Ook ik blijf het een vreemde zaak vinden. Als het Witte Hof het Magdalenaklooster uit de akte van 1430 zou zijn, dan had in het document uit 1444 "vier" vrouwencon venten moeten staan, maar er staat "drie". En waarom al bij t430 voor het Magdalenaconvent aan de naam 'Witte Hof te denken, als de naam 'Witte Hof pas ruim tachtig c.q. vijftigjaar later in een geschrift van rond 1514 bij het jaartal 1482 voor het eerst ter sprake komt en daarbij ook nog eens het woord "gesticht" gebruikt wordt. Waarom hier de naam 'Witte Hof gebruiken als er eigenlijk geen aanwijzing bestaat, dat dit convent al in 1430 op de locatie-Hof-van-Sonoy geves tigd was? Er is geen enkele archeologische vondst die daar op wijst. En waarom die term gebruiken als er op dat moment ook geen aanwijzing is dat de zusters van dat Maria Magdalenahof in het wit gekleed zouden zijn? Blijft de vraag hoe het kan dat, als de Magdalenazusters bij het Middelhof zouden horen, ze ook opduiken in de tekst die het einde van het Witte Hof inluidt. Bruinvis geeft in de hiervoor aangehaalde verzuchting al een aanzet door middel van de bewering dat het volk vanwege de kleding de naam 'magdalenen' oneigenlijk gaat gebruiken. Maar misschien is het ook goed nog eens terug te keren naar de tekst uit de kroniek van ca. 1514: in 1482 werd "het regularissenconvent Wittehof gesticht in Alkmaar door Hoornse zusters ten tijde van het beleg van die stad". Van de zeven vrouwenconventen, die er rond 1482 in Hoorn waren, behoorden er zes tot de franciscaanse derde orde, maar de zusters uit het zevende volgden de regels van Augustinus. En dat zevende convent had tot patrones, jawel, Maria Magdalena.6 Zou het dus niet kunnen zijn, dat de Hoornse zusters, die in 1482 in Alkmaar meewerkten aan de stichting van het Witte Hof, uit dit augustijnse klooster afkomstig waren en zich daarom 'Magdalenen' bleven noemen? Dit zou ook kunnen verklaren waarom de 'Sinte Maria Magdalenenstraat' pas in 1519 voor het eerst in een stratenlijst van Alkmaar vermeld werd en in een dergelijke lijst uit 14512 nog ontbreekt.7 De verwijzing naar Maria Magdalena moest eerst nog in zwang komen. Overigens is de naam 'Sinte Maria Magdalenenstraat' na de overgang in 1572 van Alkmaar naar de Hervorming vervangen door 'Schapensteeg'. Pas in 15108 zou de naam weer in ere hersteld worden, zij het in de versie zoals de toen 79-jarige, maar nog altijd actieve archivaris Bruinvis hem in zijn verzuchting van 15 jaar eerder al gebruikte, kortweg 'Magdalenen'straat. 1 In Bijdragen voor de geschiedenis van het bisdom Haarlem jrg. 30, p. 411-418. 2 In Bijdragen voor de geschiedenis van het bisdom Haarlem jrg. 18, p. 161-174. 3 www2.let.vu.nl/oz/monasticon/result.php 4 RAA, Coll. Aanwinsten, inv. 277, p. 138-140. 5 RAA, Coll. Aanwinsten, inv. 1, 307. 6 vgl. www.gerardweel.nl/gebouwen onder nr. 13. 7 W.A. Fasel, Alkmaar in het drijfzand (Alkmaar, 151751) P- 79~80 en 510. 50 Oud Alkmaar 2011 TWEE KEER MARIA MAGDALENA? NOTEN

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 2011 | | pagina 24