten en zeker vier of vijf mensen verwondden. Toen ze dat meemaakten, 'sijn sij altsamen gaen lopen' en naar huis gegaan. Een deel van de soldaten nam de Stenen Brug in, de anderen stonden bij de Waag 'mede in haer volle gheweer met koegels in haer monden'. Zij beschoten de burgerhuizen. Hun luitenant ging naar het Hof en deed zijn beklag over de rebelse burgers. Diezelfde nacht heeft de schout met zijn soldaten 'sommige burgersdeuren opgesmeten en hebben vijf burgers van haer bet gehaelt'Maurits moest weer ingrijpen. Hij stuurde honderd musketiers van de Amsterdamse wacht, 'ofte om beter te verstaen van die Amsterdammer stoepschyters' naar Alkmaar. avy (WA <n CONFRONTATIE OP DE MIENT 76 Oud Alkmaar 2012

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2012 | | pagina 22