verslag het spannende verhaal vinden over de tocht die stadstimmerman Van der Mey vanuit het belegerde Alkmaar ondernam om brieven, die hij had verstopt 'in een pols of springstok', naar Sonoy te brengen. In de tekst van Foreest wordt de stadstim merman nergens genoemd en al evenmin het vervoer van brieven per polsstok. Ook Boomkamp verbaasde zich hier al over in zijn in 1747 verschenen Alkmaer en deszelfs geschiedenissen.2 Ten slotte verschillen beide verslagen sterk in hun weergave van het einde van het beleg. Foreest eindigt zijn verhaal met de gebeurtenissen op acht oktober 1573 en zegt erbij: "Also is het beleg van Alcmaer geeyndiget geweest, nadattet seven weec- ken lanck geduert hadde." Acht oktober is dan ook de datum die vanouds wordt ge zien als de dag van het Ontzet. Het tweede ooggetuigenverslag eindigt daarentegen pas op 10 oktober, met een laatste krijgs handeling tussen de Alkmaarders en de Spanjaarden: Den tienden October vertrokken de Spaan- schen uit hun groot leger in de Nieuw- poort omtrent namiddag, en trokken na Limmen en Castricom, en ons volk dit ziende voeren terstond met veel schuiten de vesten uit, liepen na de Nieuwpoort, en plunderden hunne schansen, hutten en tenten, en liepen zoo tot Hylo toe, en na 't huis te Colster, en meenden daar alzoo een buit te haaien. Maar de Spaanschen had den niet ver van daar hun schildwagt, en de onzen verneemende kwamen met magt op hun af,die meenden dat het paarden van ons volk waren, die omtrent twintig in getal waren, maar als zy de Spaanschen de trompetten hoorden steeken, zogt elk om een goed heenkomen na de stad, en daar Portretvan Naming van Foreest, 1541. Collectie Stedelijk Museum Alkmaar Den twaalfden September omtrent mid dag quam een vyftien ponds kogel van de Meelmoolen buiten de Vriesschepoort, door een muur ruim twee voeten dik, in de Monnikke Kerk, omtrent zes voet booven de aarde, helende of viel aan de zuidwest zy der Kerk, en een jonge dogter van de borstelmakers op de Nieuwesloot, staande omtrent het midden der Kerk wierd door dezelve de pan van 't hoofd geschooten, dat het brein tegen de muur sprong, en zy stierf terstond, en 't was haar eerstemaal dat zy aarde droeg, menende zy in de Kerk vry te zyn van de kogels. Een ander opmerkelijk verschil tussen het verslag van Foreest en dat van de tweede ooggetuige is dat we alleen in het laatste 18 Oud Alkmaar 2012

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2012 | | pagina 20